1100 - Elektrische locomotieven serie 1100

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Voor de uitbreiding van het locomotiefpark en de grootschalige elektrificatie van het spoorwegnet, besteld de NS in 1948 25 locomotieven bij het Franse Alsthom. Deze locomotieven zijn afgeleid van de SNCF BB-8001 en de SNCF serie BB-8100. In totaal worden er 60 locomotieven in dienst gesteld.

Geschiedenis

Op 14 mei 1948 besteld de NS 25 locomotieven bij Alsthom in het Franse Belfort. Deze locomotieven zijn afgeleid van de nieuwe serie BB 8100 van de Franse spoorwegen. Op 27 december 1948 volgt een tweede bestelling, dit keer van 20 locomotieven. Op 14 januari 1949 worden nog eens vijf locomotieven besteld. De laatste 10 locomotieven worden pas op 28 juli 1954 besteld. De locomotieven zijn bedoeld voor het trekken van de kolentreinen uit Limburg en het rijden van binnenlandse sneltreinen. De locomotieven zouden gelijk zijn aan de Franse locomotieven, maar tijdens de bouw van de locomotieven worden de NS locomotieven afwijkend gebouwd naar de eerdere ervaringen en wensen van de NS.

Vanwege een grote behoefte aan locomotieven dan de al aanwezige tien locomotieven van de serie 1000 en de LNER 6000, wil de NS bij de SNCF een aantal locomotieven serie BB 8100 huren. Op 23 november 1948 wordt de SNCF BB 8101 afgeleverd aan de Franse spoorwegen en daarna begint een proefperiode. Omdat de proefperiode voor de BB 8101 - BB 8105 langer duurt dan gepland, is het voor de NS niet mogelijk om een aantal van deze locomotieven te huren. Om toch in de behoefte van de NS te voorzien, stuurt de SNCF drie locomotieven uit de serie BB-300 naar Nederland. Op 10 mei 1949 arriveren de BB-308 - BB-310 in Nederland. Deze locomotieven reden tot begin 1949 nog met de nummers BB-248 - BB-250. Vanaf 's-Hertogenbosch rijdt de BB-310 zelf de trein naar Utrecht. Op 11 mei 1949 wordt de BB-310 al ingezet voor een militaire trein naar Hoek van Holland vanuit Utrecht. Met ingang van de winterdienstregeling 1949, ingaande op 2 oktober, worden nog drie locomotieven naar Nederland gestuurd door de SNCF. Dit zijn de BB-320, BB-322 en BB-324. Vanaf dat moment zijn er steeds zes locomotieven van dit type in Nederland. Vanaf mei 1951 zijn er nog maar vijf locomotieven nodig. Vanaf juli 1951 zijn er nog maar drie locomotieven nodig. Zij rijden samen met vijf locomotieven van de serie 1100 in een omloop. Op 11 september 1951 keert als laatste de BB-322 terug naar Frankrijk. Op dat moment zijn er genoeg nieuwe locomotieven van de serie 1100 ingestroomd.

Op 31 mei 1950 wordt de nog niet geschilderde 1101 gepresenteerd. Op 20 juni 1950 is de locomotief klaar en rijdt enkele proefritten in Frankrijk tussen Laroche en Dijon, waarbij een snelheid van 135 kilometer per uur wordt gehaald. Op 3 juli 1950 arriveert de locomotief in de Tilburgse werkplaats. Alle locomotieven arriveren vanuit Frankrijk eerst in Tilburg. Op 5 juli 1950 gaat de 1101 naar Amsterdam. Vanuit hier worden diverse proefritten verreden. Eerst wordt met reizigersmaterieel gereden en vanaf 14 juli met goederentreinen. Door problemen met de draaistellen geschied de levering van de locomotieven zeer langzaam. Hierdoor zijn zij voor korte of lange tijd niet inzetbaar. Op 13 september 1950 arriveert de 1102 vanuit Tilburg in Amsterdam. Op 31 oktober 1950 komt de 1103 aan in Amsterdam vanuit Tilburg. De 1104 arriveert op 22 november 1950 in Amsterdam, gevolgd door de 1105 op 20 december 1950. In januari en februari 1951 worden de 1106 - 1112 afgeleverd en in dienst gesteld. Eind 1951 zijn al 39 locomotieven afgeleverd. Aan het eind van 1952 zijn alle 50 bestelde locomotieven afgeleverd. De 1150 wordt op 6 mei 1952 afgeleverd. samen met de nieuwe 1301. De locomotief wordt hiermee eerder afgeleverd dan de locomotieven 1146 - 1149.

Op 24 mei 1952 rijdt de 1142 mee in een materieelshow op het station van Amsterdam Amstel. Deze materieelshow werd georganiseerd in het kader van het bezoek van The British Institute of Transport, die van 20 tot en met 26 mei 1952 een bezoek brengen aan Nederland. Op 11 oktober 1952 organiseerde de NS een materieelshow in 's-Hertogenbosch in het kader van de najaarsvergadering van het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs. De 1121 reed mee in deze materieelshow.

In 1954 worden nog eens 10 locomotieven extra besteld. De locomotieven zullen worden geleverd in 1955/1956. De 1151 - 1153 worden in 1955 geleverd en de 1154 - 1160 in 1956. De 1160 komt als laatste aan in Nederland op 5 juli 1956.


Bij de scheiding van de NS in diverse bedrijfsonderdelen gaan de 30 locomotieven per 1 januari 1994 over naar NS Cargo.


Op 9 oktober 1999 is de 1142 te zien tijdens een open dag in Alkmaar. Op 25 november 2006 zijn de 1122, 1136 en 1145 te zien als blikvanger rondom de draaischijf van de Tilburgse werkplaats bij de presentatie van het boek over de serie 1100 van uitgeverij Uquilair.


Technische gegevens

De locomotieven hebben een lengte van 12,984 meter, een breedte van 2,988 meter en een hoogte vanaf de spoorstaaf van 4,416 meter. Het totaalgewicht bedraagt van 80 ton. Dit gewicht is verdeeld over de bak ( ton), de draaistellen en tractiemotoren ( ton). Door de vier assen, bedraagt de asdruk 20 ton. De assen zijn elk voor zien van 1 tractiemotor, van het type TA 628-A van Alsthom. Deze konden een continu vermogen ontwikkelen van 2.030 kW (2.765 pk). De hoogste toegestane snelheid bedroeg 135 kilometer per uur. De locomotieven zijn voorzien van twee compressoren van Westinghouse, type DVC 2, met een capaciteit van 860 liter per minuut. Op het dak zijn twee stroomafnemers geplaatst van Faiveley, type G 5 met dubbele uitgevoerde sleepstukken. De locomotieven zijn voorzien van twee compressoren van .

Na het aanbrengen van de voorzetneus neemt de lengte toe tot 14,144 meter. Het gewicht bedraagt dan 82,7 ton. Hiermee komt het gewicht van de bak op 37,5 ton en de draaistellen op 22,6 ton. De asindeling is Bo'Bo'. De draaistelcode is ELMa.


Uitvoering

Het onderstel van de locomotieven, bestaande uit langs- en dwarsliggers, is opgebouwd uit kokerbalken. Deze zijn volledig elektrisch gelast. Op het onderstel is de bak vastgelast. De bak bestaat uit twee zijwanden met op de kopse kanten de cabines en bovenop het dak. Om de bak te verstevigen, zijn zij voorzien van De zijwanden zijn bekleed met plaatstaal met een dikte van mililmeter. De buitendeuren van de cabine zijn voorzien van ramen. De cabines zijn onderling met elkaar verbonden met zijgangen. Om licht te krijgen in de gang, is iedere zijwand voorzien van vier ronde ramen. Een van de zijgangen, de niet-vergrendelde gang, is door middel van vergrendelde schuifdeuren gescheiden van de hoogspanningsruimte. De vergrendelde gang is de hoogspanningsgang, waar de batterij voor de stuurstroom en de verlichting is geplaatst. De vergrendelde gang bevindt zich aan de linkerzijde gezien van uit cabine I, de vrije gang is aan de rechterzijde te benaderen uit cabine I. De vergendelde gang is alleen te benaderen bij stilstand en met de stroomafnemers op het dak. In de hoogspanningsruimte is het centrale blok geplaatst, het blok met de zwakveldschakelaars, apparaten voor de benodigde lucht, ventilatoren voor de koeling van de tractiemotoren, de snelschakelaar, apparatuur voor de verwarming. Om de apparatuur uit de locomotief te kunnen halen, zijn in het dak drie luiken aangebracht. Twee zijn onder de stroomafnemers van het type Faiveley G5 geplaatst, de derde boven het centrale blok. In het dak is de aan- en afvoer voor de koellucht aangebracht. Boven de buffers zijn de locomotieven voorzien van twee grote koplampen voor de frontseinen. De sluitseinen zijn boven de ramen geplaatst.

