W - Rijtuigen Plan W

Uit Somda RailWiki
(Doorverwezen vanaf Rijtuigen Plan W)
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Voor het gebruik in trek/duwtreinen wil de NS 75 rijtuigen bestellen, welke in vaste combinatie zal gaan rijden met nieuwe locomotieven en stuurstandrijtuigen. Van dit nieuwe materieel worden alleen de rijtuigen geleverd.

Geschiedenis

In de eerste helft van de jaren '60 wil de NS een serie van 34 universele locomotieven bestellen, de serie 1400. Naast deze 34 locomotieven, gaan er ook ongeveer 75 rijtuigen besteld worden. Met deze rijtuigen zullen dan vaste stammen van 6 à 9 rijtuigen worden geformeerd, waarbij het laatste rijtuig een stuurstandrijtuig is. Als gevolg van de slechte financiële positie van de NS en het teruglopende goederenvervoer, wordt de bestelling voor de locomotieven (28 december 1965) en stuurstandrijtuigen geannuleerd. De tussenrijtuigen werden echter wel gebouwd. De eerste 24 rijtuigen zijn bestemd voor het buurlandverkeer met West Duitsland en België. Voor deze inzet bezitten de rijtuigen over een beperkt RIC-teken. Zij bieden alleen zitplaatsen tweede klas. De rijtuigen moeten worden gebouwd naar Europese maatstaven (zoals een lengte van 26,4 meter), maar wel lichter geconstrueerd dan de rijtuigen Plan E. Deze rijtuigen hebben een gewicht van gemiddeld 45 ton. In maart 1965 wordt een uitvraag gedaan door de NS aan de industrie. De rijtuigen moeten voor 1 december 1966 geleverd worden. De rijtuigen moeten geschikt zijn voor een snelheid van 140 kilometer per uur. De opdracht kan alleen door Werkspoor worden uitgevoerd, terwijl het elektrische deel door Heemaf wordt uitgevoerd. Al in april 1965 reageert Werkspoor. Zij geven aan dat de Duitse industrie voor een prijs van DM 225.000,- (ca ƒ 250.000,-) een rijtuig kan leveren dat is gebaseerd op de Nahverkehrswagen van het type ‘Silberlinge’ van de Deutsche Bundesbahn. De rijtuigen zijn voorzien van twee toiletten en stuurstroombediening, zodat het mogelijk is om met deze rijtuigen in een trek/duwtrein te kunnen rijden. Door Werkspoor wordt het ontwerp van de rijtuigen gebaseerd op de tussenrijtuigen Plan T, maar dan met een lengte van 26,4 meter. Werkspoor kan deze rijtuigen leveren voor een prijs van ƒ 283.300,-. De hogere prijs van Werkspoor wordt gevonden in het feit dat er een aantal aanpassingen uitgevoerd moeten worden ten opzichte van de Duitse rijtuigen.

  • Een onderstel dat versterkt is ter hoogte van de balkons met zwaardere liggers;
  • De vloerconstructie wordt gelijk aan Plan T, waarbij de verbinding tussen zijwand en onderstel identiek is;
  • Driedelige schuiframen zoals toegepast in Plan V in plaats zakkende ramen;
  • Een plafond met koof en tl-verlichting in een dubbele rij in plaats van een enkele rij zoals in de Duitse rijtuigen;
  • Een ruimere indeling van het aantal zitplaatsen wat de aanduiding B11 oplevert met 88 zitplaatsen in plaats van B12 met 96 zitplaatsen. Er komen wel 16 klapzittingen in het rijtuig;
  • De banken zullen allen voorzien gaan worden van asbakken en onder de ramen en op de balkons komen prullenbakken;
  • De bagagerekken worden in de langs richting geplaatst in plaats van boven de banken;
  • Twee toiletten per rijtuig in plaats van 1 toilet, met daarbij horend een polyester reservoir in het dak met een inhoud van 500 liter in plaats van een verzinkt stalen reservoir van 300 liter;
  • Het plaatsen van elektro-pneumatische bedienbare deuren;
  • Luchtverwarming die continue werkt in plaats van stoom- en elektrische verwarming;
  • De draaistellen worden voorzien van vier remcilinders in plaats van de twee remcilinders die in het onderstel zitten;
  • Als gevolg van het hogere gewicht van de rijtuigbak zullen er Werkspoor draaistellen geplaatst gaan worden met dikkere wielbanden. Een andere optie is het gebruik maken van Minden-Deutz Normal draaistellen in plaats van Minden-Deutz Leicht draaistellen. De draaistellen kosten ƒ 55.900,- per stuk.

De NS had meer eisen voor wat betreft het comfort en de techniek dan de aanbieding van Werkspoor, kwam er een bedrag van ƒ 85.000,- per rijtuig boven op het bedrag dat Werkspoor aanbood. In totaal kost een rijtuig de NS inclusief de kosten van de financiering, het ontwikkelen, verrekeningen en algemene kosten ongeveer ƒ 400.000,-. De NS kiest uiteindelijk voor levering door Werkspoor, omdat zij aangeven de rijtuigen te kunnen leveren tussen 15 september 1966 en 15 december 1966. Het ontwerp wordt alsnog aangepast. Zo komen de bagagerekken in de langs richting toch te vervallen ten gunste van bagagerekken boven de banken. Hiermee wordt het rijtuig een combinatie van Plan T en het Duitse rijtuig. De rijtuigbak en draaistellen zijn afgeleid van Plan T, terwijl de rijtuigovergangen en het type rolluik bij de rijtuigovergang zijn afgeleid van de Duitse rijtuigen.

De NS heeft echter wel bedenkingen bij de lichte constructie en het geringe gewicht. Zij zijn bang voor trillingen tijdens het rijden. Door Werkspoor wordt dit weerlegd met de uitkomst van metingen die zijn uitgevoerd tussen Amersfoort en Zwolle met diverse rijtuigen, treinstellen en het Duitse rijtuig. Het Duitse rijtuig scoort echter niet hoog vanwege de door Werkspoor gebezigde classificatie van 'slappe constructie' in combinatie met de draaistellen. Werkspoor gaf hiermee aan een voorkeur te hebben voor het gebruik van de eigen draaistellen in plaats van om zwaardere, Duitse draaistellen te gebruiken. Op 18 mei 1966 wordt het casco rijtuigbak van de B11 4102 naar Frankrijk opgezonden. Het rijtuig wordt in het onderzoekscentrum in Vitry-sur-Seine onderzocht op de sterkte en stijfheid van de materieelconstructie. Na de metingen keert het rijtuig op 1966 terug en wordt weer in de productielijn opgenomen om te worden afgebouwd.

De nieuwe rijtuigen worden genummerd in de serie B11 4101 - B11 4124. De nummering komt voort uit de wens om geen gelijke nummers te gebruiken voor verschillende rijtuigen. Volgens het eigen nummersysteem uit 1921 hadden de rijtuigen opgenomen moeten worden in de nummerserie 6001 - 7000. Echter, alle honderdtallen in deze nummerserie zijn al vergeven aan rijtuigen. De serie daaronder, de nummers 5001 - 6000 zijn ook al vergeven en wel aan de tot getrokken rijtuigen verbouwde rijtuigen Materieel'24. Hierop werd besloten om de rijtuigen op te nemen in de serie 4001 - 5000, welke oorspronkelijk bestemd was voor drie-assige rijtuigen. Deze bestaan ten tijde van de bestelling Plan W niet meer, waardoor deze nummerserie vrij komt. De serie Plan W is de laatste serie rijtuigen dat werd afgeleverd met vierdelige nummers. Materieel vanaf 1968 werd afgeleverd met de 12 cijfers van de UIC nummering.

In het najaar van 1967 wordt een tweede serie rijtuigen besteld bij Werkspoor, Plan W2. De bestelling omvat 26 rijtuigen met alleen zitplaatsen tweede klas. Zij waren besteld met de nummers B11 4201 - B11 4226, maar echter afgeleverd met de 12 cijfers van het UIC nummer. Zij zijn genummerd in de serie B11 50 84 21-37 501 - B11 50 84 21-37 532. De rijtuigen worden vanaf juli 1968 afgeleverd en in dienst gesteld. De rijtuigen rijden in setjes van 2 of 3 rijtuigen hun afleveringsritten tussen Utrecht en Maarn. Deze rijtuigen doen voornamelijk dienst als versterking van getrokken treinen in de binnenlandse sneltreindiensten. Deze treinen bestaan voornamelijk uit rijtuigen Plan E. Met de instroom van de rijtuigen ICR vanaf 1980, worden zij ook met deze rijtuigen ingezet als versterking.

Op 10 mei 1971 is rijtuig 21-30 414 na zijn revisie in de Haarlemse werkplaats overgebracht naar de klimaatkamer in Wenen. Het rijtuig is achterop D 302 naar Wenen gegaan. In december 1971 is er sprake van een bestelling van de deelserie W3 voor inzet naar België en Duitsland. Deze bestelling bedraagt 40 rijtuigen. Deze bestelling wordt echter niet geplaatst bij de industrie, mogelijk speelde de naderende sluiting van de fabriek van Werkspoor hierbij een rol. In de zomer van 1973 vraagt de NS aan Deutsche Bundesbahn of het mogelijk is om materieel van hen te gebruiken voor het buurlandverkeer. De DB gaat echter niet op dit verzoek in. Zij wijzen de NS wel op de mogelijkheid om mee te liften bij een reeds geplaatste bestelling van 500 rijtuigen voor stoptreinen. De bestelling kan dan met 30 rijtuigen voor de NS worden uitgebreid. De NS gaat echter niet in op dit aanbod. Op 11 augustus 1976 wordt het rijtuig B11 21-37 427 naar Krefeld overgebracht voor proeven. Het rijtuig is in de maand daarvoor in revisie genomen in de Haarlemse werkplaats en kon daardoor gebruikt worden voor de proeven. Op 31 augustus 1976 keerde het rijtuig terug naar Haarlem. Hier werden de werkzaamheden voor de revisie opgepakt.

Ten behoeve van de uitbreiding van de diensten tussen Amsterdam en Brussel zijn vanaf 1973 een twintigtal rijtuigen Plan W1 aangepast om dienst te doen met locs NMBS Reeks 25.5, rijtuigen NMBS I4 en een Plan D WRDk. Drie rijtuigen bleven echter over voor de binnenlandse dienst. Zij krijgen hierbij een eigen omloop. Het 24e rijtuig (B11 4119) was al in 1971 gesloopt na een ongeval. Aan het eind van de jaren '70 wordt onderzocht of het mogelijk is om treinen geheel uit rijtuigen Plan W samen te stellen. Hiertoe moeten een aantal rijtuigen worden verbouwd tot A of AB. Er wordt gedacht om 10 rijtuigen te verbouwen. De rijtuigen zullen geformeerd worden tot vaste stammen. Een van de rijtuigen zal voorzien gaan worden van een omroepinstallatie, welke vanuit 1 spreekpunt bediend kan worden. Daarnaast moet een ruimte voor de conducteur worden ingebouwd. Per stam zullen 1 of 2 rijtuigen voorzien gaan worden van een statische omzetter om zo het probleem van uitgeputte batterijen te kunnen voorkomen. Deze wijzigingen kunnen echter niet tijdens de grote revisie worden uitgevoerd. Vanwege de hoge kosten voor de ombouw wordt uiteindelijk afgezien van de verbouwing.

Met de komst van de derde deelserie rijtuigen ICR in 1986 zijn de rijtuigen Plan W weer terug verbouwd naar de binnenlandse dienst. In 1994 is er sprake van verhuur van 48 rijtuigen Plan W en 50 rijtuigen ICR. Deze rijtuigen zullen in de zomer van 1995 werkloos gaan worden, als gevolg van achterblijvende groei van het aantal reizigers. De NMBS ziet uiteindelijk af van de huur van de rijtuigen en koopt 100 rijtuigen bij de SNCF. In 1996 zijn alle rijtuigen buiten dienst gesteld. Als gevolg van de toenemende vraag zijn er in 1999 weer 34 rijtuigen in dienst gesteld. De laatste rijtuigen zijn in december 2003 ter zijde gesteld. Binnen een jaar waren alle rijtuigen in Maastricht gesloopt, op de B11 21-37 455, B11 21-37 457 en B11 21-37 472 na. Deze rijtuigen hebben een museale bestemming gekregen.


Technische gegevens

De rijtuigen hebben een lengte van 26,40 meter, een breedte van meter en een hoogte van meter. De rijtuigen zijn hiermee een stuk langer dan de rijtuigen van de types Plan D, Plan E en Plan K. De rijtuigen zijn opgebouwd uit aluminium en wegen 35 ton. De gebruikte draaistellen zijn afgeleid van de loopdraaistellen van de treinstellen Plan T, welke in 1964 werden gebouwd. De draaistellen wegen 5.750 kilo per stuk. De minimale boogstralen voor losse rijtuigen bedraagt 90 meter, terwijl die voor gekoppelde rijtuig is gesteld op 150 meter. De rijtuigen zijn toegelaten voor de maximumsnelheid van 140 kilometer per uur. De bakcodes voor de rijtuigen zijn 1171 voor de serie W1 en 1156 voor de serie W2.


Uitvoering

De rijtuigen zijn opgebouwd volgens hetzelfde principe als de treinstellen Plan T en Plan V. Hierdoor is een enorme gewichtsbesparing bereikt in vergelijking met de ongeveer 10 jaar oudere rijtuigen type Plan E. Het gewicht van een rijtuig Plan W is daarmee ongeveer 10 ton lager dan van een rijtuig Plan E. Ook de draaistellen zijn hetzelfde als de loopdraaistellen van de treinstellen Plan T en Plan V. Het onderstel van een rijtuig bestaat uit twee langsliggers, die een knik vertonen ter hoogte van de balkons. De twee langsliggers worden bij elkaar gehouden door dwarsverbindingen, welke bij de bakovergang zijn versterkt. De vloer is voorzien van een in de lengterichting geplaatste golfbeplating van 1,25 millimeter in trapeziumvorm. De golven hebben een hoogte van 5,7 centimeter. Bij de balkons is de golfhoogte 3,7 centimeter. De vloer wordt met laswerk vastgemaakt aan het ondersteld. De vloer is afgewerkt met hardboard. De zijwanden bestaan uit een geraamte, waarop voorgespannen plaatbekleding wordt aangebracht. Het dak bestaat uit smalle langsliggers welke met dwarsverbindingen bij elkaar worden gehouden. De bekleding van het dak bestaat uit . In het dak is boven het toilet een polyester reservoir met een capaciteit 250 liter. Een tweede polyester reservoir van 250 liter is in het dak van het eindbalkon verwerkt. De reservoirs zijn door middel van rubberen slangen met elkaar verbonden. Om de reservoirs te vullen, zijn aan beide zijden van het rijtuig watervulmonden geplaatst. Daarnaast werd het gebruik van de linnen vouwbalg niet meer toegepast. De modernere rubberen buisbalgen deden bij deze rijtuigen hun intrede. De rijtuigen Plan W lijken op de Duitse rijtuigen type Silberlinge. Het grote verschil tussen de beide rijtuigtypen is dat de Nederlandse rijtuigen 11 afdelingen heeft en de Duitse rijtuigen 12. De gebruikelijke schuifdeuren zijn vervangen door elektro pneumatisch centraal bediende draai/vouwdeuren. Deze zijn in het midden voorzien van een vaste spijl. De deuren zijn te openen met een handgreep. De breedte van deze deuren is 74 centimeter. Per deur is een schakelpaneel met schakelaar en meldlamp aanwezig om zo alle deuren vanaf 1 balkon te kunnen sluiten. Dit werkte alleen als de gehele trein uit rijtuigen Plan W bestaat. De centrale deursluiting wordt in de beginjaren echter niet vaak gebruikt omdat de rijtuigen veelal met andere typen rijtuigen zijn gekoppeld. Pas vanaf mei 1970 kan de centrale deursluiting gebruikt worden als een aantal rijtuigen Plan E ook voorzien van een tweede, doorgaande luchtleiding. Aan de rechterzijde zijn onder het middelste raam haken gemonteerd waar koersborden aangehangen kunnen worden. De rijtuigen zijn voorzien van stoot- en trekwerk bestaande uit buffers, schroefkoppelingen en trekhaken. De rijtuigen zijn voorbereid op de inbouw van automatische koppelingen. Boven de buffers zijn houders aangebracht voor sluitseinen. In de kopwand waren zelf aan weerszijden van de deur elektrische, rode sluitlichten aangebracht. De rijtuigen zijn voorbereid op de montage van koppeldozen en stekers voor een doorgaande stuurstroomkabel. De accubakken onder de rijtuigen zijn voorzien van lades, zodat de achterste accu's ook goed bereikbaar zijn. De laden voor de accu's zijn voorzien van een loogbestendige verf, mochten de accu's gaan lekken. De overige apparatuur onder het rijtuig worden voorzien van afsluitbare kasten om zo de sneeuw, vocht en vuil buiten te houden.

Plan W1 was uitgerust met een handrem op ieder balkon, extra rangeergrepen en beschikte over een as dynamo om stroom te kunnen leveren voor de verlichting. Voor de verwarming wordt gebruik gemaakt van een verwarmingsinstallatie boven de balkons, die de lucht verwarmd. De benodigde lucht wordt aangezogen door een opening boven de deuren. Deze lucht wordt verwarmd in de verwarmingskast en door een ventilator het rijtuig in geblazen. De lucht wordt vanuit het plafond, boven de verlichting, en onder de banken het rijtuig ingeblazen. Bij zeer koude temperaturen kan de lucht ook gerecirculeerd worden in het rijtuig. Dit is afhankelijk van de buitenthermostaat van het rijtuig. De verwarming was schakelbaar tussen 1000 V, 1500 V en 3000 volt. De verlichting in het rijtuig bestaat uit tl-verlichting. In het rijtuig is deze gemonteerd op het verlaagde middendeel van het plafond. Op de balkons en in het toilet is deze verlichting tegen het vlakke plafond gemonteerd. Elke lamp is voorzien van een transistoromzetter. In de drie afdelingen zijn in totaal 22 lampen gemonteerd met een vermogen van 40 W. Op de balkons en toilet zijn in totaal 8 lampen met een vermogen van 20 W gemonteerd. In de afdeling nabij het toilet wordt een meldlamp gemonteerd die aangeeft of het toilet bezit is. Bij plan W2 was de handrem op één van de balkons vervallen, zij hadden geen rangeergrepen op de zijwand en de elektrische verwarming was alleen geschikt voor het aansluiten op de in Nederland gebruikte spanning van 1500 volt. Voor de voorziening van spanning zijn de rijtuigen voorzien van een batterij, welke wordt gevoed door de as dynamo. Daar deze een beperkte capaciteit had, mochten de rijtuigen niet te lang stilstaan. Om dit te ondervangen, werden voor aanvang dienst oplaadritten gereden. Statische omzetters die de spanning verlagen van 1.500 Volt naar 24 Volt werden destijds te duur bevonden voor de rijtuigen. In de periode 1991 - 1993 zijn de rijtuigen alsnog voorzien van statische omzetters. Alle rijtuiginformatie bij plan W1 was op de stelbalk weergegeven, bij plan W2 op de kopwanden.

De rijtuigen hebben een midden doorloop en zijn voorzien van 2 midden balkons om in te stappen en 2 eindbalkons, zonder instap. Het rijtuig heeft 3 open afdelingen met in totaal 88 zitplaatsen tweede klas. Er is in het rijtuig aan één zijde een toilet aanwezig. Deze is bij de bakovergang geplaatst. Op dit balkon zijn 2 klapzittingen en de schakelkast. Tussen dit balkon en het eerste balkon zijn 24 zitplaatsen. Het balkon heeft 4 klapzittingen. In het midden zijn 40 zitplaatsen. Aan het eind van deze afdeling is het balkon, waar 4 klapzittingen zijn. Het balkon geeft toegang tot een open afdeling met 24 zitplaatsen. Tussen deze afdeling en de bakovergang is een klein balkon met 6 klapzittingen, waarvan er 4 wat luxer zijn uitgevoerd. De banken zijn bekleed met en gevuld met . Boven de banken zijn de bagagerekken geplaatst. Het zitcomfort voor de langere afstand was niet te vergelijken met ander materieel voor de langere afstand. Een van de midden balkons is voorzien van een papierbak in de schotten. Aan de binnenzijde van het rijtuig is in de afdelingen, balkons, toilet en plafond plasticboard gebruikt met een dikte van 3,5 millimeter. Deze zijn afgezet met lichtmetalen lijsten. Op de vloer ligt linoleum. De vloer van het toilet bestaat uit een laag Gratex met daarop een loden bak, welke tegen de kanten zijn opgezet. De wandbekleding bestaat uit tegels. De door Sfinx geleverde toiletpot is van wit verglaasd aardewerk met plastic bril en handgreep. Door gebruik te maken van overdruk in de niet rokersafdelingen wordt voorkomen dat er rook van de rokende reizigers in het niet rokende gedeelte van het rijtuig terecht komt. Ventilatie vindt plaats door middel van ramen die te openen zijn. De rijtuigen werden afgeleverd met 3-delige schuiframen, doch bij de revisie die vanaf 1981 werd uitgevoerd, zijn de ramen vervangen door 2-delige schuiframen. De ramen hebben een breedte van 1,20 meter. Het onderste deel van het raam bestaat uit twee ruiten met een spouw er tussen. Voor de ramen worden rolgordijnen van sarangaas gebruikt. Deze worden op hun plaats gehouden door een geleiding op de raamomlijsting. De afscheidingen tussen de balkons en afdelingen worden voorzien van afbeeldingen van het Openbaar Kunstbezit en een spiegel. De eerste rijtuigen zijn in eerste instantie voorzien van foto's in lichtmetalen lijsten in plaats van de kunstafbeeldingen. De opschriften in de rijtuigen W1 zijn opgesteld in vier talen voor de inzet in het buitenland. De rijtuigen W2 krijgen de opschriften alleen in het Nederlands.

Voor de draaistellen werd gekeken naar de draaistellen van Plan T. De door de Deutsche Bundesbahn gebruikte draaistellen Minden-Deutz Leicht waren echter niet geschikt vanwege het hogere gewicht van de rijtuigbak. De NS streefde naar standaardisatie, waardoor de keus voor de loopdraaistellen van Plan T was de rechtvaardigen. De draaistellen zijn tussen de aspotten voorzien van tuimeljukken. Voor de primaire vering van het draaistel is gebruik gemaakt van schroefveren. De secundaire vering bestaat uit elliptisch gevormde bladveren en schroefveernesten. Het remsysteem is elektro pneumatisch en geleverd door Oerlikon. Hierbij zorgen elektrische signalen voor het bedienen van de remcilinders met ingebouwde remverstellers. De remcilinders zorgen er voor dat de remblokken op de wielband worden gedrukt of er los van komen. De elektrische aansturing zorgt er voor dat de trein sneller en gelijkmatiger remt, ongeacht de lengte van de trein. De signalen worden sneller doorgegeven naar de remmen dan de drukverlaging in de treinleiding van een conventionele luchtdrukrem. De conventionele luchtdrukrem is nog wel aanwezig als reservesysteem, wanneer de elektro pneumatische rem uitgeschakeld is of niet werkt. Als de trein sneller rijdt dan kilometer per uur, wordt geremd met een hogere remcilinderdruk. Bij afnemende snelheid wordt de druk in de remcilinder verlaagd als de snelheid lager is dan kilometer per uur. Door een triple klep wordt de druk in de cilinder geregeld.

Van de beide deelseries zijn alleen rijtuigen tweede klas gebouwd. De rijtuigen kwamen in de bekende Berlijns blauwe kleur in dienst met zandgele biezen. De rijtuigen W2 waren voorzien van witte logo's van de NS en 3 verticale, lichtblauwe banen, waarop reclame uitingen werden geplakt. Door de internationale inzet van de rijtuigen W1 zijn deze rijtuigen nooit voorzien geweest van deze ‘reclamebanen’. De deelserie W1 behield deze kleuren tot circa 1973, 1974. De rijtuigen zijn toen verbouwd en aangepast om dienst te doen in de trek/duw Benelux treinen. De rijtuigen werden hiertoe donkerblauw geschilderd met gele deuren en een gele band over de lengte. De rijtuigen W2 behielden tot circa 1982 de blauwe kleur, toen de grote revisie van de rijtuigen plaats vond. De rijtuigen werden hierbij in het geel/blauw geschilderd, conform de inmiddels afgeleverde rijtuigen ICR. Vanaf 1987 verruilden de rijtuigen W1 alsnog hun Benelux jas voor het geel/blauw.


Inzet

De rijtuigen W1 komen vanaf november 1966 in dienst en reden vanaf het begin van hun carrière in treinen naar België en Duitsland. Op de relatie Amsterdam - Arnhem - Nijmegen/Keulen reden zij samen met de rijtuigen Plan D en later met Plan E. Vanaf de zomerdienst van 1967 worden drie rijtuigen ingezet in een trein naar België. Deze trein rijdt in aanvulling op de bestaande Beneluxdienst. Ook reden de rijtuigen met Plan E gecombineerd in de treinen tussen Amsterdam en Enschede en tussen Zandvoort - Maastricht/Heerlen. Hier reden zij tot aan het einde in 2003. Als gevolg van het ontbreken van statische omzetters, waren de rijtuigen niet geschikt voor de spitsdiensten in Noord Holland. Na instroom van de rijtuigen ICR-4 werden de voormalige Benelux rijtuigen met eerste klas rijtuigen Plan E ingezet in deze spitsdiensten. Na de komst van de rijtuigen ICR waren zij ook samen met hen te vinden tussen Zwolle en Roosendaal/Vlissingen.

Twintig rijtuigen zijn in 1973 aangepast voor het gebruik in de Benelux dienst tussen Amsterdam en Brussel. Deze treinen rijtuigen in aanvullingen op de al rijdende Benelux treinstellen. Er rijden zes stammen van zes rijtuigen, bestaande uit een locomotief NMBS Reeks 25.5 + NS Plan W + NS Plan W + NS Plan W + NMBS I4 AB + NMBS I4 A + NS Plan D WRDk. Een enkele trein werd voorzien van een postrijtuig Plan L. Met ingang van 1977 wijzigt de samenstelling van de treinen. De volgorde wordt dan locomotief NMBS Reeks 25.5 + NMBS I4 A + NMBS I4 AB + NS Plan W + NS Plan W + NS Plan W + NS Plan D WRDk. De rijtuigen B11 21-30 425, B11 21-30 426 en B11 21-30 427 reden in de dienst naar Duitsland en werden pas in 1981 aangepast voor de Benelux dienst. Na de grote revisie in de jaren 1982 - 1984 werden de rijtuigen B11 21-30 454, B11 21-30 455 en B11 21-30 456 uit de Benelux dienst gehaald en deden tot eind 1985 dienst met de rijtuigen W2 in de binnenlandse dienst. Zij bleven echter nog wel in de Benelux kleuren rijden. Na het terugtrekken van de Plan W rijtuigen uit de Benelux dienst zijn ze allen in de binnenlandse dienst ingezet. De stuurstroomkabels werden vastgezet en de meerspanningsapparatuur werd niet meer onderhouden.


Ingaande de dienstregeling 1967/1968 op 28 mei 1967 worden de treinen 101 en 102 ingelegd tussen Amsterdam en Brussel. Deze treinen worden gereden met getrokken materieel, omdat het bestaande Beneluxmaterieel ontoereikend is. De trein bestaat uit vier rijtuigen, waarvan de NMBS het rijtuig eerste klas stelt. Door de NS worden twee rijtuigen Plan W en een restauratie/bagagerijtuig Plan D gesteld. Als op 1 september 1968 het baanvak Heerenveen - Leeuwarden 100 jaar bestaat, rijdt op 2 september een feesttrein, welke getrokken wordt door de 1130, een Plan D WRD en de rijtuigen B11 21-37 506, B11 21-37 507 en B11 21-37 508.


Op 31 mei 1970 gaat de dienstregeling 1970/1971 van start, oftewel het programma 'Spoorslag '70'. Er zijn diensten voor de 49 rijtuigen. De rijtuigen zijn opgenomen in omloopgroep Z. In de intercity's tussen Zandvoort en Maastricht/Heerlen (series 800 en 900) gaan in totaal stammen rijden. Elke stam bestaat uit 4 rijtuigen in de samenstelling A + RD + B + B. De rijtuigen eerste klas en restauratie waren rijtuigen Plan E. Iedere trein werd voorzien van versterkingsrijtuigen. In het najaar van 1970 stromen de rijtuigen AB van Plan E in. Drie van deze rijtuigen worden ingezet in de serie 4300 tussen Zwolle en Roosendaal. Deze treinen bestaan uit een locomotief van de serie 1100, drie rijtuigen en een rijtuig AB.