De draaistellen zijn gemaakt van . Het draaistelframe is verstijfd door sluitstukken op de aspoort. Het frame van de draaistellen wordt gedragen door draagpotten via verennesten. De draagpotten zijn voorzien van glijlagers die door middel van een smeerpallet worden gesmeerd. Het pallet wordt in beweging gezet door de as. Een draaistel bevat 2 assen met wielen en 2 tractiemotoren in neusophanging. Door middel van een oscillerende tap is de bak van de locomotief bevestigd met de draaistellen. De tappen zijn aan de boven- en onderzijde conisch uitgevoerd. Door middel van een rubberen tussenstuk rust de bak op de bovenzijde van de tappen. Aan de onderzijde is de tap bevestigd op de middendwarsbalk van het draaistel. De draaistellen zijn daarnaast voorzien van een zij-oplegging, waar de bak van de locomotief op rust. De zij-oplegging bestaat uit twee bladdraagveren met veerhangers. Om de locomotiefbak in de normale positie te houden is de tap voorzien van een terugstelstang die vast is gemaakt met de locomotiefbak. Vier andere stangen zorgen er voor dat het draaistel aan de locomotiefbak vast blijft zitten, wanneer de locomotief opgetild wordt. De draaistellen zijn onderling gekoppeld door middel van een middelstelinrichting. De draaistellen zijn voorzien van het stoot- en trekwerk. Door deze constructie worden er geen krachten via de locomotiefbak overgebracht.

Het remsysteem is een pneumatische tweeleidingrem volgens het Westinghouse principe. De beide draaistellen zijn voorzien van remcilinders, welke tegen de middendwarsbalk van het draaistelframe zijn geplaatst. De lucht vanuit de remcilinder door middel van de remzuiger naar een hefboom overgebracht. De hefboom bediend de remblokhangers, welke de remblokken op het wiel drukken. Het draaipunt van de hefboom ligt in de remversteller. De beide cabines zijn voorzien van een handrem, die door middel van een ketting, draadspil en hefbomen op alle wielen werken van het draaistel dat onder de betreffende cabine ligt.

De tractiemotoren zijn op drie punten verend in het draaistel opgelegd, waarmee de tractiemotoren volledig zijn afgeveerd. Door deze constructie kan het onafgeveerde gewicht van het wielstel laag blijven. Nadeel van deze constructie ten opzichte van de tramophanging is de gecompliceerde aandrijving van de wielas. Het motorrondsel zet een tandkrans in beweging die op een holle as is gemonteerd in een verhouding van 20:74. De holle as is gelagerd in de tractiemotor en heeft een dusdanige speling voor vering van de as tijdens de rit. In de holle as zijn twee tappen tegen over elkaar bevestigd die door aandrijfstangen, een brilstuk, stangen en tappen in het wiel het koppel dat door tractiemotor via de holle as wordt geleverd, naar de wielas brengen. In de tractiemotor is in het huis een smeerpomp voor de smering van de steunlagers. Deze wordt aangedreven door een tandradkrans op het midden van de holle as.

De motoren worden gekoeld met lucht, afkomstig van twee ventilatorgroepen die onder de dakluiken zitten. Iedere ventilatorgroep bestaat 4 ventilatoren van Rateau. De ventilatorgroep wordt aangedreven door een motor van Alsthom, type V 42 C. Ventilatorgroep 1 koelt de motoren 1 en 2, evenals de weerstanden. De andere ventilatorgroep koelt de motoren 3 en 4 en de rijweerstanden. Deze ventilator drijft tevens de laagspanningsgenerator van 24 Volt aan.

De twee compressoren zorgen voor de luchtdruk die de locomotief nodig is om te kunnen remmen. Ook de tyfoons, stroomafnemers en andere luchtverbruikers zijn op deze compressoren aangesloten.

Het bedienen van de locomotief gebeurd door een stuurwiel aan de rechterzijde van de cabine. Dit is de hoofdstuurstand. De tractie installatie kent 3 rijstanden. Rangeren, serie en parallel. De tractiemotoren zijn constant twee aan twee in serie geschakeld met uitzondering van de rangeerstand. De motoren 1 en 3 zijn een setje, net zoals de motoren 2 en 4. Door het stuurwiel worden in 17 trappen de seriestand afgewerkt. In deze trappen worden de rijweerstanden kortgesloten. Bij het doorschakelen van stand 17 naar stand 18 wordt de parallelstand ingeschakeld, waarbij alle rijweerstanden worden ingeschakeld. In de parallelstand zijn er 15 trappen die afgeschakeld moeten worden. Er is veldverzwakking mogelijk in de laatste vier trappen van de seriestand en in de laatste drie trappen van de parellelstand. Door middel van de zwakveldkruk bij het stuurwiel kunnen de zwakveldschakelaars worden ingeschakeld. De zwakveldkruk wordt ontgrendeld bij bij de laatste trappen van de rijstanden. Op deze manier wordt de stroom buitenom de rijweerstanden geleidt, waardoor deze verder ontlast worden. Het overschot in stroom wordt in de zwakveldweerstanden omgezet in warmte. Aan de linkerzijde van de cabine is een hulpstuurstand, waarbij de locomotief bediend kan worden tijdens het rangeren. Bij een defecte tractiemotor wordt deze groep uitgeschakeld en kan er op de andere motorgroep worden doorgereden. Dit is alleen mogelijk in de seriestand. De beveiliging in de tractie-regeling bestaat uit een differentiaalrelais, maximaalrelais en een snelschakelaar. De locomotieven zijn niet voorzien van een begrenzingsrelais, wat betekent dat de machinist zelf in de gaten moet houden dat er niet meer dan 1.200 Ampère door de tractiemotoren loopt.

Het turquoise uiterlijk was mede bepaald door de Franse ontwerper Paul Arzens. Het verhaal gaat dat de vrouw van president-directeur F.Q. Den Hollander, Viviane, zeer gecharmeerd was van deze kleur. De kleur van de locomotieven heet sindsdien 'vivoise'. Deze lichte kleur was erg gevoelig voor vervuiling. De locomotieven waren voorzien van sierlijnen, welke zijn afgezet met aluminium sierstrips. Bij de uitvoering in turquoise en blauw eindigde de sierlijn rondom de onderste lampen. De stroomafnemers zijn agaatgrijs.


Inzet

Met ingang van de omloopwijziging op 10 juli 1950 worden twee diensten voor de locomotieven opgenomen. Door het niet aanwezig zijn van deze locomotieven, worden in deze omloop eerst andere locomotieven ingezet. De feitelijke inzet vind plaats vanaf eind september 1950. Op 13 november 1950 vindt uitbreiding plaats naar 3 locomotieven in de omloop. In deze omloop zijn twee slagen van Amsterdam naar Roosendaal met een D trein, een nachtposttrein tussen Amsterdam en Maastricht. Op de terugweg wordt een kolentrein meegenomen. Op 19 februari 1951 worden negen locomotieven in de omloop opgenomen. Per 20 mei 1951 zijn er 20 diensten voor de locomotieven gepland. In deze diensten zijn onder meer de 8 sneltreinen opgenomen uit Amsterdam (4), Den Haag Staatsspoor (2) en Rotterdam Maas (2) naar Enschede. Vanuit Amsterdam rijden ook exprestreinen naar Enschede en Maastricht/Heerlen. Ook de sneltreinen vanuit Den Haag en Rotterdam naar Amersfoort worden door deze locomotieven gereden. In juli 1951 wordt een omloopgroep samengesteld voor vijf locomotieven, welke is aangevuld met drie locomotieven van de serie BB-300 van de SNCF. Deze omloop bevat onder andere de D-treinen 163/164 van Hoek van Holland via Dordrecht naar Eindhoven en terug. Met ingang van de winterdienstregeling 1951 op 7 oktober 1951 worden de getrokken treinen Amsterdam Centraal/Rotterdam Maas/Den Haag Staatsspoor naar Enschede vervangen door de nieuwe treinstellen Materieel'46. Vanaf 7 januari 1952 rijden de locomotieven de sneltreinen vanuit Amsterdam/Rotterdam/Den Haag naar Amersfoort door naar Zwolle. Vanaf die dag is het mogelijk om elektrisch over de Veluwe te rijden. Er zijn vanaf dat moment 34 diensten in de omloop opgenomen. Met ingang van 18 mei 1952 is het mogelijk om elektrisch vanaf Zwolle naar Leeuwarden en Groningen te rijden. Het aantal diensten wordt verhoogd tot 40 stuks.


De dienstregeling 1970/1971 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1971/1972 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1972/1973 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1973/1974 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1974/1975 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1975/1976 zijn er diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1976/1977 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

Met ingang van de dienstregeling 1977/1978 op 22 mei 1977, zijn er diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Op zondag rijdt een locomotief trein D216 (Austria Expres) van Arnhem naar Amsterdam. De trein wordt aangebracht door een Duitse diesellocomotief vanaf Nijmegen.

Met ingang van de dienstregeling 1978/1979 op 28 mei 1978 zijn er diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Op 26 mei 1979, de laatste dag van de dienstregeling, rijdt de 1115 voor het laatst met de TEE Rheingold van Hoek van Holland naar Emmerich.

De dienstregeling 1979/1980 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Per 1979 rijdt op proef in de serie 4300 een getrokken trein, bestaande uit rijtuigen Plan E. Deze stam wordt getrokken door een locomotief van de serie 1100, welke op de eindpunten in Roosendaal en Zwolle omloopt. Het gaat om de treinen 4325/4334/4353/4362 van maandag tot en met vrijdag. Als gevolg van een krappe positie aan beschikbare locomotieven komt de proef per september 1979 te vervallen.