De dienstregeling 1971/1972, beginnend op 23 mei 1971, heeft diensten voor de 49 rijtuigen. In de series 800 (Zandvoort - Maastricht) en 900 (Zandvoort - Heerlen) keren de rijtuigen niet terug.

De dienstregeling 1972/1973 heeft diensten voor de 48 rijtuigen. De rijtuigen zijn opgenomen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn twaalf diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 4 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De twaalf rijtuigen zijn afkomstig uit de inzet vanuit Zandvoort naar Limburg. De rijtuigen zijn te zien in de treinen 160/117/126/137/140, 115/118/129/144 en 123/132/3483 op werkdagen. Op zondag wordt er gereden in de treinen 119/144 en 123/126/137/140/3416. Tussen Amsterdam en Enschede zijn diensten voor rijtuigen in de serie 400. In deze serie rijden 6 composities bestaande uit 3 rijtuigen Plan W samen met een A en RD van Plan E. Daarnaast rijden rijtuigen een slag in de serie 1800/5800 tussen Amsterdam en Amersfoort.

De dienstregeling 1973/1974 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn twaalf diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 4 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn 18 diensten in de serie 400 (Amsterdam - Enschede). In deze serie rijden 6 composities bestaande uit 3 rijtuigen Plan W samen met een A en RD van Plan E.

De dienstregeling 1974/1975, welke op 26 mei 1974 begon, heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). In deze serie rijden composities bestaande uit 3 rijtuigen Plan W samen met een A en RD van Plan E.

In de dienstregeling 1975/1976 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1976/1977 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Vanaf de winterdienst per september 1976 worden de vier rijtuigen, samen met drie rijtuigen Plan E, van trein 1636 (Enschede - Amsterdam CS) gebruikt voor de militaire verlofgangerstrein 62067 van Den Helder naar Amsterdam. De 7 rijtuigen komen hiervoor leeg uit Amsterdam naar Den Helder.

De dienstregeling 1977/1978 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1978/1979 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1979/1980 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). In de serie 1600 tussen Amsterdam en Enschede rijden rijtuigen tweede klas. Samen met een rijtuig eerste klas van Plan E vormen zij een stam van vier rijtuigen. Er rijden stammen in deze serie.

De dienstregeling 1980/1981 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1981/1982 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1982/1983 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1983/1984 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Zij zijn samen met rijtuigen Plan E, Plan K en Plan W te zien in enkele spitstreinen in Noord-Holland. Hier zijn rijtuigen te vinden.

De dienstregeling 1984/1985 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

In de dienstregeling 1985/1986 die op 2 juni 1985 begint, heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn 15 diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over 5 stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

In de dienstregeling 1986/1987 die op 1 juni 1986 begint, heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. In de Beneluxdienst zijn diensten opgenomen. Deze zijn verdeeld over stammen van drie rijtuigen. Deze stammen worden aangevuld met een rijtuig type AB en A van de NMBS. De rijtuigen zijn te zien in de treinen op werkdagen. Op zaterdag wordt er gereden in de treinen . Op zondag wordt er gereden in de treinen . Daarnaast zijn er diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Op 3 april 1987 rijden de rijtuigen voor het laatst in de Benelux dienst. De volgende dag worden zij vervangen door de nieuwe Benelux stammen, bestaande uit een locomotief NMBS Reeks 11.8 + rijtuigen ICR-3.

De dienstregeling 1987/1988 begint op 29 mei 1987 en heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1988/1989 begint op 28 mei 1988 en heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1989/1990 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

De dienstregeling 1990/1991 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Vanaf 6 januari 1991 rijden twee composities in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen) met 12 rijtuigen. Vanwege deze lengte eindigen en beginnen de treinen , , en in Haarlem.

De dienstregeling 1991/1992 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

In dienstregeling 1992/1993 heeft diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Met ingang van 1992 rijden de treinen en met 12 rijtuigen. Ook deze treinen eindigen en beginnen in Haarlem.

Op 23 mei 1993 gaat de dienstregeling 1993/1994 in. Er zijn diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

In de dienstregeling 1994/1995, welke in gaat op 29 mei 1994, zijn er diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede).

In de dienstregeling 1995/1996, ingaande op 28 mei 1995, zijn er diensten voor de 48 rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Vanwege de lengte van de treinen en de beperkte capaciteit in Zandvoort werd het eindpunt van de series 800 en 900 gewijzigd naar Haarlem in plaats van Zandvoort. Hiermee komen rijtuigen beschikbaar voor inzet elders, omdat er een compositie minder benodigd is.

In de dienstregeling 1996/1997 zijn er nog diensten in omloopgroep Z. Dit zijn diensten voor de 25 rijtuigen W2. Deze diensten worden gereden in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen), er zijn diensten in de serie 1600 (Amsterdam - Enschede). Op 2 juni 1996 gaan alle rijtuigen W1 buiten dienst, samen met de B11 21-37 501 van de deelserie W2. Met het wijzigingsblad van 2 september 1996 gaan de resterende rijtuigen W2 buiten dienst.

In 1997 wordt er met de gedachte gespeeld om de rijtuigen weer in dienst te gaan stellen. Dit lukt echter niet, omdat het productmanagement van NS Reizigers het materieel verbiedt. De rijtuigen beschikken niet over IC comfort.

In de dienstregeling 1997/1998 zijn er geen diensten gesteld voor de rijtuigen.

Begin 1998 wordt opnieuw geprobeerd om de rijtuigen in dienst te krijgen. Er zal een tekort aan rijtuigen optreden als gevolg van de geplande grote revisie van de rijtuigen ICR en het gaan rijden van de serie 1900 (Den Haag Centraal - Venlo) met ingang van de nieuwe dienstregeling met getrokken treinen per 24 mei 1998. In Den Haag zal de serie 1900 gaan keren op de serie 2500 (Den Haag Centraal - Heerlen), voorheen serie 1500. Rijtuigen DDM-1 zijn niet op tijd aangepast om in de genoemde treinseries dienst te gaan doen. Er worden voor zeven rijtuigen die in dienst zullen komen ook zeven diensten opgenomen. De zeven rijtuigen worden verdeeld over de series 800/900 (2 stuks) en de andere vijf rijtuigen rijden in de series 1900/2500. In enkele treinen worden zelfs twee rijtuigen ingezet. Voor de rest zijn het losse rijtuigen. Met de omloopwijziging van 31 augustus 1998 is het plan om de rijtuigen Plan W te vervangen door aangepaste rijtuigen DDM-1. Deze planning wordt echter niet gehaald, zodat de rijtuigen met de omloopwijziging van 27 september 1998 ook nog in deze zeven diensten blijven rijden. Dit ligt in het feit dat de DDM-1 rijtuigen niet aangepast kunnen worden.

In de dienstregeling 1998/1999 zijn er diensten voor de rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen). In de series 1900/2500 (Den Haag Centraal - Venlo/Eindhoven) zijn er diensten.

Met ingang van de dienstregeling 1999/2000 per 30 mei 1999 zouden weer 20 rijtuigen opnieuw in dienst moeten zijn gesteld. Op dat moment waren dat er echter nog maar 17. Vooral door problemen met de wielassen liet de indienststelling door Onderhoudsbedrijf Maastricht op zich wachten. De rijtuigen werden ingezet in de series 800/900. Per stam dienen er twee rijtuigen aan de noordzijde van de trein geplaatst te zijn.

In de dienstregeling 2000/2001 zijn er diensten voor de rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen).

In de dienstregeling 2001/2002 zijn er diensten voor de rijtuigen in omloopgroep Z. Er zijn diensten gepland in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen).

Het dienstregelingjaar 2003 zal het laatste jaar gaan worden voor de resterende rijtuigen. Dit is mogelijk door de instroom van de verlengde stammen DD-IRM en de tweede en derde deelserie daarvan. Zij zullen onder andere in stromen in de series 800/900 (Haarlem - Maastricht/Heerlen) en 3500 (Utrecht Centraal - Eindhoven). Tussen september 2003 en december 2003 gaan de rijtuigen buiten dienst. Op 1 september 2003 worden 18 rijtuigen afgevoerd. De 10 overige rijtuigen worden per 1 december 2003 afgevoerd. Op 19 december 2003 rijden de rijtuigen B11 21-37 457 en B11 21-37 464 als laatste rijtuigen Plan W. De laatste trein die de rijtuigen rijden, is trein 971 van Haarlem naar Heerlen. De rijtuigen worden in Heerlen uit de stam gerangeerd en aan de kant gezet.


Herindienststelling

Nadat in 1996 alle rijtuigen terzijde waren gesteld, zijn vanaf 1998 in totaal 35 rijtuigen opnieuw in dienst gesteld vanwege materieeltekort. Dit werd veroorzaakt door het inzetten van rijtuigen ICR in de negende Benelux stam en problemen met statische omzetters bij de rijtuigen Bv van DDM-1. In de zomer van 1998 zijn 6 rijtuigen tijdelijk in dienst gekomen. Door de Haarlemse werkplaats zijn de beste rijtuigen uitgezocht en opgeknapt. In het najaar van 1998 wordt bekend dat er ongeveer 20 rijtuigen beschikbaar moeten zijn met ingang van de dienstregeling 1999/2000. Dit komt omdat het huren van rijtuigen bij buitenlandse maatschappijen niet opschiet. In het voorjaar van 1999 werd besloten tot revisie van 24 rijtuigen. In het najaar van 1999 werd besloten tot revisie van de eerste 7 rijtuigen, samen met drie plukrijtuigen. De rijtuigen die niet weer in dienst zijn gesteld, werden gesloopt bij HKS Metals in de Amsterdam Westhaven. Op 22 april 1998 werden 10 rijtuigen uit Zwolle rangeerstation opgehaald door de 6494 en naar Maastricht overgebracht. Hiervan werden 7 rijtuigen weer in dienst gesteld. Dit waren de B11 21-37 451, B11 21-37 452, B11 21-37 455, B11 21-37 465, B11 21-37 467, B11 21-37 473, B11 21-37 475, B11 21-37 476, B11 21-37 523 en B11 21-37 525. Hiervan kwamen op 24 mei 1998 de B11 21-37 451, B11 21-37 452, B11 21-37 455, B11 21-37 473, B11 21-37 475, B11 21-37 523 en B11 21-37 525 in dienst. De andere drie rijtuigen werden gebruikt voor onderdelenleveranties. Van deze 3 plukrijtuigen kwam alleen rijtuig B11 21-37 467 nog in dienst. Het rijtuig werd gewoon met trein 870 op 12 december 1999 meegegeven van Maastricht naar Haarlem. Het desolate rijtuig, dat geen interieur meer had, ramen miste en dichtgebonden deuren, bezat ook geen hoogspanningskabel meer. Doordat het rijtuig direct achter de locomotief zat, was in Sittard geen verlichting meer in de trein en later viel ook de verwarming uit. In Eindhoven werd de trein opgeheven en werd het rijtuig alsnog met het werkplaatsnet naar Haarlem overgebracht.

Op 6 januari 1999 werden de rijtuigen B11 21-37 454, B11 21-37 458, B11 21-37 461, B11 21-37 463, B11 21-37 474, B11 21-37 522 en B11 21-37 524 van Zwolle overgebracht naar Maastricht. Een dag later volgden de B11 21-37 514, B11 21-37 517 en B11 21-37 531 vanuit de Watergraafsmeer naar Maastricht. In Zwolle stonden toen nog de B11 21-37 457, B11 21-37 464, B11 21-37 501, B11 21-37 502 en B11 21-37 505 klaar om afgeroepen te worden door Onderhoudsbedrijf Maastricht. Dit geschiedde op 25 januari 1999. Deze rijtuigen dienen in principe als plukrijtuig voor de in dienst te stellen rijtuigen. Met deze rijtuigen en de eerder in dienst gestelde rijtuigen waren 22 rijtuigen beschikbaar voor 20 diensten. Op 4 februari 1999 werden de B11 21-37 454, B11 21-37 458, B11 21-37 461, B11 21-37 463, B11 21-37 474, B11 21-37 514, B11 21-37 517, B11 21-37 522 en B11 21-37 524 en B11 21-37 531 administratief in dienst gesteld. De feitelijke herindienststelling liet nog wel op zich wachten. Dit werd veroorzaakt doordat bij de rijtuigen de wielassen gewisseld moesten worden, het in- en exterieur gereinigd en hersteld moest worden. De B11 21-37 458 en B11 21-37 474 werd uiteindelijk niet in dienst gesteld. Vanuit de Watergraafsmeer gingen op 4 maart 1999 de B11 21-37 521 en B11 21-37 528 naar Maastricht. Op de Watergraafsmeer staan op dat moment nog de B11 21-37 466 en B11 21-37 503. Te Zwolle staan de B11 21-37 468, B11 21-37 471 en B11 21-37 516. Deze rijtuigen zijn ook geselecteerd en worden op afroep naar Maastricht gebracht. Dit geschiedde op 19 maart 1999. De Zwolse rijtuigen werden op 11 maart 1999 al naar de Watergraafsmeer overgebracht. In augustus 1999 kwamen de laatste rijtuigen in dienst die door Onderhoudsbedrijf Maastricht in dienst worden gesteld. Eind augustus, begin september werden nog vier resterende rijtuigen, te weten de B11 21-37 474, B11 21-37 458, B11 21-37 465 en B11 21-37 531 van Maastricht naar Haarlem overgebracht. Na het vertrek van deze rijtuigen bleven nog 3 rijtuigen in Maastricht achter.