De dienstregeling 1980/1981 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1981/1982 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1982/1983 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1983/1984 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1984/1985 heeft diensten voor de 58 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1985/1986 die op 2 juni 1985 begint, zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1986/1987 heeft diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

Met ingang van de dienstregeling 1987/1988 op 29 mei 1987 wordt de

In de dienstregeling 1988/1989, beginnend op 28 mei 1988, zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1989/1990 laat een inzet zien van locomotieven De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1990/1991 heeft diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Tussen Tilburg en Amersfoort rijdt het treinpaar 55461/55462

De dienstregeling 1991/1992 heeft diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1992/1993 zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

Op 23 mei 1993 gaat de dienstregeling 1993/1994 in. Er zijn diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De winterdienst 1993/1994 geeft voor de locomotieven twee omloopgroepen. De grootste groep is omloop F. Hierin zijn 14 diensten opgenomen voor de locomotieven. Hierin zijn naast reizigerstreinen ook goederentreinen opgenomen. De locomotieven zijn in de reizigersdienst te vinden met D treinen vanuit Amsterdam naar Emmerich (serie 200). Bad Bentheim wordt bereikt met een slag in de serie 1100 (Treinen 1144 en 1145). Tussen Venlo en Den Haag rijden de locomotieven de series 1500, 1800 en 1900. In de serie 2800 wordt een slag gereden tussen Arnhem en Nijmegen (treinen 2818 en 2863). De meeste goederentreinen die worden gereden, zijn van en naar de Kijfhoek vanuit Venlo, Bad Bentheim en Roosendaal. Daarnaast is een locomotief te zien met de expresgoederentreinen 32108/32109 tussen Utrecht Goederen en Emmerich. Deze bestaan uit een of meer expressgoederenrijtuigen van de DB van het type Dms. Vanwege een gering rempercentage van deze treinen worden zij met een lagere snelheid ingelegd. De tweede omloopgroep is groep H. Hierin zijn vier diensten opgenomen, die alleen maar goederentreinen zijn. Dit zijn internationale treinen die naar de Kijfhoek rijden vanuit Venlo en Bad Bentheim. Vanuit Venlo wordt Rotterdam Noord Goederen bediend met het trailervervoer. In de binnenlandse goederendienst zijn zij in het gehele land te vinden. Per 10 april 1994 gaan de expresgoederentreinen 32108/32109 getrokken worden door een 1600.

In de dienstregeling 1994/1995, welke in gaat op 29 mei 1994, zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1995/1996 zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1996/1997 zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1997/1998 zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In het jaar 1998 zal het afvoeren van de locomotieven verder gaan. Op 12 januari zullen er nog 12 diensten zijn voor 15 locomotieven (1107, 1110, 1111, 1113, 1115, 1117, 1122, 1127, 1132, 1136, 1142, 1144, 1145, 1147 en 1152). Met ingang van de omloopwijziging van 30 maart 1998 zijn er nog maar diensten. De vervallen diensten worden vervangen door locomotieven serie 1600. Deze worden op hun beurt weer vervangen door locomotieven serie 1700 die vrij worden gespeeld door de instroom van de DD-AR mABk rijtuigen.

De dienstregeling 1998/1999, welke op 24 mei 1998 ingaat, zal de laatste dienstregeling zijn waar de locomotieven nog een vaste omloop zullen hebben. Vanaf 29 juni 1998 zullen nog zes locomotieven nodig zijn voor extra treinen of als reserve. Er waren op dat moment nog 8 locomotieven (1110, 1115, 1122, 1132, 1142, 1144, 1145 en 1152) beschikbaar. Zij rijden diverse goederentreinen en zelfs EuroCity's behoren tot hun takenpakket. Medio juli 1998 valt de beslissing om deze locomotieven vanaf 20 juli 1998 terzijde te stellen. De instroom van solitaire locomotieven serie 1700 en de slapte in het goederenvervoer in de zomer zijn hier debet aan. De locomotieven worden na die datum verzameld in Maastricht en de Watergraafsmeer. De locomotieven worden vanaf dat moment als reserve opgesteld. Op 21 juli 1998 wordt de 1115 als laatste locomotief aan de kant gezet. Als gevolg van een tekort aan locomotieven van de series 1600 en 1700 worden acht locomotieven vanaf augustus 1998 weer ingezet. De 1110, 1115, 1122, 1132, 1142, 1144, 1145 en 1152 komen tussen 28 augustus en 9 augustus 1998 weer in dienst. Op 11 september 1998 wordt de 1110 weer terzijde gesteld. De locomotieven worden voor allerlei reizigerstreinen ingezet. De locomotieven rijden met treinen in de series 800 (Haarlem - Maastricht) en 900 (Haarlem - Eindhoven). Ook rijdt een locomotief in de EuroCity treinen tussen Amsterdam en Emmerich. Nadat bekend werd dat er per 1 oktober 1998 geen locomotieven worden verhuurd aan Lovers Rail, wordt voor de zeven rijvaardige locomotieven een omloop gemaakt. Deze omloop omvat diensten in de serie 1900 (Den Haag Centraal - Venlo). In deze serie kunnen de locomotieven het best de rijtijden halen. De 1144 (defecte tractiemotor) en 1145 (warmloper, 14 november 1998) raken echter defect en worden niet direct hersteld. Eind november 1998 komt de 1144 weer op de baan. De 1152 raakt op defect en wordt naar Maastricht overgebracht. Hier wordt de locomotief terzijde gesteld. Met ingang van 1 januari 1999 vond de officiële scheiding plaats tussen NS Cargo, NS Reizigers, NS Materieel en andere NS onderdelen. Met ingang van deze datum werden alle nog resterende locomotieven ondergebracht bij NS Cargo. De 1107, 1115, 1122, 1132, 1136, 1142, 1144, 1145 en 1145 werden door NS Reizigers gehuurd van NS Cargo. Doordat de beschikbaarheid van de locomotieven serie 1700 verbeterde, werden de locomotieven die defecten vertoonden aan de kant gezet. De 1115, 1122 en 1144 werden aangewezen om hoogspanning te leveren aan de gehuurde NMBS K4 rijtuigen. Deze stonden op diverse plaatsen opgesteld ten behoeve van instructie aan het rijdend personeel. Zo werd de 1115 in Venlo gestationeerd, de 1144 in Heerlen en de 1122 ten slotte in Eindhoven. Op 20 april 1999 kwam de 1107 aan in Rotterdam om daar de 1742 te vervangen. De definitieve scheiding van het materieelpark vond plaats op 30 mei 1999. De 1115 werd na het beëindigen van de instructie vanuit Venlo eind juli 1999 overgebracht naar Maastricht.


Onderhoud

De locomotieven 1101 - 1121 en 1130 worden vanaf hun aflevering onderhouden in de werkplaats Amsterdam Zaanstraat. Deze en nieuw geleverde locomotieven krijgen vanaf 20 mei 1951 hun normale onderhoud in de lijnwerkplaats Maastricht. Revisies en schadeherstel worden uitgevoerd in de Hoofdwerkplaats Tilburg. Constructiewijzigingen werden in beide werkplaatsen uitgevoerd, afhankelijk van de grootte van de wijziging.


Inzet per dienstregeling jaar

Hieronder volgt een opsomming van treinseries waarin de locomotieven te zien zijn. Goederentreinen zijn niet meegenomen in deze opsomming.


Revisie

De revisiewerkzaamheden vinden plaats in de hoofdwerkplaats Tilburg.

In 1987 worden er weer revisies uitgevoerd aan de locomotieven, waarmee zij nog een aantal jaren in dienst kunnen blijven. In 1990 beginnen de laatste revisie beurten voor de locomotieven. Deze zijn bekend als de H2E en zullen tot 1995 worden uitgevoerd.


Veiligheidsbeurten

Alvorens locomotieven af te voeren die aan hun revisietermijn zitten, maar nog niet gemist kunnen worden, zijn er veiligheidsbeurten uitgevoerd om ze langer in dienst te houden tot een eventuele revisie of toch tot afvoer. Na een dergelijke beurt kunnen de locomotieven ongeveer 300.000 kilometer rijden.

  • De 1117 kreeg van 24 januari tot en met 5 februari 1990 een veiligheidsbeurt.
  • De 1135 kreeg van 16 februari tot en met 1 maart 1990 een veiligheidsbeurt.
  • Op 5 maart 1991 zou de 1115 afgevoerd worden, deze werd echter door een veiligheidsbeurt weer op de baan gebracht per 22 april 1991.
  • De 1106 kwam op 22 maart 1991 aan in Tilburg en werd officieel afgevoerd per 2 juni 1991. Op 26 november 1991 werd de locomotief weer afgeleverd. De loc heeft het werkplaatsterrein echter niet verlaten. Op 7 augustus 1992 ging de loc wederom terzijde. Op 30 oktober 1992 kwam de loc wederom in dienst na een veiligheidsbeurt.
  • De 1139 werd op 27 maart 1991 afgevoerd, maar kwam per 8 mei 1991 weer in dienst.
  • De 1110 werd op 1 september 1991 afgevoerd, doch op 26 november 1991 weer in dienst gesteld nadat de locomotief een veiligheidsbeurt had ondergaan.
  • Op 31 mei 1992 werd de 1154 terzijde gesteld. De loc bleef echter doorrijden tot 7 juli 1992 en kwam toen in Tilburg aan. Op 7 augustus 1992 werd de loc afgeleverd na een veiligheidsbeurt.
  • De 1129 kreeg van 26 oktober tot 26 november 1992 zijn veiligheidsbeurt, maar was na een maand al weer terug in Tilburg en werd nu terzijde gesteld.
  • De 1159 ging op 1 september 1992 terzijde, maar werd na een veiligheidsbeurt weer afgeleverd
  • De 1152 is op 27 februari 1996 afgeleverd.
  • Op 4 juli 1996 is de 1144 afgeleverd.


Bijzondere uitvoeringen

  • Eind 1985 begint de seriematige afvoer van de locomotieven. Om de eerste locomotief te eren met een naam, is de 1126 uitgekozen. Deze krijgt de naam 'Lombardijen'. Ter gelegenheid van deze actie worden 126 locomotieven van Märklin met het nummer 1139 omgenummerd naar 1126 en de naam Lombardijen. Op 15 oktober 1985 wordt de locomotief te Rotterdam Stadion beplakt en onthuld te Rotterdam Lombardijen door wethouder Henk van der Pols. Nog dezelfde dag is de naam verwijderd, omdat er door een afdeling van de NS werd geopperd dat wachtende reizigers gewond konden raken bij het eventueel loslaten en wegwaaien van de letters.


Wijzigingen

  • Locomotief 1108 is in 1958 op proef voorzien van een antisliprem. Deze rem zorgt voor lichte remdruk bij het doorslippen van de wielen bij het aanzetten. De antisliprem wordt vanaf de stuurtafel bediend door middel van een drukknop. Door het gebruik van deze rem hoeft er geen zand te worden gestrooid. Vanaf 19 zijn ook de andere locomotieven voorzien van deze antisliprem.
  • Vanaf 1963 begint de inbouw van de ATB in de locomotieven.
  • Tussen 1966 en 1971 worden de tappen in de holle as verzwaard, omdat deze door schokken en stoten konden afbreken. Hierdoor werd de ophanging van de tractiemotoren zwaarder belast en konden ook afbreken. De motorstoelen worden daarop eveneens verzwaard.
  • Vanaf 1968 krijgen alle locomotieven een tweede luchtaansluiting op de bufferbalk. Deze aansluiting wordt gebruikt om de deuren van de nieuwe rijtuigen Plan W pneumatisch te kunnen sluiten. Ook komt er een elektrische aansluiting, welke verbonden wordt met de bedieningsapparatuur in de cabine.
  • Vanaf oktober 1968 worden de locomotieven voorzien van het nieuwe logo van de NS. De locomotieven krijgen elk twee logo's Het in wit uitgevoerde logo wordt tussen de buitenste ronde ruit en de cabinedeur geplaatst.
  • In 1971 wordt de 1114 voorzien van een machinistenstoel ter vervanging van de klapzitting. De stuurtafel moet worden aangepast aan deze nieuwe stoel, omdat de cabine slechts een diepte heeft van 80 centimeter. De proef is succesvol en eind 1972 wordt besloten om alle cabines te voorzien van een stoel. De 1128 is op 12 september 1973 als eerste afgeleverd met de aanpassingen in de cabine. Ook de locomotieven van de serie 1300 ondergaan deze wijzigingen.
  • In september 1972 is de 1135 afgeleverd na revisie met een proefverflaag.
  • Locomotief 1120 is in februari 1973 voorzien van een luchtblaasinstallatie bij de wielen in plaats van zandstrooiers.
  • In juni en juli 1976 is de 1117 gebruikt om proeven te nemen om de onrustige loop van de locomotieven te beteugelen. Op grond van de metingen aan de 1117 is in augustus 1976 de 1107 gebruikt voor verdere proefnemingen. Dit leidde tot de CW "verbetering loopeigenschappen" vanaf 1977. In juni 1977 is de 11 als eerste locomotief met deze wijzigingen afgeleverd. Het schudden van de locomotieven werd hiermee grotendeels ingeperkt. Wel kwam aan het licht dat de locomotieven nog steeds verticale bewegingen maakten.
  • Vanaf mei 1977 zullen de locomotieven voorzien gaan worden van een definitief derde frontsein. Het aanbrengen zal geschieden tijdens herstel van schade, revisie of een extra binnenkomst in de Tilburgse werkplaats.
  • In juni 1978 is de 1159 voorzien van rollagers in plaats van glijlagers. Hiermee wordt de kans op warmgelopen assen verkleind.
  • In 1980 wordt begonnen met het vervangen van de buffers. De oude rubbergeveerde buffers worden vervangen door hydraulische buffers.
  • In 1991 werden een vijftal locomotieven voorzien van nieuwe ATB fase 4 kasten. Het ging hierbij om een proef waarbij de 1108, 1111, 1113, 1114 en 1116 waren betrokken.


  • In 1993 werden de locomotieven voorzien van een remduurbeperking. Dit moest vaste remmen voorkomen wanneer de locomotief in opzending zou meelopen in een trein. Bij vaste remmen kunnen de wielen warm worden. Hierdoor kunnen de wielbanden uitzetten en losraken, zodat deze verschuiven.


Huisstijl

De locomotieven zijn in het turquoise afgeleverd. In 1954 werden de eerste locomotieven al overgeschilderd in het Berlijns blauw. Bij de invoering van de nieuwe kleuren behorend bij Spoorslag '70 werden de locomotieven geel grijs geschilderd. Het eerste exemplaar kwam in 1971 in de nieuwe kleuren in dienst.

Van turquoise naar blauw

Nummer Turquoise in Blauw uit Nummer Turquoise in Blauw uit Nummer Turquoise in Blauw uit
1101 1121 1141
1102 1122 1142
1103 1123 1143
1104 1124 1144
1105 1125 1145
1106 1126 1146
1107 1127 1147
1108 1128 1148
1109 1129 1149
1110 1130 1150
1111 1131 1151 n.v.t. n.v.t.
1112 12 maart 1954 7 april 1954 1132 1152 n.v.t. n.v.t.
1113 1133 1153 n.v.t. n.v.t.
1114 1134 1154 n.v.t. n.v.t.
1115 1135 1155 n.v.t. n.v.t.
1116 1136 1156 n.v.t. n.v.t.
1117 1137 1157 n.v.t. n.v.t.
1118 1138 1158 n.v.t. n.v.t.
1119 1139 1159 n.v.t. n.v.t.
1120 1140 1160 n.v.t. n.v.t.


Van blauw naar geel grijs

Bij de invoering van de nieuwe kleuren behorend bij Spoorslag '70 werden de locomotieven geel grijs geschilderd. De zijwanden zijn geheel grijs geschilderd. Rondom de ronde ruiten in de zijwand is een gele strook aangebracht. Aan de zijde van de cabinedeuren is een zwart logo aangebracht. Het platte vlak onder de frontruiten is geel geschilderd. Het locomotiefnummer is in het zwart aangebracht op gele vlak onder de frontruiten en groot in het wit in het midden van de locomotief aan de zijkant. De stangen aan weerszijden van de cabinedeuren zijn geel geschilderd

Nummer Blauw in Geel grijs uit Nummer Blauw in Geel grijs uit Nummer Blauw in Geel grijs uit
1101 januari 1980 1 april 1980 1121 n.v.t. n.v.t. 1141 januari 1979
1102 september 1979 1122 2 november 1981 20 januari 1982 1142 8 februari 1974 27 maart 1974
1103 april 1983 1123 3 juni 1975 31 juli 1975 1143 5 februari 1973 23 maart 1973
1104 juni 1979 1124 16 december 1974 10 februari 1975 1144 7 maart 1973 19 april 1973
1105 14 januari 1985 19 april 1985 1125 9 april 1973 28 mei 1973 1145 9 januari 1973 19 februari 1973
1106 december 1983 1126 8 maart 1972 24 april 1972 1146 30 december 1975 25 februari 1976
1107 26 oktober 1972 1127 13 mei 1971 29 juni 1971 1147 3 juli 1973 23 augustus 1973
1108 12 april 1985 1128 30 juli 1973 14 september 1973 1148 6 juni 1974 2 augustus 1974
1109 mei 1979 1129 31 oktober 1973 14 december 1973 1149 20 februari 1974 26 april 1974
1110 februari 1984 1130 6 oktober 1975 28 november 1975 1150 20 april 1977 15 juni 1977
1111 15 juni 1972 23 oktober 1972 1131 n.v.t. n.v.t. 1151 februari 1978
1112 5 oktober 1971 10 november 1971 1132 17 september 1973 6 november 1973 1152 18 september 1980
1113 19 januari 1971 22 februari 1971 1133 n.v.t. n.v.t. 1153 14 oktober 1977 december 1977
1114 4 januari 1985 1134 17 februari 1976 5 april 1976 1154 20 februari 1978 17 april 1978
1115 december 1983 1135 7 januari 1986 april 1986 1155 januari 1979
1116 april 1984 1136 2 april 1975 5 juni 1975 1156 n.v.t. n.v.t.
1117 29 oktober 1985 7 februari 1986 1137 30 oktober 1972 14 december 1972 1157 januari 1979
1118 n.v.t. n.v.t. 1138 9 september 1985 9 december 1985 1158 23 november 1971
1119 26 april 1976 2 juli 1976 1139 21 maart 1973 22 mei 1973 1159 14 december 1970 31 maart 1971
1120 27 november 1972 22 januari 1973 1140 19 november 1973 14 januari 1974 1160 11 oktober 1974 17 januari 1975


Voorzetneus

Naar aanleiding van het ongeval bij Westervoort in februari 1978, waarbij de 1129 beschadigd raakte, werd besloten om de locomotieven te voorzien van een voorzetneus. Deze moesten de machinist bij een ongeval beter beschermen. Al eerder dacht de directie van de NS aan het versterken van de neus van de locomotieven, die bij aanrijdingen zeer kwetsbaar was voor de machinist. Daarnaast speelde de wens rond 1970 om een automatische koppeling in te voeren, wat versterking van de neus noodzakelijk maakte. Jaarlijks moesten 7 à 10 locomotieven naar de werkplaats voor herstel van de neus. Door de Haarlemse werkplaats wordt een constructie bedacht met een kokervormige bumper met een polyester neus. Door de Tilburgse werkplaats wordt echter een constructie van plaatwerk voorgesteld voor op de neus. De kokerprofielen worden aan de bak gelast, daarnaast wordt de bodemplaat verlengd. Hierop rusten de kokerprofielen. De profielen worden afgedekt met een metalen plaat. In de neusconstructie worden de frontseinen aangebracht, evenals de aansluitingen voor de luchtslangen. De draaistellen worden voorzien van een extra balk voor het stoot- en trekwerk. De kosten bedragen 50.000 gulden per locomotief. De draaistellen worden per stuk ongeveer 50 centimeter langer gemaakt. Naast het aanbrengen van de voorzetneus worden maatregelen in de cabine getroffen om de overlast van het geluid te verminderen. In september 1978 kwam de 1129 in zijn nieuwe uiterlijk op de baan. De nog blauwe locomotieven kwamen in twee verschillende kleurstelling op de baan. De 1117, 1118 en 1138 zijn voorzien van een geheel gele neus. Bij de later afgeleverde blauwe locomotieven is alleen de voorzijde geel, terwijl de zijkanten blauw werden geschilderd. Bij hun revisie in 1982 zijn de neuzen van de 1117, 1118 en 1138 op dezelfde wijze geschilderd als de overige locomotieven.