Er zijn uiteindelijk 34 rijtuigen gereviseerd door Revisiebedrijf Haarlem. Rijtuigen die niet in Maastricht in dienst worden gesteld, zijn door Haarlem gereviseerd. Met deze revisie kunnen de rijtuigen ongeveer 5 jaar in dienst blijven. De revisie richt zich vooral op het technische gedeelte. Op 11 maart 1999 werden de laatste negen rijtuigen vanuit Zwolle naar Haarlem overgebracht. Een dag later vond een ruil plaats met rijtuigen die op de Watergraafsmeer stonden. Hieruit werden in totaal 9 rijtuigen geselecteerd die als eerste gereviseerd zijn en een aantal die als plukrijtuig dienen. De volgende rijtuigen stonden toen in Haarlem: B11 21-37 453, B11 21-37 456, B11 21-37 462, B11 21-37 506, B11 21-37 508, B11 21-37 511, B11 21-37 513, B11 21-37 515, B11 21-37 526, B11 21-37 527 en B11 21-37 532. Van deze rijtuigen zijn de B11 21-37 453, B11 21-37 456, B11 21-37 511, B11 21-37 513, B11 21-37 515 en B11 21-37 527 gereviseerd gaan worden. De overige rijtuigen werden aangewezen als plukrijtuig en zijn uiteindelijk gesloopt. Op 14 april 1999 werden de B11 21-37 477 en B11 21-37 507 vanuit de Watergraafsmeer naar Haarlem overgebracht en toegevoegd aan de voorraad plukrijtuigen. Nadat Revisiebedrijf Haarlem alle te reviseren rijtuigen had gereviseerd en in dienst had gesteld, werden de rijtuigen die door Maastricht in dienst waren gesteld vanaf de zomer van 1998 in revisie genomen.

Oorspronkelijk zouden er 34 rijtuigen in dienst gesteld worden, maar omdat rijtuig B11 21-37 528 op 14 december 2000 flinke brandschade opliep, is rijtuig B11 21-37 472 van het NSM op 30 januari 2001 door locomotief 1202 uit het spoorwegmuseum gehaald en naar Haarlem gebracht, waar het op 30 oktober 2001 weer in dienst is gesteld. Rijtuigen die niet gebruikt zijn als plukrijtuig, zijn sneller op de baan gekomen dan de plukrijtuigen. Deze zijn pas na een wat langere revisie op de baan gekomen.

Nummer Ter zijde Herindienststelling Revisie in Revisie uit
B11 50 84 21-37 451-5 2 juni 1996 24 mei 1998 7 juli 1999 9 augustus 1999
B11 50 84 21-37 452-3 2 juni 1996 24 mei 1998 13 juli 1999 18 augustus 1999
B11 50 84 21-37 453-1 2 juni 1996 4 augustus 1999 10 juni 1999 4 augustus 1999
B11 50 84 21-37 454-9 2 juni 1996 30 mei 1999 17 augustus 1999 17 september 1999
B11 50 84 21-37 455-6 2 juni 1996 24 mei 1998 19 juli 1999 20 augustus 1999
B11 50 84 21-37 456-4 2 juni 1996 23 juli 1999 10 juni 1999 23 juli 1999
B11 50 84 21-37 457-2 2 juni 1996 4 juni 1999 23 augustus 1999 22 september 1999
B11 50 84 21-37 458-0 2 juni 1996 4 februari 1999 n.v.t. n.v.t.
B11 50 84 21-37 461-4 2 juni 1996 23 juli 1999 7 september 1999 7 oktober 1999
B11 50 84 21-37 463-0 2 juni 1996 6 mei 1999 25 augustus 1999 29 september 1999
B11 50 84 21-37 464-8 2 juni 1996 23 juli 1999 23 september 1999 26 oktober 1999
B11 50 84 21-37 466-3 2 juni 1996 22 juli 1999 6 oktober 1999 8 november 1999
B11 50 84 21-37 467-1 2 juni 1996 20 januari 2000 13 december 1999 20 januari 2000
B11 50 84 21-37 468-9 2 juni 1996 25 augustus 1999 13 september 1999 14 oktober 1999
B11 50 84 21-37 471-3 2 juni 1996 2 juli 1999 27 oktober 1999 30 november 1999
B11 50 84 21-37 472-1 2 juni 1996 30 januari 2001 24 januari 2001 30 oktober 2001
B11 50 84 21-37 473-9 2 juni 1996 24 mei 1998 22 juli 1999 27 augustus 1999
B11 50 84 21-37 474-7 2 juni 1996 4 februari 1999 n.v.t. n.v.t.
B11 50 84 21-37 475-4 2 juni 1996 24 mei 1998 30 juli 1999 31 augustus 1999
Nummer Ter zijde Herindienststelling Revisie in Revisie uit
B11 50 84 21-37 501-7 2 juni 1996 11 januari 2000 24 november 1999 11 januari 2000
B11 50 84 21-37 502-5 2 september 1996 10 april 1999 2 november 1999 3 december 1999
B11 50 84 21-37 503-3 2 september 1996 26 augustus 1999 15 oktober 1999 16 november 1999
B11 50 84 21-37 505-8 2 september 1996 29 april 1999 29 september 1999 29 oktober 1999
B11 50 84 21-37 511-6 2 september 1996 16 juli 1999 10 juni 1999 16 juli 1999
B11 50 84 21-37 513-2 2 september 1996 13 juli 1999 10 juni 1999 13 juli 1999
B11 50 84 21-37 514-0 2 september 1996 2 juni 1999 11 oktober 1999 10 november 1999
B11 50 84 21-37 515-7 2 september 1996 28 juli 1999 10 juni 1999 28 juli 1999
B11 50 84 21-37 516-5 2 september 1996 18 juni 1999 12 november 1999 15 december 1999
B11 50 84 21-37 517-3 2 september 1996 4 februari 1999 1 september 1999 5 oktober 1999
B11 50 84 21-37 521-5 2 september 1996 5 augustus 1999 8 november 1999 9 november 1999
B11 50 84 21-37 522-3 2 september 1996 2 april 1999 17 september 1999 19 oktober 1999
B11 50 84 21-37 523-1 2 september 1996 24 mei 1998 5 augustus 1999 6 september 1999
B11 50 84 21-37 524-9 2 september 1996 24 maart 1999 20 oktober 1999 22 november 1999
B11 50 84 21-37 525-6 2 september 1996 24 mei 1998 10 augustus 1999 10 september 1999
B11 50 84 21-37 527-2 2 september 1996 7 juli 1999 10 juni 1999 7 juli 1999
B11 50 84 21-37 528-0 2 september 1996 18 april 1999 18 november 1999 20 december 1999
B11 50 84 21-37 531-4 2 september 1996 4 februari 1999 24 november 1999 5 januari 2000


Onderhoud

De rijtuigen komen na hun aflevering in dienst in de Amsterdamse werkplaats Zaanstraat. Per 1 juni 1980 verhuizen de rijtuigen van Plan W2 naar Maastricht voor hun onderhoud. De rijtuigen 21-30 426 - 21-30 428 verhuizen voor hun onderhoud per 28 september 1980 van Maastricht naar Amsterdam Zaanstraat. De rijtuigen Plan W2 verhuizen per september 1981 van Maastricht naar Amsterdam, als gevolg van de instroom van de nieuwe rijtuigen ICR.


Inzet per dienstregelingjaar

De inzet per dienstregelingjaar in de serie en eventuele bijzonderheden:


Revisie

Op 11 mei 1970 wordt rijtuig B11 21-30 403 in revisie genomen. Het rijtuig is beschadigd geraakt tijdens . Na het herstel van de schade is het rijtuig in revisie genomen.


In de periode 1981 - 1984 zal de grote revisie, oftewel de R4, worden uitgevoerd aan de rijtuigen. De rijtuigen zijn dan al ruim 15 jaar in dienst en halverwege hun verwachte levensduur. In april 1978 wordt een lijst met aanpassingen en verbeteringen voor de rijtuigen opgesteld. Op deze lijst komt onder andere het verbeteren van de loopeigenschappen en het beter isoleren van de vloer op te staan. De gebruikte banken zullen eveneens vervangen gaan worden door banken van Compin, zoals toegepast bij het SGM. Uiteindelijk wordt besloten om alleen de bekleding te vernieuwen. De plaatsing van statische omzetters komt ook naar voren, maar hier wordt uiteindelijk van afgezien vanwege de hoge prijs. De prijs voor aanschaf en plaatsing zou uitkomen op een bedrag van ƒ 100.000,- per rijtuig. Daarnaast wordt gekeken om de draai/vouwdeuren te vervangen door zwenk/zwaaideuren, zoals toegepast in de treinstellen Plan U. De kosten hiervoor zouden uitkomen op totaal ƒ 3 miljoen. Uiteindelijk wordt gekozen om nieuwe deuren te bestellen met nieuwe pneumatische apparatuur. Met deze nieuwe deuren worden de smalle draai/vouwdeuren vervangen door nieuwe, bredere exemplaren, welke geleverd zijn door de Vereinigte Metallwerke Wien. De luchtapparatuur voor de deuren wordt geleverd door Tebel uit Leeuwarden. Voor deze wijziging is het rijtuig B11 21-37 505 in Haarlem geweest om te bekijken of de wijzigingen mogelijk zijn. Het rijtuig was van 20 november 1979 tot 7 december 1979 in de werkplaats. In deze periode wordt het rijtuig ook gebruikt voor wijzigingen aan de verwarming. Een andere, uiterlijke wijziging is de vervanging van de 3-delige schuiframen door 2-delige schuiframen met getint glas. Het onderste deel van het raam werd eveneens vervangen. De twee enkele ruiten met spouw worden vervangen door een ruit van dubbelglas. De rolgordijnen van gaas voor het raam komen wel te vervallen. De stalen dakluiken worden vervangen door luiken van polyester. Ieder balkon krijgt aan twee zijden een schakelaar voor de deurbediening. In het toilet komt een tegelvloer en de ventilatie in het toilet zal worden verbeterd. De rijtuigen van de deelserie W2 zullen voorzien gaan worden van een omroepinstallatie. Qua schildering zouden de rijtuigen W1 niet aangepast worden en de rijtuigen W2 krijgen de deuren geheel geel gespoten, wat uitwisseling tussen beide series mogelijk zal maken zonder schilderbeurt. De rijtuigbak blijft donkerblauw. Rijtuig B11 21-37 507 wordt als eerste rijtuig gereviseerd en schilderbeurt. De lichtblauwe reclamebanen en biezen verdwijnen en de deuren zijn geheel geel geschilderd. Na aflevering van dit rijtuig wordt besloten om de rijtuigen te schilderen in het geel/blauw, net zoals de nieuwe rijtuigen ICR. Rondom de ramen en de stelbalk worden blauw, terwijl de band tussen de stelbalk en ramen en een bies geel wordt. De rijtuigen worden aan de linkerzijde onder het middelste raam voorzien van een zwart logo. Het nummer blijft aan de rechterzijde van het rijtuig. De rijtuigen W1 bleven hun Benelux jasje houden. Opvallend hierbij was dat de gele strook bij de deuren breder werd uitgevoerd. De koppen werden tot aan het dak ook blauw geschilderd. De rijtuigen B11 21-37 531 en B11 21-37 532 zijn in januari 1984 naar Haarlem gestuurd voor revisie. Zij blijven echter twee maanden lang op het terrein van de werkplaats staan in verband met ruimtegebrek in de werkplaats. Pas in maart 1984 worden de rijtuigen daadwerkelijk in revisie genomen.


Bijzondere uitvoeringen

Als eerste rijtuig na grote revisie is de B11 21-37 507 in 1982 afgeleverd. Het rijtuig werd in een afwijkende donkerblauwe kleur afgeleverd. Ook de deuren waren afwijkend geheel geel geschilderd, net zoals de Benelux rijtuigen. Het rijtuig heeft bijna een jaar zo gereden alvorens het in de werkplaats van Amersfoort in de IC kleuren gespoten werd in de IC kleurstelling.


Wijzigingen

  • De rijtuigen worden vanaf 1968 voorzien van het NS logo in het wit. Dit logo wordt onder het middelste raam geplaatst aan de linkerzijde van het rijtuig.
  • Op 16 maart 1970 wordt rijtuig B11 29-37 424 naar Werkspoor overgebracht. Het rijtuig zal hier een wijziging ondergaan voor de watervoorziening van de toiletten. Ook de rijtuigen B11 29-37 4, B11 29-37 4 en B11 29-37 4 ondergaan bij Werkspoor deze wijzigingen.
  • In de periode 1991 - 1993 werden alle rijtuigen voorzien van statisch omzetters, zodat de oplaadritten voor de dienst konden vervallen, evenals het verplicht combineren van rijtuigen met een statische omzetter. Vanwege het ontbreken van rijtuigen eerste klas Plan W kwam dit nauwelijks voor.


Ombouw ten behoeve van inzet in Benelux en naar IC

Om de dienst tussen Amsterdam en Brussel uit te breiden en het bestaande materieel (de treinstellen Materieel'57) te ontlasten, werd besloten om vijf stammen van getrokken rijtuigen samen te stellen met rijtuigen van de NS en de NMBS. De NMBS levert de locomotief (een aangepaste locomotief van de Reeks 25), het eerste klas en het gemengde eerste en tweede klas rijtuig (I4). De NS levert drie tweede klas rijtuigen (Plan W1) en een bagage-/restauratierijtuig. Dit rijtuig wordt uitgevoerd als stuurstandrijtuig. De keus hiervoor valt op de RD rijtuigen Plan D. Deze werkzaamheden worden in zowel de hoofdwerkplaats Haarlem als hoofdwerkplaats Tilburg uitgevoerd. In november 1971 worden de eerste testen gereden. Het rijtuig RD 87-40 108 wordt hierbij gebruikt als tijdelijk stuurstand rijtuig. Het rijtuig is voorzien van frontseinen, een complete stuurstand en radioverbinding met de achteroplopende locomotief uit de NMBS Reeks 15. De schuifdeur die vooroploopt is ter verhoging van de zichtbaarheid geel geschilderd. De stam bestaat naast het Plan D rijtuig uit drie Plan W rijtuigen, de B11 21-37 405, B11 21-37 421 en B11 21-37 426. De NMBS leverde de rijtuigen I4 A 19-80 407, B 39-80 401 en een meetrijtuig, nummer 11. Als locomotief werd de 1505 gestuurd. Op 25 november 1971 worden de drie Belgische rijtuigen naar Roosendaal overgebracht vanuit België. Later op de dag gaan de drie rijtuigen naar de Tilburgse werkplaats. Op 29 november 1971 komt de 1505 aan in Roosendaal. Op deze dag worden ook alle rijtuigen naar Roosendaal overgebracht. De rijtuigen Plan W komen uit de Zaanstraat. De Belgische rijtuigen alsmede het rijtuig Plan D komen uit Tilburg. In Roosendaal wordt de trein samengesteld en de eerste testen uitgevoerd. Van 29 november tot en met 2 december 1971 werden de proefritten verreden vanuit Roosendaal. Op 30 november 1971 rijdt de trein geduwd van Roosendaal naar 's-Hertogenbosch. Via Boxtel wordt er geduwd naar Lage Zwaluwe gereden. Getrokken gaat de trein terug naar Roosendaal. Op 1 december 1971 gaat de trein geduwd naar Amsterdam Centraal. Via de Watergraafsmeer en de Rietlanden is de trein gedriehoekt, om zo geduwd terug te gaan naar Roosendaal. Op 2 december 1971 worden proefritten naar België gereden. Aan het eind van de dag gaan de 1505 en de drie rijtuigen terug naar België. De proefritten zijn succesvol en er wordt besloten om zelfs acht stammen samen te stellen. Door de NMBS worden er 8 locomotieven van de Reeks 25 verbouwd tot Reeks 25.5. Ook stellen zij 16 rijtuigen van het type I4 beschikbaar. De uiteindelijke treinen bestaan uit een locomotief reeks 25.5 van de NMBS, twee rijtuigen I4 (een A en een AB), eveneens van de NMBS, drie rijtuigen Plan W (uit de buurlandserie W1) en een stuurstandrijtuig Plan D. Deze rijtuigen zijn verbouwd uit rijtuigen van het type RD. Er werden in totaal acht composities gemaakt. De rijtuigvolgorde was locomotief + B + B + B + AB + A + WRDk. In de loop van 1974 kwamen deze rijtuigen in de Benelux dienst te rijden. Vanwege het vergemakkelijken van het onderhoud van het materieel, werd de volgorde in 1977 gewijzigd in een Belgische en Nederlands deel: Locomotief + A + AB + B + B + B + WRDk.