Nummer Ombouw in Ombouw uit Nummer Ombouw in Ombouw uit Nummer Ombouw in Ombouw uit
1101 8 januari 1980 1 april 1980 1121 maart 1980 23 mei 1980 1141 januari 1979
1102 september 1979 1122 2 november 1981 20 januari 1982 1142 augustus 1981
1103 februari 1980 4 april 1980 1123 12 september 1979 1143 februari 1981 april 1981
1104 juni 1979 1124 november 1981 1144 februari 1981
1105 26 juni 1981 1125 17 november 1980 1145 23 december 1980
1106 augustus 1980 29 oktober 1980 1126 2 oktober 1979 14 november 1979 1146 18 september 1980
1107 december 1981 1127 oktober 1981 1147 januari 1981 18 februari 1981
1108 mei 1981 1128 4 december 1980 1148 augustus 1981
1109 mei 1979 1129 16 maart 1978 september 1978 1149 juni 1981
1110 februari 1981 maart 1981 1130 5 november 1979 21 december 1979 1150 april 1981
1111 juli 1980 3 september 1980 1131 n.v.t. n.v.t. 1151 mei 1981
1112 23 mei 1980 1132 februari 1981 maart 1981 1152 18 september 1980
1113 17 juni 1981 1133 30 juni 1980 1153 januari 1981 2 maart 1981
1114 10 september 1981 1134 9 januari 1980 24 februari 1980 1154 17 juli 1981
1115 september 1980 29 oktober 1980 1135 19 november 1979 21 januari 1980 1155 januari 1979
1116 maart 1981 april 1981 1136 15 februari 1979 24 april 1979 1156 n.v.t. n.v.t.
1117 september 1979 30 oktober 1979 1137 augustus 1980 29 oktober 1980 1157 januari 1979
1118 8 oktober 1979 6 december 1979 1138 september 1979 9 oktober 1979 1158 maart 1979
1119 10 december 1979 7 februari 1980 1139 mei 1980 23 juli 1980 1159 10 september 1981
1120 maart 1980 april 1980 1140 november 1980 14 januari 1981 1160 augustus 1981 2 november 1981


Vernummeringen

Tijdens de aflevering is er geschoven met de nummervolgorde. Na de 1121 werd 1130 afgeleverd, gevolgd door de 1122. Om onduidelijke redenen is dit gebeurd. Op 11 mei 1952 rijdt de 1148 met de nummerplaten van de 1150 om de eerste rit van de 1301 te vieren. De wisseling tussen de 1148 en 1150 is niet ongedaan gemaakt. In 1989 wordt de afgevoerde 1125 verbouwd naar de toestand van aflevering in 1951. Hierbij krijgt de locomotief de nummerplaten van locomotief 1122.


Schadegevallen

  • Op 7 mei 1955 ontspoort locomotief 1150 nabij Oldebroek. De locomotief is onderweg met militaire verlofgangerstrein 11136 van Zwolle naar Den Haag SS. De trein bestaat deels uit houten en deels uit stalen rijtuigen. De samenstelling van de trein is B + C 6009 + C 64 + 6229 . De houten rijtuigen C 6009 en schuiven in elkaar. Het voor reizigers afgesloten rijtuig 6229 wordt door brand beschadigd als gevolg van een gebroken gasleiding. Het rijtuig C 64 botst op rijtuig C 6009, dat op haar beurt het rijtuig B met een tiental meters doorboord. De ontsporing is het gevolg van een te hoge snelheid. De machinist interpreteerde het seinbeeld met de lichtseinen volgens Lichtseinstelsel 1946 dat hij rechtdoor zou gaan via het hoofdspoor. In plaats daarvan moest hij het zijspoor op met een lagere snelheid. Als gevolg van deze hoge snelheid ontsporen alle rijtuigen. De 1150 loopt lichte schade op. De locomotief ontspoort met de laatste as en hierdoor ontstaat er schade aan het stoot- en trekwerk. Er komen twee militairen om het leven en twee anderen raken zwaar gewond.
  • Op 1 april 1960 botst locomotief 1142 ter hoogte van Harmelen met diesellocomotief 2227. De 1142 is onderweg met trein van naar . De 2227 is onderweg met trein van naar . De twee treinen botsen frontaal op elkaar.


  • In de nacht van 3 op 4 juni 1961 kwam locomotief 1156 ter hoogte van de brug over het Wilhelminakanaal bij Tilburg in botsing met locomotief 1006. De 1156 was onderweg met wagenladingtrein 4207 van Roosendaal naar Zwolle Rangeerstation. De 1006 was onderweg met wagenladingtrein 4238 van Venlo naar Rotterdam Zuid Goederen. Locomotief 1156 had enkele minuten vertraging opgelopen en kwam op de enkelsporige brug locomotief 1006 tegen, wat leidde tot een frontale botsing. De beide machinisten kwamen hierbij om het leven. Gezien de opgelopen schade en het schadebedrag werd besloten om de locomotief te slopen. Dit gebeurde ter plekke in juni 1961.


  • Op 8 januari 1962 vond het grootste treinongeval van Nederland plaats. Nabij Harmelen kwam in dichte mist sneltrein 164 (Leeuwarden – Utrecht – Rotterdam), bestaande uit locomotief 1131 + mat’24 B 5710 + Plan E A 6544 + Plan E RD 6969 + Plan E B 6614 + Plan E B 6691 + Plan E B 6604 + mat’24 B 5238 + Plan E B 6695 + Plan K AB 7361 + mat’24 B 5830 + mat’24 B 5237 in botsing met stoptrein 464 (Rotterdam – Woerden – Amsterdam), bestaande uit Materieel’46 ElD4 700 + ElD2 297. Trein 164 heeft bij het vertrek uit Utrecht enkele minuten vertraging opgelopen. Hierdoor wordt de rijweg bij Harmelen geblokkeerd. De stoptrein mag voor de sneltrein het hoofdspoor kruisen en in de richting van Breukelen rijden. Door de mist ziet de machinist van de sneltrein het gele sein niet. Pas bij het rode sein, vlak voor de splitsing, merkt de machinist op dat hij moest remmen. Met een snelremming probeert hij de trein stil te zetten, maar dit is te laat. De sneltrein boort zich met 107 kilometer per uur in treinstel ElD4 700, waarbij de eerste drie rijtuigen (BDk + B + A) vernield worden door de eerste vijf rijtuigen van de sneltrein. De locomotief wordt naar rechts geworpen door de klap. Het vierde rijtuig van het treinstel (Bk) wordt, hoewel licht beschadigd, na enkele maanden ook gesloopt. Van de sneltrein raken de locomotief en 5 rijtuigen beschadigd en de laatste 6 blijven in het spoor. De rijtuigen B 5710, A 6544, B 6614 en locomotief 1131 worden afgevoerd en gesloopt. Bij dit ongeval vielen 91 doden en 54 gewonden.


  • Op 18 augustus 1963 vindt er in Venlo een merkwaardig ongeval plaats met locomotief 1116. De locomotief rolt onbemand het emplacement af in de richting van Blerick over het hoofdspoor. Door alert ingrijpen van de seinhuiswachter om een wissel om te gooien wordt voorkomen dat de locomotief het hoofdspoor op rijdt en zo tegen een eventueel tegemoet komende trein rijdt. De locomotief komt op het spoor terecht dat bedoeld is voor de nieuwe brug over de Maas. De rails op het landhoofd zijn echter niet voorzien van een stootjuk. De locomotief rijdt zo van het landhoofd af en valt 8 meter naar beneden op straat. De locomotief komt met de voorkant terecht op de kasseien en de achterkant komt terecht op de steigers, een paar meter voor de Maas. De locomotief loopt een ingedeukte en ontzette cabine en voorzijde op. Aan de achterzijde raakt de cabine eveneens beschadigd. Het centrale deel van de locomotief blijft echter intact. Vanaf augustus wordt de locomotief in acht dagen gedemonteerd en in delen op een dieplader afgevoerd naar het emplacement van Venlo. Alle onderdelen die in en op de bak aanwezig zijn, worden als eerste gedemonteerd en afgevoerd. Vervolgens werd de lege bak afgevoerd en als laatste werden de draaistellen afgevoerd. Men achtte het niet wenselijk om een rijdende kraan te gebruiken. In Venlo is de locomotief in elkaar gezet en naar Tilburg overgebracht voor herstel. Op wordt de locomotief weer afgeleverd. Bij het ongeval raakt niemand gewond.