De rijtuigen die geschikt gemaakt moesten worden voor de inzet in de Benelux, dienden een aantal aanpassingen te ondergaan en daarnaast werden ze opnieuw geschilderd. De aanpassingen bestonden uit het aanbrengen van stuurstroomkabels en bijhorende stekkerdozen, het installeren van een omroep en het geel schilderen van deuren en een gele band onder de ramen. De rijtuigen behielden hun donkerblauwe ondergrond. Daarnaast werd een klein NS logo geplaatst met daarnaast de letters NS. Ook alle opschriften werden conform RIC rijtuigen aangebracht. In de zomer van 1973 werd begonnen om de eerste rijtuigen aan te passen. Als eerste is het rijtuig B11 21-37 424 binnen genomen in de Haarlemse werkplaats. De ombouw van de rijtuigen duurt 3 tot 4 weken per rijtuig. Alle rijtuigen die aangepast zijn, zijn ook vernummerd. De volgnummers zullen met 50 verhoogd worden, zodat de rijtuigen terecht komen in de serie B11 21-37 45X-X. Het eerste rijtuig dat met de nieuwe nummers de werkplaats verliet, was de B11 21-37 457. De rijtuigen B11 21-37 451 en B11 21-37 473 zijn na hun aanpassing in dienst gesteld met hun originele nummer (21-37 401 resp. 21-37 424). Op 28 augustus 1973 zijn de rijtuigen alsnog voorzien van hun aangepaste nummers. In eerste instantie werd gedacht dat de B11 21-37 426, B11 21-37 427 en B11 21-37 428 niet nodig waren voor de Benelux. In 1981 werden zij alsnog aangepast om in de Benelux mee te kunnen rijden. Als eerste arriveerde de B11 21-37 428 op 11 december 1980 in Haarlem om aangepast te gaan worden. Na de eerste werkzaamheden aan het rijtuig, worden deze gestaakt. Er wordt besloten om het deels uitgebrande treinstel ElD4 1781 als eerste te gaan herstellen. Op 24 december 1980 is het rijtuig B11 21-37 428 afgeleverd en naar Amsterdam Zaanstraat opgezonden voor onderhoud. In februari 1981 komt het rijtuig alsnog naar Haarlem voor het ondergaan van de nodige aanpassingen.

Nadat de rijtuigen waren teruggetrokken uit de Benelux dienst, werden de Plan W1 rijtuigen aangepast om samen met de rijtuigen ICR te kunnen rijden in het binnenlandse verkeer. Zo zijn de rangeervoorzieningen weer verwijderd.

Nummer Ombouw in Ombouw uit Ombouw in Ombouw uit
B11 50 84 21-37 401-7 5 juni 1973 27 juni 1973 11 juli 1988 23 augustus 1988
B11 50 84 21-37 402-5 3 oktober 1973 23 oktober 1973 27 juli 1988 15 september 1988
B11 50 84 21-37 403-3 18 september 1973 10 oktober 1973 15 september 1987 25 november 1987
B11 50 84 21-37 404-1 20 augustus 1973 12 september 1973 19 oktober 1988 29 november 1988
B11 50 84 21-37 405-8 24 april 1974 13 mei 1974 5 augustus 1988 4 oktober 1988
B11 50 84 21-37 406-6 26 november 1973 19 december 1973 19 september 1988 31 oktober 1988
B11 50 84 21-37 407-4 6 augustus 1973 29 augustus 1973 14 maart 1988 26 april 1988
B11 50 84 21-37 408-2 13 maart 1974 2 april 1974 23 januari 1987 18 juni 1987
B11 50 84 21-37 411-6 29 oktober 1973 22 november 1973 7 maart 1988 14 april 1988
B11 50 84 21-37 412-4 3 januari 1974 23 januari 1974 7 juli 1988 10 augustus 1988
B11 50 84 21-37 413-2 14 januari 1974 5 februari 1974 20 mei 1988 7 juli 1988
B11 50 84 21-37 414-0 3 september 1973 26 september 1973 19 september 1988 31 oktober 1988
B11 50 84 21-37 415-7 16 oktober 1973 6 november 1973 12 april 1988 18 mei 1988
B11 50 84 21-37 416-5 26 februari 1974 19 maart 1974 2 mei 1988 8 juni 1988
B11 50 84 21-37 417-3 25 maart 1974 16 april 1974 9 mei 1988 15 juni 1988
B11 50 84 21-37 418-1 13 november 1973 6 december 1973 20 juni 1988 29 juli 1988
B11 50 84 21-37 421-5 9 april 1974 29 april 1974 15 juni 1988 26 juli 1988
B11 50 84 21-37 422-3 29 januari 1974 19 februari 1974 25 oktober 1988 30 november 1988
B11 50 84 21-37 424-9 9 mei 1973 8 juni 1973 1 maart 1988 31 maart 1988
B11 50 84 21-37 425-6 13 februari 1974 5 maart 1974 28 maart 1988 29 april 1988
B11 50 84 21-37 426-4 15 april 1981 9 juli 1981 26 mei 1988 7 juli 1988
B11 50 84 21-37 427-2 3 juni 1981 18 augustus 1981 18 april 1988 27 mei 1988
B11 50 84 21-37 428-0 17 februari 1981 25 mei 1981 27 januari 1988 28 maart 1988


Huisstijl

In navolging van de treinstellen, worden ook de rijtuigen van Plan W in de Intercity-huisstijl geschilderd. Als eerste worden de rijtuigen uit de tweede deelserie geschilderd. Dit gebeurt bij de grote revisie aan het begin van de jaren '80. De rijtuigen uit de eerste deelserie worden aan het eind van de jaren '80 omgeschilderd, nadat zij worden teruggetrokken uit de Benelux dienst. Rijtuig B11 21-30 458 is als eerste voormalige Benelux rijtuig geschilderd. In december 1986 liep het rijtuig schade op en in januari 1987 kwam het rijtuig voor herstel naar de Haarlemse werkplaats. Dit herstel wordt pas in maart 1987 ter hand genomen. Het grote verschil tussen de beide deelseries is de plaats van het nummer. Bij de rijtuigen van de eerste serie is het nummer in het midden geplaatst, terwijl de rijtuigen uit de tweede serie het nummer rechts hebben staan.

Nummer Blauw in Intercity uit Nummer Blauw in Intercity uit
B11 50 84 21-37 451-5 11 juli 1988 23 augustus 1988 B11 50 84 21-37 502-5 2 november 1982 24 januari 1983
B11 50 84 21-37 452-3 27 juli 1988 15 september 1988 B11 50 84 21-37 503-3 10 november 1982 28 januari 1983
B11 50 84 21-37 453-1 15 september 1987 25 november 1987 B11 50 84 21-37 504-1 n.v.t. n.v.t.
B11 50 84 21-37 454-9 19 oktober 1988 29 november 1988 B11 50 84 21-37 505-8 22 december 1982 21 maart 1983
B11 50 84 21-37 455-6 5 augustus 1988 4 oktober 1988 B11 50 84 21-37 506-6 28 oktober 1982 14 januari 1983
B11 50 84 21-37 456-4 19 september 1988 31 oktober 1988 B11 50 84 21-37 507-4 9 november 1982 22 november 1982
B11 50 84 21-37 457-2 14 maart 1988 26 april 1988 B11 50 84 21-37 508-2 30 december 1982 29 maart 1983
B11 50 84 21-37 458-0 23 januari 1987 18 juni 1987 B11 50 84 21-37 511-6 6 januari 1983 1 april 1983
B11 50 84 21-37 461-4 7 maart 1988 14 april 1988 B11 50 84 21-37 512-4 23 februari 1983 18 mei 1983
B11 50 84 21-37 462-2 7 juli 1988 10 augustus 1988 B11 50 84 21-37 513-2 7 april 1983 5 juli 1983
B11 50 84 21-37 463-0 20 mei 1988 7 juli 1988 B11 50 84 21-37 514-0 13 april 1983 8 juli 1983
B11 50 84 21-37 464-8 19 september 1988 31 oktober 1988 B11 50 84 21-37 515-7 25 mei 1983 12 augustus 1983
B11 50 84 21-37 465-5 12 april 1988 18 mei 1988 B11 50 84 21-37 516-5 8 juni 1983 30 augustus 1983
B11 50 84 21-37 466-3 2 mei 1988 8 juni 1988 B11 50 84 21-37 517-3 21 juni 1983 13 september 1983
B11 50 84 21-37 467-1 9 mei 1988 15 juni 1988 B11 50 84 21-37 518-1 1 juli 1983 23 september 1983
B11 50 84 21-37 468-9 20 juni 1988 29 juli 1988 B11 50 84 21-37 521-5 30 augustus 1983 17 november 1983
B11 50 84 21-37 471-3 15 juni 1988 26 juli 1988 B11 50 84 21-37 522-3 13 september 1983 5 december 1983
B11 50 84 21-37 472-1 25 oktober 1988 30 november 1988 B11 50 84 21-37 523-1 28 september 1983 23 december 1983
B11 50 84 21-30 423-1 n.v.t. n.v.t. B11 50 84 21-37 524-9 5 oktober 1983 28 december 1983
B11 50 84 21-37 473-9 1 maart 1988 31 maart 1988 B11 50 84 21-37 525-6 20 oktober 1983 12 januari 1984
B11 50 84 21-37 474-7 28 maart 1988 29 april 1988 B11 50 84 21-37 526-4 28 oktober 1983 18 januari 1984
B11 50 84 21-37 475-4 26 mei 1988 7 juli 1988 B11 50 84 21-37 527-2 8 december 1983 11 april 1984
B11 50 84 21-37 476-2 18 april 1988 27 mei 1988 B11 50 84 21-37 528-0 23 december 1983 24 april 1984
B11 50 84 21-37 477-0 27 januari 1988 28 maart 1988 B11 50 84 21-37 531-4 3 januari 1984 29 mei 1984
B11 50 84 21-37 501-7 25 augustus 1982 12 november 1982 B11 50 84 21-37 532-2 19 januari 1984 13 juni 1984


Vernummeringen

De rijtuigen zijn vanaf 1968 voor het eerst vernummerd. De rijtuigen W1 zijn met de korte, 4-cijferige nummers in dienst gekomen, welke vanaf 1968 werden vervangen door nummering van UIC-1. De rijtuigen W2 zijn direct met deze nummers in dienst gekomen en hebben hun hele leven lang de nummers behouden.

Voor de inzet in de trek-duw treinen zijn de rijtuigen W1 opnieuw vernummerd na hun aanpassingen, welke hun geschikt maakten voor deze diensten. De drie rijtuigen die in 1981 zijn verbouwd, zijn aansluitend genummerd aan de exemplaren die al in 1973 zijn aangepast en vernummerd.

Na vervanging door de locs NMBS Reeks 11.8 en rijtuigen ICR-3 in 1986 zijn de rijtuigen uit de Benelux dienst teruggetrokken en weer aangepast om met de rijtuigen ICR te kunnen rijden. De rijtuigen verloren hierbij hun buitenland kenmerk. Het achtste en negende getal werd aangepast van 30 naar 37.

Oorspronkelijk nummer Nummer vanaf 1968 Nummer vanaf 1973 Nummer vanaf 1987 Opmerkingen
B11 4101 B11 50 84 21-30 401-7 B11 50 84 21-30 451-2 B11 50 84 21-37 451-5 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4102 B11 50 84 21-30 402-5 B11 50 84 21-30 452-0 B11 50 84 21-37 452-3 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4103 B11 50 84 21-30 403-3 B11 50 84 21-30 453-8 B11 50 84 21-37 453-1 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4104 B11 50 84 21-30 404-1 B11 50 84 21-30 454-6 B11 50 84 21-37 454-9 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4105 B11 50 84 21-30 405-8 B11 50 84 21-30 455-3 B11 50 84 21-37 455-6 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4106 B11 50 84 21-30 406-6 B11 50 84 21-30 456-1 B11 50 84 21-37 456-4 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4107 B11 50 84 21-30 407-4 B11 50 84 21-30 457-9 B11 50 84 21-37 457-2 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4108 B11 50 84 21-30 408-2 B11 50 84 21-30 458-7 B11 50 84 21-37 458-0 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4109 B11 50 84 21-30 411-6 B11 50 84 21-30 461-1 B11 50 84 21-37 461-4 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4110 B11 50 84 21-30 412-4 B11 50 84 21-30 462-9 B11 50 84 21-37 462-2 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4111 B11 50 84 21-30 413-2 B11 50 84 21-30 463-7 B11 50 84 21-37 463-0 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4112 B11 50 84 21-30 414-0 B11 50 84 21-30 464-5 B11 50 84 21-37 464-8 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4113 B11 50 84 21-30 415-7 B11 50 84 21-30 465-2 B11 50 84 21-37 465-5 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4114 B11 50 84 21-30 416-5 B11 50 84 21-30 466-0 B11 50 84 21-37 466-3 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4115 B11 50 84 21-30 417-3 B11 50 84 21-30 467-8 B11 50 84 21-37 467-1 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4116 B11 50 84 21-30 418-1 B11 50 84 21-30 468-6 B11 50 84 21-37 468-9 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4117 B11 50 84 21-30 421-5 B11 50 84 21-30 471-0 B11 50 84 21-37 471-3 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4118 B11 50 84 21-30 422-3 B11 50 84 21-30 472-8 B11 50 84 21-37 472-1 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4119 B11 50 84 21-30 423-1 n.v.t. n.v.t. Invoering UIC
B11 4120 B11 50 84 21-30 424-9 B11 50 84 21-30 473-6 B11 50 84 21-37 473-9 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4121 B11 50 84 21-30 425-6 B11 50 84 21-30 474-4 B11 50 84 21-37 474-7 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4122 B11 50 84 21-30 426-4 B11 50 84 21-30 475-1 (1981) B11 50 84 21-37 475-4 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4123 B11 50 84 21-30 427-2 B11 50 84 21-30 476-9 (1981) B11 50 84 21-37 476-2 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland
B11 4124 B11 50 84 21-30 428-0 B11 50 84 21-30 477-7 (1981) B11 50 84 21-37 477-0 Invoering UIC, inzet in Benelux, inzet in binnenland


Schadegevallen

  • Op april 1967 loopt het rijtuig B11 4123 rangeerschade op te Roosendaal. Door de klap treden er diverse vervormingen op in de zijwand tussen de ramen en bij het dak. Het waterreservoir wordt uit de bevestiging gestoten en zorgt voor vervorming van het dak. De accu's worden uit hun houders geschud en de accukist loopt eveneens schade op. Op 24 april 1967 komt het rijtuig aan in de Haarlemse werkplaats. Het rijtuig wordt door Werkspoor hersteld.
  • De rijtuigen B11 21-30 423, B11 21-30 412, AB 38-40 174 (Plan K) en WRD 87-38 102 (Plan D) raken op 15 augustus 1969 beschadigd bij een ongeval in het Duitse Düsseldorf toen zij onderweg waren in trein 784 van Amsterdam naar Keulen. Trein 784 wordt in de flank aangereden door stoptrein van naar . Na het ongeval wordt het rijtuig aangereden door posttrein van naar . Het rijtuig B11 21-30 423 loopt hier zware schade op. De drie andere rijtuigen lopen minder zware schade op. Er wordt bij zowel Düwag als Werkspoor een offerte opgevraagd om het rijtuig te herstellen. Beide bedrijven konden het rijtuig voor meer dan ƒ 300.000,- hersteld worden, waarbij het de vraag was of er een technisch volwaardig rijtuig op de baan kon worden gebracht. Er wordt uiteindelijk gekozen om het rijtuig niet te laten herstellen. Op komt het rijtuig B11 21-30 423 terug naar Nederland en wordt in Utrecht gestald. Het rijtuig B11 21-30 423 wordt ingepakt in zeildoek. Het rijtuig B11 21-30 423 werd niet meer hersteld en wordt eind maart 1970 afgevoerd voor sloop. In de nacht van 10 op 11 april 1970 is het rijtuig van Utrecht naar Haarlem gesleept. Op 20 juli 1970 wordt het rijtuig van Haarlem naar Mijdrecht overgebracht. Het rijtuig is gesloopt bij sloper Koek in Mijdrecht. Het rijtuig B11 21-30 412 werd hersteld door Düwag in Düsseldorf. Het rijtuig kwam op 20 januari 1970 aan in Haarlem. Hier is het rijtuig nagekeken. Op 29 januari 1970 is het rijtuig afgeleverd.
  • Op 9 december 1970 botst locomotief 1159 met trein 822 (Maastricht - Zandvoort) bij Heeze op een met stenen beladen vrachtwagen. De trein bestaat onder andere uit de rijtuigen Plan L P 00-37 034 + Plan W B11 21-30 407 + Plan W B11 21-30 414 + Plan W B11 21-37 532 + Plan E RD 87-37 211. Hierbij raken de 1159 en de genoemde rijtuigen beschadigd. De Plan W rijtuigen komen op 14 december 1970 naar Haarlem voor het herstel van de schade. De B11 21-37 532 wordt op 22 december 1970 hersteld afgeleverd, de B11 21-30 414 volgt een dag later. Het zwaarder beschadigde rijtuig B11 21-30 407 wordt op 31 december 1970 afgeleverd. De machinist van de trein komt bij dit ongeval om het leven.
  • Rijtuig B11 21-37 504 brandde op 30 november 1971 gedeeltelijk uit en raakte hierbij zwaar beschadigd. Het rijtuig is onderweg in trein 465 van Amsterdam naar Enschede. Ter hoogte van Weesp strandt de trein. Het blussen van de brand kostte nogal wat moeite, omdat de trein tussen de weilanden tot stilstand kwam. De brandweer had moeite om de brandende trein te bereiken. Na het blussen van de brand is de trein in Weesp neergezet, waarna later de trein is afgevoerd naar de Watergraafsmeer. Op 197 wordt het rijtuig naar de Rietlanden overgebracht. Op 17 januari 1972 wordt het rijtuig naar de Haarlemse werkplaats overgebracht. De schade aan de B11 21-37 504 is dusdanig groot, dat het rijtuig niet hersteld wordt. De kosten van herstel worden geschat op 420.000 gulden. De schade bestaat uit een doorgezakt rijtuig en is voor een groot deel uitgebrand. Op 22 februari 1972 wordt dit rijtuig naar de sloper gebracht. Onderdelen van dit rijtuig worden gebruikt om het Plan E rijtuig A8 18-37 226 te herstellen. Dit rijtuig was gekoppeld met het afgebrande rijtuig B11 21-37 504. Zo krijgt dit Plan E rijtuig onder andere de zijwanden en ramen van het Plan W rijtuig.
  • Op 12 december 1980 botst de WRDk 87-38 101 ter hoogte van Rijswijk met een auto met aanhanger. Het rijtuig is onderweg met trein van naar . Van de andere zijde nadert trein , bestaande uit de treinstellen 220 901. De rijtuigen WRDk 87-38 101 en B 21-37 453 raken hierbij aanzienlijk beschadigd. De rijtuigen worden op 18 december 1980 naar Haarlem gebracht voor het herstel. Het rijtuig B 21-37 453 wordt na het herstel van de schade gereviseerd. Op 13 april 1981 is het rijtuig B 21-37 453 afgeleverd.
  • Op 31 december 1986 raakt rijtuig B11 21-30 458 op drift door de wind. Het rijtuig stond op dat moment in het westelijk haven gebied van Amsterdam. Het rijtuig botste met enkele goederenwagons die daar stonden opgesteld. Als gevolg van de botsing, ontspoort het rijtuig. Het rijtuig loopt lichte schade op, maar komt pas op 23 januari 1987 aan in de Haarlemse werkplaats. Hier wordt het rijtuig als eerste van zijn serie aangepast voor gebruik in de binnenlandse dienst, inclusief bijbehorende schilderbeurt met een gele bak en een blauwe band rondom de ramen. Op 18 juni 1987 is het rijtuig afgeleverd.


  • Op 19 oktober 1992 botste trein 8 van Maastricht naar Zandvoort te Haelen op een vrachtauto. De trekkende locomotief 1603 liep hierbij flinke schade op, evenals de twee daar achterlopende rijtuigen. Deze rijtuigen ontspoorden als gevolg van de botsing. Achter de locomotief liep rijtuig B11 21-37 525 mee, dat flinke schade opliep. Dezelfde dag wordt het materieel herspoord en in Haelen aan de kant gezet. Op 23 oktober 1992 zijn de locomotief en rijtuigen naar Eindhoven gesleept. In de nacht van 28 op 29 oktober 1992 zijn de rijtuigen naar Haarlem overgebracht, waar zij op 29 oktober 1992 werden binnengenomen voor het herstel. Aflevering vond plaats op 3 september 1993.


  • Op 14 december 2000 brandt een coupé van rijtuig B11 21-37 528 uit. Het rijtuig rijdt op dat moment als laatste rijtuig mee in trein 955 van Haarlem naar Heerlen. De brand wordt ontdekt bij het station Amsterdam Amstel. Nadat de brand geblust is, wordt het rijtuig naar Haarlem overgebracht. Het rijtuig wordt niet meer hersteld en afgevoerd. In Haarlem wordt het rijtuig geheel ontdaan van bruikbare onderdelen. Het lege casco wordt op 13 augustus 2002 naar sloper HKS Metals in de Amsterdamse Westhaven gebracht.
  • Op 3 juli 2001 botst locomotief 1772 als trein 842 van Maastricht naar Haarlem ter hoogte van Bunde op een dieplader. De locomotief liep hierbij zware schade op aan het casco. Tevens liepen de eerste 10 rijtuigen schade op, waarbij de eerste vijf zelfs ontspoorden. De trein bestond uit de Plan W B11 21-37 516 en ICR rijtuigen A10 10-77 607 + A10 10-77 613 + A10 10-70 664 + B10 20-77 102 + B10 20-70 804 + B10 20-70 807 + B10 20-70 823 + B10 20-70 841 + BKD 82-70 916 + BKD 82-70 955. De ICR rijtuigen werden naar de hoofdwerkplaats Haarlem gestuurd. Het Plan W rijtuig ging naar Maastricht en kwam op 7 september 2001 aan in Haarlem. Het rijtuig wordt nog hersteld van de lichte schade en wordt op 19 oktober 2001 afgeleverd. Het is het laatste Plan W rijtuig dat hersteld wordt van schade.
  • Op 7 juli 2002 wordt brand gesticht in de Plan V ABk 815. Het vuur slaat ook over naar enkele rijtuigen die er staan. Doordat de rijtuigen ontdaan zijn van hun draaistellen en op bokken staan, breidt de brand zich snel uit. De B11 21-37 454, B11 21-37 502 en B11 21-37 505 brandden ook geheel of gedeeltelijk uit. Naast deze drie rijtuigen, staan ook de B11 21-37 468, B11 21-37 522 en B11 21-37 527 in Zutphen. Al deze zes de rijtuigen worden dezelfde maand nog ter plekke gesloopt.


Afvoer

Het eerste rijtuig dat werd afgevoerd, was de B11 4119 (B11 21-30 423). Dit rijtuig raakte beschadigd bij een ongeval te Düsseldorf in 1970. Bij dit ongeval raakte ook de B11 4110 (B11 21-30 412) beschadigd. Dit rijtuig werd hersteld bij Düwag Düsseldorf. In januari 1972 werd het tweede rijtuig afgevoerd. Het rijtuig B11 21-37 504 brandde op 30 november 1971 uit, toen het onderweg was van Amsterdam naar Enschede. Het rijtuig raakte hierbij zwaar beschadigd en werd niet meer hersteld. Een kopafdeling van dit rijtuig is gebruikt om het eveneens beschadigde rijtuig Plan E A 6522 te herstellen. Het tweede rijtuig dat afgevoerd wordt, is de beschadigde B11 21-37 504.

De grote afvoer werd voorzien in 1996. Per 2 juni 1996 werden alle resterende rijtuigen W1 + rijtuig W2 B11 21-37 501 terzijde gesteld. De rijtuigen werden onder andere op de Watergraafsmeer en Zwolle Rangeerstation geplaatst. Vanaf augustus 1996 dienen 17 afgevoerde rijtuigen als geluidswal op de Watergraafsmeer. De rijtuigen worden op spoor C14 geplaatst. Per 2 september 1996 werden de overige rijtuigen W2 terzijde gesteld. Op 2 januari 1997 zijn 23 rijtuigen overgebracht van de Watergraafsmeer naar Zwolle Rangeerstation. Op 23 januari 1997 zijn de laatste zes rijtuigen die op de Watergraafsmeer stonden naar Zwolle Rangeerstation overgebracht door de 1224. In 1998 en 1999 werd een deel van deze rijtuigen weer in dienst gesteld. Het huren van rijtuigen bij buitenlandse maatschappijen wilde op dat moment niet lukken. De rijtuigen die niet in dienst terugkwamen, deden dienst als plukrijtuigen voor de andere rijtuigen en werden nadien gesloopt. In maart 1999 zijn de laatste rijtuigen van de geluidswal op spoor C14 van de Watergraafsmeer vervangen door vier afgevoerde treinstellen Plan U.

Op 17 februari 1999 werden de B11 21-37 512 en B11 21-37 518 van de Watergraafsmeer naar Haarlem gebracht. De rijtuigen zijn hier ontdaan van hun interieur. De rijtuigen zijn ingericht worden als tentoonstellingsruimte tijdens het FotoFestival op het Bastion in Naarden. Dit vindt plaats van 13 mei tot 6 juni 1999. De rijtuigen zijn op 23 april 1999 van Haarlem naar de Watergraafsmeer overgebracht en op 26 april 1999 naar Naarden-Bussum. Twee dagen later werden zij op diepladers geladen en overgebracht naar het bolwerk Nieuwe Molen. Op 8 juni 1999 werden zij weer van hun tijdelijke locatie overgebracht naar het station van Naarden. Van daar werden zij naar Revisiebedrijf Haarlem overgebracht.

Op 28 januari 2000 worden de plukrijtuigen B11 21-37 458 en B11 21-37 465 vanuit Haarlem door twee locomotieven serie 6400 naar het militaire oefenterrein Vijf Eiken overgebracht in Gilze-Rijen. De rijtuigen zijn voor drie jaar ter beschikking gesteld voor oefeningen van onder andere de ME. Op 10 september 2004 werden de rijtuigen door locomotief 6466 opgehaald en naar Maastricht gebracht. Naast deze twee rijtuigen, rijdt ook rijtuig B11 21-37 451 mee in deze trein. Als remrijtuigen fungeren drie OverNightExpress rijtuigen.