  • In de nacht van 24 op 25 januari 1969 botst locomotief 1130 frontaal op locomotief 2500 ter hoogte van Breda. Locomotief 1130 is onderweg met goederentrein 5548 van naar Venlo. De 2500 is onderweg met trein 44546 van naar Roosendaal. De machinist van de 1130 raakt ziek onderweg en hierdoor mist hij een stoptonend sein bij Breda Aansluiting. De 1130 botst frontaal op de 2500.
  • Op 24 september 1969 botst de 1136 met de ElD4 645 te Rotterdam. De 1136 is onderweg met trein 1971 van naar . Het treinstel ElD4 645 stond klaar om trein 920 van naar te rijden. De 1136
  • Op 18 juni 1970 botst de 1106 op een overweg ter hoogte van Maarsen met een met zand beladen vrachtwagen. De locomotief loopt schade op aan de kop. Ook de drie achter de locomotief rijdende rijtuigen Plan E lopen schade op. Op 22 juni 1970 wordt de 1106 naar de Tilburgse werkplaats overgebracht voor herstel.
  • Op 21 september 1970 proberen de 1128 en Plan V treinstel El2 464 te Utrecht Centraal op het zelfde spoor te rijden. De 1128 is onderweg als trein van naar . Het treinstel is onderweg als trein van naar . De locomotief en het treinstel drukken elkaar uit het spoor. Het treinstel komt klem te zitten tussen de locomotief en perronwand. Door de twee ongevallenkranen wordt het materieel weer op het juiste spoor gezet. De locomotief komt voor herstel op september 1970 naar de Tilburgse werkplaats. Na het herstel van de schade ondergaat de locomotief een revisie. Op 20 november 1970 komt de locomotief weer in dienst.
  • Op 9 december 1970 botst locomotief 1159 met trein 822 van Maastricht naar Zandvoort bij Heeze op een met stenen beladen vrachtwagen. De trein bestaat onder andere uit de rijtuigen Plan L P 00-37 034 + Plan W B 21-30 407 + Plan W B 21-30 414 + Plan W B 21-37 532 + Plan E RD RD 87-37 211. Hierbij raakt de 1159 beschadigd, alsmede de genoemde rijtuigen. De locomotief komt op 14 december 1970 aan in Tilburg en wordt na schadeherstel en revisie op 31 maart 1971 afgeleverd. De machinist van de trein komt bij dit ongeval om het leven.
  • Op 12 mei 1972 botste de 1119 op een vrachtwagen bij Oisterwijk. De locomotief is onderweg met trein D 216 van Hoek van Holland naar Venlo. De locomotief raakt ernstig beschadigd. Nog dezelfde dag komt de locomotief aan in de Tilburgse werkplaats. De locomotief was net 8 dagen hiervoor uit revisie gekomen. De locomotief wordt hersteld van de schade en wordt op 12 juli 1972 afgeleverd.
  • Op 9 juni 1972 loopt de 1111 botsschade op te Hengelo. De locomotief wordt aangereden door de . Op 15 juni 1972 komt de locomotief voor herstel naar de Tilburgse werkpaats. Na het herstel wordt de locomotief gereviseerd en geschilderd in het geel-grijs. Op 23 oktober 1972 wordt de locomotief afgeleverd.
  • Op 30 juni 1972 reed locomotief 1107 met de mP 3022 in opzending bij het kruispunt van Blauwkapel als trein 381111 van Venlo naar de Watergraafsmeer in de flank van ertstrein 512722. Deze ertstrein werd getrokken door vier diesellocomotieven serie 2200 en was onderweg van Amsterdam naar Dortmund. De aanrijding kwam doordat de machinist van de 1107 door een rood sein reed. De 1107 raakt beschadigd aan de draaistellen en zijwand. De locomotief werd hersteld in de Tilburgse werkplaats en werd .
  • Op 8 augustus 1975 botst de 1112 ter hoogte van het Oostelijk Eiland in Amsterdam. De locomotief is onderweg met trein , de Spanje Express naar Port Bou. Op het Oostelijk Eiland komt de locomotief in botsing met Plan V 845. Deze is als stoptrein 7342 onderweg van Utrecht Centraal naar Amsterdam Centraal. Het BPk rijtuig van het treinstel boort zijn neus in de cabine van de locomotief. Deze wordt naar achter gedrukt, tot slechts 10 centimeter van de achterwand. De machinist van de locomotief komt hierdoor bekneld te zitten. De botsing ontstond doordat de stoptrein door een rood sein reed. De locomotief wordt na hersporing naar de Dijksgracht overgebracht, in afwachting van de overbrenging naar de werkplaats van Tilburg. Op werd de locomotief naar Tilburg gebracht voor herstel. De locomotief wordt op 10 juni 1976 afgeleverd. Het achter de locomotief rijdende Plan D rijtuig B 29-40 123 loopt aanzienlijke schade op. Het rijtuig A 18-40 105 loopt schade op aan de bufferbalk als gevolg van het doordrukken op het voorgaande rijtuig.
  • Op 8 december 1976 komt de 1140 in botsing met de . De locomotief rangeert op dat moment nabij de Amsterdamse werkplaats Zaanstraat. Als gevolg van de botsing ontspoort de locomotief en raakt hierbij beschadigd. De locomotief komt op 9 december 1976 aan bij de Tilburgse werkplaats voor herstel en revisie. De locomotief wordt op 2 februari 1977 afgeleverd.
  • Op 26 juni 1977 botst de 1118 tussen Lage Zwaluwe en Breda met een auto. De locomotief is onderweg met trein 2505 van Den Haag naar Venlo. Op 27 juni 1977 wordt de locomotief in de Tilburgse werkplaats binnen genomen voor het herstel van de schade.


  • Op 28 februari 1978 botst locomotief 1129 in de flank van het treinstel DE2 164 bij Westervoort. Locomotief 1129 is onderweg met TEE 10 van Emmerich naar Amsterdam. Het treinstel is onderweg als stoptrein 7747 van Arnhem naar Winterswijk. De treinen botsen bij de enkelsporige brug over de IJssel. De stoptrein rijdt door het rode sein. Op het traject is geen ATB aanwezig, waardoor de stoptrein niet geremd wordt als de trein het rode sein passeert. Door de botsing wordt de cabine van de locomotief ingedrukt. Ook het treinstel raakt hierbij zwaar beschadigd. In de avond van 28 februari 1978 wordt het materieel overgebracht naar Arnhem Goederen. De locomotief wordt op 16 maart 1978 naar de Tilburgse werkplaats overgebracht voor herstel. De locomotief is de eerste locomotief die wordt voorzien van een voorzetneus om de machinist beter te beschermen bij aanrijdingen. De locomotief wordt op september 1978 afgeleverd. Bij het ongeluk komt 1 persoon om het leven en raken 25 mensen gewond.


  • Op 8 oktober 1986 reed locomotief 1141 met een lege kalktrein met te hoge snelheid over een afbuigende wissel bij Heeze en ontspoorde. De loc draaide hierbij zowel om zijn as en maakte een koprol, waardoor de locomotief aan alle kanten schade had. Hierbij raakte de locomotief total loss. Op 15 oktober 1986 werd de locomotief ter plaatste gesloopt. De in opzending mee lopende locomotieven 1309 en 1642 raakten zwaar beschadigd, doch werden hersteld van hun opgelopen schade.



  • Op 2 juni 1993 botst de 1107 op de Materieel'54 treinstellen ElD4 776 en ElD2 385 in het station van Arnhem. De 1107 kwam met trein 32109 aan in het station. De treinstellen stonden gereed om als trein 2858 naar Den Haag Centraal te vertrekken. De locomotief raakte beschadigd aan de neus en een draaistel. De locomotief werd op 7 juni 1993 binnen genomen voor herstel en revisie. Op 18 augustus 1993 kwam de locomotief weer op de baan. Bij het ongeval vielen zes lichtgewonden.
  • Op 27 oktober 1993 ontspoord locomotief 1127 met goederentrein 54050 bij Lage Zwaluwe. De trein is onderweg van rangeerterrein Kijfhoek naar Arnhem. De trein ontspoort op een wissel dat even daarvoor uit de controle is geraakt. Door een storingsploeg wordt het wissel gekrukt, zodat de goederentrein niet al te veel vertraging oploopt. Het wissel is tijdens onderhoud voorzien van een beweegbaar puntstuk en dat wordt over het hoofd gezien door de storingsploeg. Omdat het wissel niet helemaal aansluit, ontspoord de goederentrein met de eerste vijf ketelwagons. Een van de afsluiters van een ontspoorde wagon begint te druppelen, waardoor het opruimwerk wordt vertraagd. Pas op 29 oktober 1993 kunnen er weer treinen rijden. Op 8 november 1993 wordt de locomotief in Tilburg binnen genomen voor herstel en op 10 december 1993 weer afgeleverd.


  • Op 15 juni 1996 ontstond er brand in de 1114 ,toen deze als losse locomotief onderweg was van Bad Bentheim naar Hengelo. Op 21 juni 1996 wordt deze locomotief in Tilburg binnen genomen met brandschade. Echter zal deze locomotief niet meer worden hersteld. Deze locomotief is op 2 september 1996 in Tilburg terzijde gesteld.


  • Op 11 februari 1998 wordt de 1127 door locomotief 1638 in Venlo door een stootjuk geduwd. De locomotief loopt hierbij enige schade op en wordt naar Tilburg overgebracht. De locomotief wordt niet hersteld en op 30 maart 1998 officieel afgevoerd.
  • Op 9 april 1998 loopt de 1147 botsschade op als gevolg van een aanrijding met een auto tussen Oldenzaal en De Lutte. De locomotief is onderweg met InterRegio 2345 (Schiphol - Berlijn) naar het grensstation Bad Bentheim. De locomotief loopt schade op aan , doordat de auto onder de locomotief vast komt te zitten. Op 14 april 1998 komt de locomotief aan in Tilburg en wordt terzijde gesteld.


Afvoer

Als eerste locomotief werd de 1156 afgevoerd. Amper 5 jaar in dienst kwam het op 4 juni 1961 in botsing met locomotief 1006 te Tilburg. 7 maanden later werd de 1131 afgevoerd na de beruchte ramp bij Harmelen op 8 januari 1962.

In het najaar van 1975 wil de directie een kosten/baten analyse zien van de vervroegde afvoer en sloop van de locomotieven. De plannen van dat moment voorzien in een afvoer van de locomotieven tussen 1983 en 1990. De analyse moet inzicht geven in het vervroegd slopen van de locomotieven en de noodzakelijke verbeteringen voor de locomotieven.


De geplande afvoer begon in 1985 met de 1118 en 1126. Deze locomotieven hadden hun revisietermijn bereikt. De 1126 werd op 22 augustus 1985 afgevoerd en de 1118 op 2 december 1985. In 1986 gevolgd door de 1121, 1133, 1140 en 1141. De 1121 was de laatste blauwe NS locomotief en was aan het eind van de revisietermijn. De overige 3 locomotieven waren betrokken bij ongevallen. In 1987 werden de 1120, 1125 en 1128 terzijde gesteld wegens verlopen revisietermijnen. De 1125 werd daarbij opgenomen in het historisch bewaarplan van het spoorwegmuseum. De 1120 werd geconserveerd en naar Blerick overgebracht, mocht hij weer nodig zijn, dan kon hij met een beurt weer in dienst worden gesteld. In 1987 werd de afvoer van locomotieven opgeschort en werden er weer revisiebeurten gegeven aan de locomotieven.

In 1991 werd het afvoerplan weer opgepakt en waren de locomotieven aan de beurt die in 1985 een revisie hadden gehad aan de beurt. Slachtoffers van deze ronde waren de 1137, 1139, 1143, 1146 en 1150. Allen wegens verlopen revisietermijnen. Ook de 1106 en 1110 werden ter zijde gesteld, maar door middel van een herindienststellingsbeurt op 26 november 1991 weer in dienst gesteld. In 1992 ging de afvoer door en werden de 1151 (ontsporing Arnhem), 1154, 1155 en 1157 wegen verlopen revisietermijnen terzijde gesteld. De locomotieven werden geconserveerd opgeslagen. De 1129 kwam eind december 1992 in Tilburg aan wegens verschoven wielbanden en werd in januari 1993 terzijde gesteld.


Eind juni 1994 werden de 1119 en 1134 buiten dienst gesteld. Ze kregen echter een reserve rol en bleven normaal in dienst.



De locomotieven 1124 en 1148 worden op 4 juni 1996 uit naar Tilburg overgebracht en terzijde gesteld. Op 13 juni 1996 komt de 1101 aan in Tilburg en wordt terzijde gesteld.

Op 22 mei 1997 wordt de 1149 in Tilburg binnen genomen en als reserve aangewezen. Op 17 juni 1997 komt de 1160 aan in Tilburg en wordt ook als reserve bestempeld.



Op 26 maart 1998 wordt de 1110 in Tilburg terzijde gesteld. De locomotief heeft een defecte tractiemotor. Als gevolg van botsschade, welke op 11 februari 1998 werd opgelopen, werd locomotief 1127 op 30 maart 1998 officieel afgevoerd. Op 1 april 1998 komt de 1132 aan in Tilburg met versleten wielen. De locomotief zou de volgende dag terzijde worden gesteld. Vanwege een tekort aan locomotieven wordt de 1110 hersteld van zijn defecte tractiemotor en op 20 april 1998 komt de locomotief weer in dienst. Oorspronkelijk was het de bedoeling om de 1149, welke sinds mei 1997 in Tilburg op reserve stond, in dienst te stellen. De locomotief was echter te veel geplukt om in dienst te komen. De op 9 april 1998 bij een overwegbotsing betrokken 1147 wordt op 14 april 1998 in Tilburg afgeleverd en wordt vervolgens terzijde gesteld. Ook de 1132 wordt weer in dienst gesteld. De locomotief wordt op 29 april 1998 afgeleverd met nieuwe wielstellen. Begin mei 1998 wordt de 1111 in Maastricht terzijde gesteld met vier defecte tractiemotoren. Op 16 mei 1998 loopt de 1117 vaste remmen op, als het achterop trein 52313 (Onnen - Kijfhoek) mee wordt genomen. De locomotief wordt in Meppel uit de trein gehaald en naar Zwolle opgezonden. Hier wordt de locomotief rijdbaar gemaakt, waarbij de wielbanden te dun worden. Op 25 mei 1998 wordt de locomotief naar Tilburg opgezonden en daar terzijde gesteld. Op 2 juni 1998 lopen de 1107 en 1113 elk met een defecte tractiemotor de werkplaats van Maastricht binnen. Op 16 juni 1998 voegt de 1136 zich bij deze twee locomotieven in Maastricht. De locomotieven worden hier terzijde gesteld. Medio juli 1998 valt het besluit om vanaf 20 juli 1998 de laatste acht resterende locomotieven aan de kant te zetten. Dit is mogelijk door de instroom van solitair gemaakte locomotieven serie 1700 en het mindere aanbod van goederen in goederentreinen. De locomotieven worden niet naar Tilburg overgebracht, maar naar Maastricht en de Watergraafsmeer. Hier worden de locomotieven als reserve weggezet. Op 15 juli 1998 arriveren de 1132 en 1145 in Maastricht. De 1110 volgt op 17 juli 1998. Op 20 juli 1998 voegt de 1144 zich bij dit drietal. In de Watergraafsmeer komt de 1122 op 17 juli 1998 aan, nadat het een slooptransport heeft gereden van Zwolle naar de Watergraafsmeer met vier DE-II treinstellen (163 + 177 + 185 + 174) en drie rangeerlocomotieven (226 + 623 + 663) overgebracht van Zwolle naar de Watergraafsmeer. Op 19 juli 1998 komen de 1142 en 1152 aan op de Watergraafsmeer. Als laatste komt op 21 juli 1998 de 1115 op de Watergraafsmeer aan. Hiermee komt een eind aan de reguliere inzet van de serie 1100. Op 7 augustus 1998 worden de 1117, 1127, 1147, 1149 en 1160 door de van de Tilburgse werkplaats naar Breda overgebracht. Hier worden de locomotieven gestald op de voormalige losweg. Met Lovers Rail vinden op dat moment onderhandelingen plaats over de huur van vier locomotieven (1115, 1122, 1142 en 1152). Door een tekort aan rijvaardige locomotieven van de serie 1700 worden medio augustus 1998 besloten een aantal locomotieven in dienst te stellen. Dit zullen de locomotieven zijn die in Maastricht staan opgesteld. Op 28 augustus 1998 worden 1132 en 1145 afgeleverd. Op 31 augustus 1998 worden de locomotieven 1110 en 1144 afgeleverd. Op 3 september 1998 worden de locomotieven 1115, 1142 en 1152 van de Watergraafsmeer naar Maastricht overgebracht voor een inspectiebeurt en herindienststelling. Op 4 september 1998 ging ook de 1122 op transport van de Watergraafsmeer naar Maastricht. Ook deze vier locomotieven worden in dienst gesteld. Op 11 september 1998 wordt de 1110 weer terzijde gesteld, nadat de locomotief het maximum aantal kilometers tussen twee revisies heeft bereikt. In eerste instantie zijn de locomotieven 1122 en 1142 bestemd voor Lovers Rail. De locomotieven zouden op 1 oktober 1998 worden overgedragen. Lovers Rail liet het aanbod echter aan zich voorbij gaan, omdat er geen akkoord is over de huurprijs. De beide locomotieven blijven de locomotieven bij de NS in dienst. Ter vervanging van de 1122 en 1142 worden de locomotieven 1107 en 1136 in Maastricht klaar gemaakt om hersteld te worden van hun defecten. Dit bleek niet meteen nodig, zodat zij in Maastricht blijven. Op 25 september 1998 worden de beide locomotieven weer in het materieelpark opgenomen. De locomotieven zijn in herstelling genomen om het bestand aan rijvaardige locomotieven op peil te houden. Op 29 oktober 1998 is de 1136 weer op de baan gebracht. Op november 1998 komt de 1152 aan in Maastricht met een aantal defecten. De locomotief wordt wel binnen genomen, maar niet meer hersteld. De locomotief wordt op terzijde gesteld. De 1107 is op 1 december 1998 afgeleverd na herstel van zijn defecten.