Op 1 september 2003 worden 18 van de nog 28 rijtuigen aangewezen voor afvoer. De tien overige rijtuigen blijven tot medio december 2003 in dienst. De 18 rijtuigen worden in de twee daarop volgende weken uit de dienst gehaald. Het zijn de rijtuigen B11 21-37 451, B11 21-37 452, B11 21-37 453, B11 21-37 461, B11 21-37 463, B11 21-37 466, B11 21-37 471, B11 21-37 473, B11 21-37 501, B11 21-37 503, B11 21-37 511, B11 21-37 513, B11 21-37 514, B11 21-37 515, B11 21-37 516, B11 21-37 521, B11 21-37 524 en B11 21-37 531. In december 2003 worden de rijtuigen 21-37 455, B11 21-37 456, B11 21-37 457, B11 21-37 464, B11 21-37 467, B11 21-37 472, B11 21-37 475, B11 21-37 517, B11 21-37 523 en B11 21-37 525. Op 19 december 2003 rijden de rijtuigen voor het laatst. Die dag worden nog twee rijtuigen ingezet. Na hun afvoer in september 2003 werden de B11 21-37 453 en B11 21-37 531 gebruikt voor koppelinstructie op Amersfoort Bokkeduinen. Deze instructie hield in dat hulpverleners en anderen die normaal niet assisteren met het koppelen van treinen hier vaardigheid in zouden krijgen in geval van nood. De rijtuigen stonden hier samen met locomotief 1315. Deze instructie duurde tot het voorjaar van 2004. Van 2 april tot 4 augustus 2004 stonden locomotief 1315 en Plan W B11 21-37 453 te Hengelo op spoor 11 voor koppelinstructie. De B11 21-37 531 stond op spoor 8, aan de zijde van Delden. Op 2 april werden de rijtuigen en locomotief door locomotief 1753 van Amersfoort naar Hengelo gebracht. Op 4 augustus werd de trein opgehaald door ICRm BDs 82-77 022 en locomotief 1736 en naar de Watergraafsmeer overgebracht.


Sloop

Als eerste rijtuig is de B11 4119 gesloopt. Het rijtuig is beschadigd geraakt in Duitsland. Op 20 juli 1970 wordt het rijtuig vanuit Haarlem naar sloper Koek in Mijdrecht gebracht. Het tweede rijtuig dat wordt gesloopt, is de B11 21-37 504. Het rijtuig is in november 1971 door brand beschadigd. Op 22 februari 1972 komt het rijtuig aan bij de sloper in Mijdrecht. In 1999 worden pas de volgende rijtuigen gesloopt. Deze rijtuigen hebben als onderdelenleverancier voor rijtuigen die gereviseerd zijn in 1998 en 1999. Dit zijn negen rijtuigen, die tussen april 1999 en september 1999 worden gesloopt. Op 27 april 1999 zijn de eerste twee rijtuigen (B11 21-37 506) vanuit Haarlem naar sloper HKS gebracht. Begin mei volgen nog drie rijtuigen (B11 21-37 508 en B11 21-37 526). De sloop vindt plaats bij sloper HKS in de Amsterdamse Westhaven. Op 3 september 1999 werd de B11 21-37 512 naar de sloper overgebracht. In 2002 worden zeven rijtuigen gesloopt, waarvan zes stuks in Zutphen. Zij zijn op 7 juli 2002 betrokken bij de brandstichting op Zutphen Goederen. Tussen juli 2004 en september 2004 worden de laatste rijtuigen gesloopt die tot december 2003 dienst hebben gedaan en geen toekomst hebben bij museumbedrijven.


Museummaterieel

Van de 50 gebouwde rijtuigen, hebben er 3 een museale bestemming gekregen. Het gaat om de B11 21-37 455, B11 21-37 457 en B11 21-37 472.

  • Spoorwegmuseum

Het Spoorwegmuseum in Utrecht had in totaal de beschikking over 3 rijtuigen. In 2009 zijn twee rijtuigen overgedragen aan de Friese Stoomtrein Maatschappij in Sneek.

B11 4105

Op 6 september 2003 wordt het rijtuig B11 21-37 454 overgedragen aan het Spoorwegmuseum. Na de afvoer van de rijtuigen in 2003, komt het rijtuig B11 21-37 455 in januari 2004 bij het Spoorwegmuseum. Het is de bedoeling om het rijtuig in de richten als tentoonstellingsruimte als het museum gesloten is vanwege de grootschalige renovatie in 2005. Na de afvoer in september 2003, wordt het rijtuig in januari 2004 vanuit Maastricht naar Heerlen overgebracht. Hier wordt het rijtuig tijdelijk gestald. Vanwege plaatsgebrek in Heerlen wordt het rijtuig op het emplacement van Arnhem Berg gestald. In 2009 gaat het rijtuig over naar de Friese Stoomtreinmaatschappij.

B11 4107

Op 6 september 2003 wordt het rijtuig B11 21-37 457 overgedragen aan het Spoorwegmuseum. Na de afvoer van de rijtuigen in 2003, komt het rijtuig B11 21-37 457 in januari 2004 bij het Spoorwegmuseum. Het is de bedoeling om het rijtuig in de richten als tentoonstellingsruimte als het museum gesloten is vanwege de grootschalige renovatie in 2005. Na de afvoer in december 2003, wordt het rijtuig in januari 2004 vanuit Maastricht naar Heerlen overgebracht. Hier wordt het rijtuig tijdelijk gestald. Vanwege plaatsgebrek in Heerlen wordt het rijtuig op het emplacement van Arnhem Berg gestald. In 2009 gaat het rijtuig over naar de Friese Stoomtreinmaatschappij.

B11 4118

Na de afvoer in 1996 kreeg het Spoorwegmuseum de beschikking over het rijtuig B11 21-37 472. Op 2 juni 1996 is het rijtuig overgedragen. Het rijtuig werd overgebracht naar de Watergraafsmeer en in naar de HTMU loods in Utrecht. In december 2000 gaat het rijtuig naar het Spoorwegmuseum en op 24 januari 2001 wordt het rijtuig door locomotief 1202 opgehaald uit het museum. Het rijtuig zou door de 1202 naar het revisiebedrijf Haarlem gesleept worden voor een revisie en herindienststelling. De 1202 raakt echter defect en op 30 januari 2001 wordt een nieuwe poging ondernomen om het rijtuig in Haarlem te krijgen. Het rijtuig wordt opnieuw in dienst gesteld, als gevolg van de brandschade dat rijtuig B11 21-37 528 in december 2000 opliep. De werkzaamheden beginnen pas na de zomer van 2001 en op 30 oktober 2001 wordt het rijtuig afgeleverd na zijn technische opknapbeurt. Op 6 september 2003 is het rijtuig weer overgedragen aan het Spoorwegmuseum. In december 2003 wordt het rijtuig afgevoerd en tijdelijk in Heerlen gestald. Op 2004 wordt het rijtuig naar Arnhem Berg overgebracht. Het rijtuig wordt in de nacht van 17 op 18 mei 2004 overgebracht naar het revisiebedrijf Tilburg. Hier wordt het door medewerkers van tROM teruggebracht naar de uitvoering als B11 4118. Het rijtuig krijgt hierbij zijn driedelige schuiframen weer terug en wordt in het Berlijns blauw met zandgele biezen geschilderd. Het dak wordt donkergrijs geschilderd en de onderzijde en draaistellen zwart. Aan de binnenzijde is het rijtuig gereinigd. Wandpanelen zijn vervangen voor exemplaren uit geplukte rijtuigen. Voor onderdelen worden de rijtuigen B11 21-37 453, B11 21-37 501 en B11 21-37 531 gebruikt, welke in Maastricht zijn geplukt voor dit doel. Op 8 november 2004 wordt het rijtuig afgeleverd en naar Amersfoort overgebracht. Het rijtuig is echter te lang voor de rolbrug daar en wordt via Amsterdam naar Arnhem overgebracht. Op 13 november 2004 wordt het rijtuig naar Blerick overgebracht.


Op 5 september 2014 sleept locomotief 1202 de rijtuigen NSM WR 4249 + NSM Plan D AB 7709 + NSM Plan W B11 4118 + NSM Plan E C 6703 + Plan K AB 7376 van Utrecht naar Apeldoorn. Aansluitend werd door een diesellocomotief van de VSM de locomotief en rijtuigen van Apeldoorn naar Loenen gesleept. De rijtuigen worden gebruikt voor pendelritten tussen Beekbergen en Loenen voor het VSM evenement Terug naar Toen. Op 7 september keerde de locomotief en rijtuigen terug naar Utrecht voor een besloten rit op 8 september vanuit Utrecht naar Dordrecht en Amsterdam gemaakt, samen met locomotief 1312 en Plan E Df 92-37 007. Op 3 september 2015 rijdt locomotief 1312 samen met de rijtuigen Plan D AB 7709 + Materieel'24 Cec 8553 + Plan E C 6703 + Plan W B11 4118 van Utrecht naar Apeldoorn. Door de VSM 2299 wordt de locomotief en de rijtuigen naar Loenen gesleept. De rijtuigen worden gebruikt tijdens Terug naar Toen 2015. Op 7 september 2015 keert locomotief 1312 met de rijtuigen terug naar Utrecht. Op 17 oktober 2015 rijdt locomotief 1312 met de rijtuigen van Plan D + Plan E + Plan W een rit voor de vrijwilligers van het Spoorwegmuseum van Utrecht naar Sittard. Van Sittard werd naar Blerick gereden. Met deze ritten ging ook de stam Blokkendozen en locomotief 1202 mee. Vanuit Blerick werd weer naar Utrecht gereden. Op 1 september 2016 wordt het rijtuig opgehaald uit Utrecht door de 2299 van de VSM. Ook de rijtuigen Materieel'24 Cec 8553 + Cesc 8103 + Plan E C 6703 + Plan D AB 7709 worden opgehaald voor inzet tijdens Terug naar Toen 2016. Op 5 september 2016 keren de rijtuigen weer terug. Vanwege evenementen in de winter in het museum, wordt het rijtuig met de Plan E C 6703 en Plan D AB 7709 op 19 november 2016 naar Beekbergen gebracht door de V100 203-2 van VolkerRail. Hier zullen de drie rijtuigen overwinteren. Op 12 februari 2017 keren de rijtuigen achter de mP 3031 terug naar Utrecht, nadat zij door de 2299 van de VSM van Beekbergen naar Apeldoorn zijn gebracht. Op 22 mei 2017 wordt het rijtuig van Utrecht naar Goes overgebracht door de mP 3031. Het rijtuig wordt gebruikt voor het evenement Sporen naar het Verleden bij de SGB. Op mei keert het rijtuig weer terug naar Utrecht. Op 1 september 2017 wordt het rijtuig door de mP 3031 van Utrecht naar Apeldoorn gebracht. Het rijtuig wordt gebruikt bij het evenement Terug naar Toen bij de VSM. Op 4 september 2017 keert het rijtuig terug naar Utrecht. Ook in 2018 wordt het rijtuig ingezet tijdens Terug naar Toen bij de VSM. Het rijtuig wordt wederom overgebracht door de mP 3031. In 2019 is het rijtuig te zien tijdens het evenement Sporen naar het Verleden bij de SGB in Goes eind mei 2019. De overbrenging vindt plaats achter de 1312.


  • Friese Stoomtrein Maatschappij (FStM)

De Friese Stoomtrein Maatschappij in Sneek krijgt in juni 2009 de beschikking over twee rijtuigen. Als gevolg van het faillissement in het najaar van 2011 van de stichting, moet het de rijtuigen noodgedwongen verkopen en komen tijdelijk bij Shunter terecht. Zij zoeken een koper voor de rijtuigen.

B11 4105

In juni 2009 komt de B11 21-37 455 over van het Spoorwegmuseum. Het is de bedoeling om het rijtuig in oude staat te herstellen en samen met de vier ICK rijtuigen in te zetten tussen Sneek en Stavoren achter een stoomlocomotief. Nadat in het najaar van 2011 de Friese Stoomtrein Maatschappij failliet is verklaard, is de status van het rijtuig onduidelijk. In januari 2012 is het rijtuig te koop gezet. Het eigendom is overgegaan naar Shunter, waar het rijtuig in oude staat zou worden gebracht. Begin 2013 komt het bericht dat het rijtuig mogelijk verkocht is.

B11 4107

In juni 2009 komt de B11 21-37 457 over van het Spoorwegmuseum. Het is de bedoeling om het rijtuig in oude staat te herstellen en samen met de vier ICK rijtuigen in te zetten tussen Sneek en Stavoren achter een stoomlocomotief. Nadat in het najaar van 2011 de Friese Stoomtrein Maatschappij failliet is verklaard, is de status van het rijtuig onduidelijk. In januari 2012 is het rijtuig te koop gezet. Het eigendom is overgegaan naar Shunter, waar het rijtuig in oude staat zou worden gebracht. Begin 2013 komt het bericht dat het rijtuig mogelijk verkocht is.


  • Stichting Historisch Dieselmaterieel (SHD)

De Stichting Historisch Dieselmaterieel in Amersfoort heeft in totaal de beschikking over 2 rijtuigen. Het zijn de rijtuigen die afkomstig zijn van de failliete Friese Stoomtrein Maatschappij. Na het faillissement zijn de rijtuigen bij Shunter terechtgekomen. De rijtuigen waren in eerste instantie verkocht aan de Leander Eisenbahn in Mönchengladbach samen met vier ICK rijtuigen. Vervolgens worden de beide Plan W rijtuigen in 2013 aan de Stichting Historisch Dieselmaterieel verkocht.

B11 4105

Op 21 juli 2013 wordt het rijtuig B11 21-37 455 samen met B11 21-37 457 door een Strukton G1206 van Roosendaal naar Amersfoort overgebracht. In de maand augustus is het rijtuig cosmetisch opgeknapt. Het rijtuig bleek in een betere staat te verkeren dan de B11 21-37 457. Slechte delen plaatwerk zijn vervangen en het rijtuig zal in september geschilderd worden. Het interieur zal gereinigd worden en daar waar nodig gecompleteerd worden. Het rijtuig zal optisch terug gebracht gaan worden in de staat als Benelux rijtuig. Op 3 januari 2014 is het rijtuig bijna geheel in de blauwe primer geschilderd. In de zomer van 2014 wordt gewerkt aan het remwerk. Ook de accu's zijn samengesteld tot een pakket. Daarnaast zijn er werkzaamheden uitgevoerd aan de luchtinlaat voor de ventilatie. In september zijn de werkzaamheden aan de accu's afgerond. Voor de manometers zijn nieuwe glazen gemaakt, zodat die weer goed zichtbaar zijn. Het remwerk is daar waar nodig gerepareerd. Medio september worden de remmen voor het eerst sinds lange tijd beproefd. Op 28 september 2014 vindt een geslaagde proefrit van het rijtuig plaats achter locomotief 2205. In april 2015 wordt begonnen met het rijtuig te schilderen in de oorspronkelijke, donkerblauwe kleur. In augustus 2015 wordt daadwerkelijk begonnen met het donkerblauw schilderen. Het rijtuig krijgt ook zwart geschilderde wielstellen. Nadat de werkzaamheden lange tijd stil hebben gelegen, wordt aan het begin van 2018 weer begonnen met de werkzaamheden aan het rijtuig. Het rijtuig wordt gereviseerd en krijgt een schilderbeurt, waarbij het rijtuig in de donkerblauwe Benelux-kleurstelling wordt geschilderd. Het rijtuig wordt hierbij vernummerd naar 21-30 455. In mei 2018 worden de laatste werkzaamheden uitgevoerd aan het rijtuig. In het weekend van 26 en 27 mei 2018 wordt het rijtuig voor het eerst ingezet tijdens de dieseldagen van de ZLSM. Vijf maanden later, op 20 en 21 oktober 2018, wordt het rijtuig wederom ingezet bij de ZLSM.

B11 4107

Op 21 juli 2013 wordt het rijtuig B11 21-37 457 samen met B11 21-37 455 door een Strukton G1206 van Roosendaal naar Amersfoort overgebracht. Het rijtuig zal blauw geschilderd gaan worden. Daarnaast krijgt het rijtuig de niet historisch verantwoorde reclamebanen.


Afleverdata

Rijtuigen W1 (B11 4101 – B11 4124)

Nummer Aflevering In dienst In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie Terzijde Sloop(rit)
B11 4101 28 september 1966 6 oktober 1966 15 januari 1971 23 februari 1971 3 december 1974 22 januari 1975 12 juni 1981 28 oktober 1981 11 juli 1988 23 augustus 1988 7 juli 1999 9 augustus 1999 30 september 2003 10 september 2004
B11 4102 28 september 1966 6 oktober 1966 25 mei 1971 26 juli 1971 7 april 1976 14 mei 1976 19 oktober 1981 18 december 1981 27 juli 1988 15 september 1988 13 juli 1999 18 augustus 1999 30 september 2003 6 september 2004
B11 4103 1966 oktober 1966 11 mei 1970 29 juli 1970 3 februari 1976 12 maart 1976 18 december 1980 13 april 1981 15 september 1987 25 november 1987 10 juni 1999 4 augustus 1999 30 september 2003 6 september 2004
B11 4104 1966 oktober 1966 30 december 1971 1 februari 1972 5 januari 1977 9 februari 1977 30 maart 1982 23 juni 1982 19 oktober 1988 29 november 1988 17 augustus 1999 17 september 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 4105 1966 november 1966 21 december 1970 2 februari 1971 14 januari 1975 28 februari 1975 11 juni 1981 29 september 1981 5 augustus 1988 4 oktober 1988 19 juli 1999 20 augustus 1999 30 september 2003 n.v.t. (SHD)
B11 4106 1966 november 1966 21 januari 1972 21 februari 1972 22 februari 1977 30 maart 1977 13 april 1982 13 juni 1982 19 september 1988 31 oktober 1988 10 juni 1999 23 juli 1999 31 december 2003
B11 4107 1966 november 1966 3 september 1971 11 oktober 1971 14 september 1976 22 oktober 1976 29 januari 1982 27 april 1982 14 maart 1988 26 april 1988 23 augustus 1999 22 september 1999 19 december 2003 n.v.t. (SHD)
B11 4108 1966 november 1966 1 oktober 1971 28 oktober 1971 2 december 1975 13 januari 1976 31 augustus 1981 13 november 1981 maart 1987 18 juni 1987 n.v.t. n.v.t. 31 augustus 1999 10 september 2004
B11 4109 1966 december 1966 22 oktober 1971 22 november 1971 10 augustus 1976 29 september 1976 30 oktober 1981 15 januari 1982 7 maart 1988 14 april 1988 7 september 1999 7 oktober 1999 30 september 2003 6 september 2004
B11 4110 1966 december 1966 8 februari 1972 7 maart 1972 23 november 1976 3 januari 1977 9 februari 1982 11 mei 1982 7 juli 1988 10 augustus 1988 n.v.t. n.v.t. 2 juni 1996 3 mei 1999
B11 4111 1966 december 1966 8 juni 1972 17 juli 1972 22 maart 1977 9 mei 1977 8 juni 1982 9 september 1982 20 mei 1988 7 juli 1988 25 augustus 1999 29 september 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 4112 1966 december 1966 20 augustus 1971 29 september 1971 28 juni 1976 13 augustus 1976 30 december 1981 25 maart 1982 19 september 1988 31 oktober 1988 23 september 1999 26 oktober 1999 19 december 2003
B11 4113 1966 december 1966 27 september 1971 16 november 1971 21 oktober 1976 24 november 1976 19 november 1981 15 maart 1982 12 april 1988 18 mei 1988 n.v.t. n.v.t. 2 juni 1996 10 september 2004
B11 4114 1966 december 1966 14 april 1971 16 juli 1971 11 mei 1976 28 juni 1976 12 november 1981 2 februari 1982 2 mei 1988 8 juni 1988 6 oktober 1999 8 november 1999 30 september 2003
B11 4115 1966 december 1966 11 november 1971 15 december 1971 26 maart 1975 2 mei 1975 27 juli 1981 16 oktober 1981 9 mei 1988 15 juni 1988 13 december 1999 20 januari 2000 15 december 2003 27 juli 2004
B11 4116 1966 december 1966 30 juni 1971 16 augustus 1971 13 juli 1976 24 september 1976 25 januari 1982 20 april 1982 20 juni 1988 29 juli 1988 13 september 1999 14 oktober 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 4117 december 1966 december 1966 31 december 1970 5 maart 1971 9 maart 1976 15 april 1976 2 oktober 1981 17 december 1981 15 juni 1988 26 juli 1988 27 oktober 1999 30 november 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 4118 december 1966 december 1966 23 februari 1972 5 april 1972 27 april 1977 10 juni 1977 14 juni 1982 17 september 1982 25 oktober 1988 30 november 1988 24 januari 2001 30 oktober 2001 31 december 2003 n.v.t. (NSM)
B11 4119 december 1966 december 1966 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 31 maart 1970 20 juli 1970
B11 4120 december 1966 december 1966 30 maart 1972 2 mei 1972 4 juli 1977 12 augustus 1977 12 juli 1982 4 oktober 1982 1 maart 1988 31 maart 1988 22 juli 1999 27 augustus 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 4121 december 1966 december 1966 10 december 1971 19 januari 1972 6 januari 1976 5 februari 1976 7 september 1981 23 november 1981 28 maart 1988 29 april 1988 n.v.t. n.v.t. 2 juni 1996 21 september 1999
B11 4122 december 1966 december 1966 5 mei 1971 24 juni 1971 4 november 1976 15 april 1981 9 juli 1981 26 mei 1988 7 juli 1988 30 juli 1999 31 augustus 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 4123 december 1966 11 januari 1967 7 juli 1971 16 augustus 1971 29 juli 1976 22 december 1976 3 juni 1981 18 augustus 1981 18 april 1988 27 mei 1988 n.v.t. n.v.t. 2 juni 1996 31 oktober 2002
B11 4124 december 1966 11 januari 1967 27 april 1972 31 mei 1972 26 mei 1976 23 juli 1976 17 februari 1981 25 mei 1981 27 januari 1988 28 maart 1988 n.v.t. n.v.t. 2 juni 1996 3 september 1999

Rijtuigen W2 (B11 50 84 21-37 501-7 tot en met B11 50 84 21-37 532-2)

Nummer Aflevering In dienst In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie Terzijde ! Sloop(rit)
B11 50 84 21-37 501-7 juli 1968 juli 1968 6 december 1972 4 januari 1973 7 december 1976 21 januari 1977 25 augustus 1982 12 november 1982 2 november 1988 14 december 1988 24 november 1999 11 januari 2000 30 september 2003 14 juni 2004
B11 50 84 21-37 502-5 juli 1968 juli 1968 19 december 1972 19 januari 1973 25 januari 1977 28 februari 1977 2 november 1982 24 januari 1983 1 december 1988 19 januari 1989 2 november 1999 3 december 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 50 84 21-37 503-3 juli 1968 augustus 1968 5 januari 1973 1 februari 1973 16 maart 1977 29 april 1977 10 november 1982 28 januari 1983 24 april 1989 30 mei 1989 15 oktober 1999 16 november 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 504-1 juli 1968 augustus1968 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 30 december 1971 22 februari 1972
B11 50 84 21-37 505-8 juli 1968 augustus 1968 16 januari 1973 14 februari 1973 13 april 1977 20 mei 1977 22 december 1982 21 maart 1983 22 maart 1989 21 april 1989 29 september 1999 29 oktober 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 50 84 21-37 506-6 augustus 1968 augustus 1968 2 februari 1973 26 februari 1973 11 mei 1977 13 juni 1977 28 oktober 1982 14 januari 1983 23 mei 1989 22 juni 1989 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 27 april 1999
B11 50 84 21-37 507-4 augustus 1968 augustus 1968 16 februari 1973 9 maart 1973 8 juni 1977 25 juli 1977 9 september 1981 26 november 1981 24 november 1988 18 januari 1989 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 23 september 1999
B11 50 84 21-37 508-2 augustus 1968 augustus 1968 1 maart 1973 29 maart 1973 23 augustus 1977 23 september 1977 30 december 1982 29 maart 1983 10 mei 1989 7 juni 1989 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 1 mei 1999
B11 50 84 21-37 511-6 1968 1968 19 maart 1973 17 april 1973 16 september 1977 26 oktober 1977 6 januari 1983 1 april 1983 13 juni 1989 12 juli 1989 10 juni 1999 16 juli 1999 30 september 2003 6 september 2004
B11 50 84 21-37 512-4 1968 1968 27 maart 1973 27 april 1973 13 oktober 1977 14 november 1977 23 februari 1983 18 mei 1983 1 juni 1989 28 juni 1989 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 3 september 1999
B11 50 84 21-37 513-2 1968 1968 16 april 1973 18 mei 1973 18 oktober 1977 22 november 1977 7 april 1983 5 juli 1983 23 juni 1989 20 juli 1989 10 juni 1999 13 juli 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 514-0 1968 1968 2 mei 1973 30 mei 1973 31 oktober 1977 6 december 1977 13 april 1983 8 juli 1983 3 juli 1989 2 augustus 1989 11 oktober 1999 10 november 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 515-7 september 1968 1968 11 mei 1973 30 juni 1973 30 november 1977 9 januari 1978 25 mei 1983 12 augustus 1983 14 december 1988 31 januari 1989 10 juni 1999 28 juli 1999 30 september 2003
B11 50 84 21-37 516-5 september 1968 1968 29 mei 1973 29 juni 1973 15 december 1977 25 januari 1978 8 juni 1983 30 augustus 1983 4 januari 1989 7 februari 1989 12 november 1999 15 december 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 517-3 1968 1968 13 juni 1973 10 juli 1973 10 januari 1978 21 februari 1978 21 juni 1983 13 september 1983 24 juli 1989 22 augustus 1989 1 september 1999 5 oktober 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 518-1 1968 1968 29 juni 1973 24 juli 1973 7 februari 1978 16 maart 1978 1 juli 1983 23 september 1983 14 september 1989 18 oktober 1989 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 22 september 1999
B11 50 84 21-37 521-5 1968 1968 12 juli 1973 17 augustus 1973 28 februari 1978 april 1978 30 augustus 1983 17 november 1983 18 januari 1989 17 februari 1989 8 november 1999 9 december 1999 30 september 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 522-3 november 1968 1968 20 juli 1973 21 augustus 1973 4 april 1978 18 mei 1978 13 september 1983 5 december 1983 3 augustus 1989 31 augustus 1989 17 september 1999 19 oktober 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 50 84 21-37 523-1 november 1968 1968 14 augustus 1973 12 september 1973 28 april 1978 9 juni 1978 28 september 1983 23 december 1983 13 juli 1989 15 augustus 1989 5 augustus 1999 6 september 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 524-9 november 1968 1968 27 augustus 1973 26 september 1973 30 mei 1978 5 juli 1978 5 oktober 1983 28 december 1983 14 augustus 1989 12 september 1989 20 oktober 1999 22 november 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 525-6 november 1968 12 september 1973 10 oktober 1973 23 juni 1978 2 augustus 1978 20 oktober 1983 12 januari 1983 24 augustus 1989 21 september 1989 10 augustus 1999 10 september 1999 14 december 2003 27 juli 2004
B11 50 84 21-37 526-4 december 1968 1968 27 september 1973 24 oktober 1973 21 juli 1978 12 september 1978 28 oktober 1983 16 januari 1984 16 februari 1989 7 april 1989 n.v.t. n.v.t. 3 september 1996 1 mei 1999
B11 50 84 21-37 527-2 december 1968 1968 8 oktober 1973 5 november 1973 22 augustus 1978 6 oktober 1978 8 december 1983 11 april 1984 25 januari 1989 14 maart 1989 10 juni 1999 7 juli 1999 4 februari 2002 juli 2002
B11 50 84 21-37 528-0 17 december 1968 december 1968 23 oktober 1973 22 november 1973 3 oktober 1978 9 november 1978 23 december 1983 24 april 1984 4 september 1989 4 oktober 1989 18 november 1999 20 december 1999 31 december 2001 13 augustus 2002
B11 50 84 21-37 531-4 17 december 1968 december 1968 6 november 1973 11 december 1973 1 november 1978 11 december 1978 3 januari 1984 29 mei 1984 9 februari 1989 24 maart 1989 24 november 1999 5 januari 2000 30 september 2003 6 september 2004
B11 50 84 21-37 532-2 17 december 1968 januari 1969 20 november 1973 21 december 1973 22 november 1978 22 december 1978 19 januari 1984 13 juni 1984 13 april 1989 19 mei 1989 n.v.t. n.v.t. 3 september 1996

Bronnen, Referenties en/of Voetnoten

  • De eerste jaren van Plan W1 - W. Hoekema - Maandblad: Railmagazine, 46e jaargang - oktober 2024 nummer 418 Blz: 52-58 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489
  • De rijtuigen Plan W2 Na Willem één kwam Willem twee - W. Hoekema - Maandblad: Railmagazine, 46e jaargang - december 2024 nummer 420 Blz: 60-63 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489