De 1107 reed op 13 april 1999 zijn laatste diensten en werd op 14 april naar Maastricht gestuurd vanwege een defecte tractiemotor. Hiermee bleef de 1136 als enige over. De locomotief had de status van reserve, maar werd in Maastricht regelmatig hersteld van defecten. Op 26 april 1999 reed de locomotief in de serie 900 tussen Eindhoven en Haarlem. Op 7 mei 1999 werd de locomotief vanuit Maastricht via Eindhoven naar Venlo gesleept. Hier werd de locomotief voor trein 1946 geplaatst. In Helmond gaf de locomotief uiteindelijk de geest. Door de 1746 werd de trein uiteindelijk weggesleept. Dit bleek de laatste rit voor een locomotief serie 1100 in de rijdende dienst voor de NS. Op 11 mei 1999 werd de locomotief naar Maastricht gestuurd en niet meer hersteld van de waslijst aan defecten.

De 1142 werd na de terzijdestelling overgebracht naar de Watergraafsmeer in afwachting van wat komen zou gaan. Op 13 oktober 1999 werd de 1122 uit Eindhoven overgebracht naar de Watergraafsmeer. Op 6 november 1999 arriveerde ook de 1144 op de Watergraafsmeer vanuit Maastricht. De locomotief was eerder na afloop van de instructie met K4 rijtuigen op 19 oktober 1999 van Heerlen naar Maastricht gegaan. De 1115 werd eind juli na afloop van de instructie met K4 rijtuigen vanuit Venlo naar Maastricht overgebracht.

Op 13 mei 2001 trekt de 1501 de 1211, VAM Tads 20 84 566 9 025-3, Gbs 40 84 980 0 505-2, Ibces 40 84 980 1 980-6, giekwagen 30 84-944 1 516-6, spoorkraan 20 84 974 1 503-1 en de locomotieven 1142 en 1144 van de Watergraafsmeer naar Onnen. In Utrecht Lunetten is kopgemaakt, zodat de 1211 de trein in omgekeerde volgorde naar het noorden trekt. Het goederenmaterieel is door het Spoorwegmuseum in bruikleen gegeven aan de STAR in Stadskanaal. Achter de 6704 van ACTS werd er naar Veendam gereden. Hier worden de wagons overgedragen aan de STAR. Na achterlating van de goederenwagens zijn de 1501 en 1211 terug naar Onnen gebracht door 6704, waarbij de 1142 en 1144 tussen de 1211 en 1501 zijn ingeklemd. Vanaf Onnen werd er met de 1211 op kop naar Utrecht Lunetten gereden. Vanaf hier trok de 1501 de trein naar de Kijfhoek, waar de 1142 en 1144 werden achter gelaten.


Sloop

De eerste locomotief die gesloopt wordt, is de 1156. In juni 1961 was de locomotief betrokken bij een aanrijding in de omgeving van Tilburg. Als tweede locomotief, is de 1131 gesloopt na het ongeval bij Harmelen.



Op 15 juli 1997 zijn de locomotieven 1101, 1108, 1119 en 1220 vanuit Tilburg naar Breda gesleept in afwachting van transport naar de sloper. Op 21 augustus 1997 zijn de locomotieven 1101, 1108, 1119 en 1123 van Breda naar de Tilburg werkplaats gesleept om gereed te worden gemaakt voor afvoer naar de sloper. Op 26 augustus 1997 zijn de locomotieven 1119 en 1123 vanuit Tilburg via Amersfoort naar het Westelijk havengebied in Amsterdam overgebracht. Op 27 augustus 1997 zijn de locomotieven 1101 en 1108 door locomotief 6500 van Tilburg naar Amersfoort overgebracht. Vanuit Amersfoort zijn de locomotieven naar de Amsterdamse Westhaven overgebracht, waar ze bij sloper HKS gesloopt gaan worden. Op 28 augustus 1997 zijn de vier locomotieven op het terrein van HKS geplaatst. Op 29 augustus 1997 zijn de locomotieven 1105, 1109, 1130, 1134 en 1157 van Breda naar Tilburg overgebracht om klaar te worden gemaakt voor overbrenging naar de sloper. Op 9 september 1997 zijn de locomotieven 1109 + 1130 door de naar Amsterdam overgebracht. Op 9 september 1997 is de 1123 als eerste locomotief gesloopt. Op 10 september 1997 zijn de locomotieven 1134 + 1157 vanuit Tilburg via Amersfoort naar Amsterdam overgebracht door de . De locomotieven 1114, 1116, 1124 en 1158 worden op 10 september 1997 vanuit Breda naar Tilburg gesleept om klaar gemaakt te worden voor de sloop. De 1119 is als tweede locomotief gesloopt op 14 september 1997. Op 22 september 1997 zijn de locomotieven 1102, 1112, 1148 en 1154 van Breda naar Tilburg overgebracht om klaar gemaakt te worden voor het transport naar de sloper. Op 23 september 1997 zijn de locomotieven 1124 en 1114 door de 6486 van Tilburg via Amersfoort naar Amsterdam gebracht. De volgende dag zijn de locomotieven bij HKS geplaatst, waarbij de 1114 meteen werd gesloopt. De locomotieven 1105 en 1116 zijn op 24 september 1997 van Tilburg via Amersfoort naar Amsterdam gebracht door de . Omdat de 1105 van diverse onderdelen was geplukt, was de locomotief buitenom voorzien van luchtslangen voor de doorgaande remleiding. De 1105 wordt in de avond achterop het terrein bij de 1101 + 1108, 1109 + 1130 en 1134 + 1157 neer gezet. Op 24 september 1997 vertrekken de laatste vier locomotieven uit Breda naar Tilburg. Het zijn de 1103, 1135, 1138 en 1159. De 1124 is eind september 1997 gesloopt. Op 1 oktober 1997 worden de 1102 + 1154 vanuit Tilburg naar Amsterdam overgebracht. Op 3 oktober 1997 worden de beide locomotieven het terrein opgereden en gesloopt. Op 7 oktober 1997 komen de 1112 en 1148 aan in Amsterdam vanuit Tilburg, op 8 oktober 1997 gevolgd door de 1103 en 1158. Op 9 oktober 1997 worden de locomotieven op het terrein van de sloper neergezet. Als gevolg van een gebrek aan ruimte worden de vier locomotieven weer op het emplacement van de Radarweg geplaatst. Een dag later worden zij al weer op het terrein van de sloper neergezet. Op 17 oktober 1997 gaan de 1135 + 1220 van Tilburg naar Amsterdam. De twee locomotieven worden op 20 oktober 1997 het terrein opgereden. Op 21 oktober 1997 komen de 1138 + 1216 aan in Amsterdam vanuit Tilburg. Op 22 oktober 1997 sleept de 6483 de locomotieven 1159 en 1219 van Tilburg via Amersfoort naar Amsterdam Westhaven voor sloop. De in Blerick gestalde locomotieven 1104, 1106, 1153 en 1155 werden op 22 oktober 1997 naar buiten gereden en nagekeken voor vervoer naar Tilburg. Deze overbrenging vond op 27 oktober 1997 plaats. Op 4 november 1997 komen de 1106 + 1205 achter de 6454 aan in Amsterdam vanuit Tilburg. Zij blijven tot 10 november 1997 staan op het basisemplacement van de Westhaven. Op deze dag worden de locomotieven samen met de 1206 + 1212 het terrein van de sloper op gereden. Op 18 november 1997 komen de locomotieven 1104 + 1153 aan in Amsterdam vanuit Tilburg. Op 21 november 1997 komt de laatste te slopen locomotief van 1997 aan in Amsterdam vanuit Tilburg. Het is de 1155, die samen met de 1222 is overgebracht.


In 2002 besluit Railion de vijf locomotieven die in Breda staan te laten slopen. De locomotieven worden per dieplader vanuit Breda naar sloper Kroon in Wilnis overgebracht. Op 5 juni 2002 vertrok als eerste de 1117. De volgende dag, op 6 juni 2002, is de 1160 naar de sloper overgebracht. Op 7 juni 2002 vertrekt de 1149 uit Breda naar Wilnis. Na het weekend gaan de overbrengingen weer van start. Op 10 juni 2002 wordt de 1127 per dieplader naar Wilnis vervoerd. Als laatste vertrekt de 1147 per dieplader uit Breda naar de sloper in Wilnis. In 2003 worden de laatste locomotieven zonder museale status naar de sloper vervoerd. Het zijn de locomotieven 1110, 1113, 1115, 1132, 1142, 1144, 1152 uit Maastricht. Op 22 juli 2003 worden de locomotieven door de 663 van het emplacement in Maastricht naar Maastricht Beatrixhaven overgebracht. Hier worden zij op het spoor langs de Fregatweg geplaatst. Op 31 juli 2002 worden de locomotieven naar de Klippenweg gebracht, tegenover het terrein van sloper Dotremont. Op 8 augustus 2002 worden de locomotieven samen met 7 diesellocomotieven van de serie 2200 door een kraan van het spoor getild naar het terrein van de sloper. Als voorlopige laatste locomotief is op 28 oktober 2009 het karkas van locomotief 1111 gesloopt.


Museumlocomotieven

Van de 60 gebouwde locomotieven, zijn er in totaal 6 locomotieven bewaard gebleven. In 2009 werd echter locomotief 1111 gesloopt, zodat er in totaal 5 locomotieven resteren.


Op 30 maart 2001 wordt de 1122 van de Watergraafsmeer naar het terrein van Corus in Beverwijk overgebracht. De locomotief zou geplaatst gaan worden bij het station van de Corus Stoomclub. Railion heeft in 2002 de locomotief echter weer opgehaald als gevolg van problemen bij de Corus Stoomclub. De locomotief is op het eigen terrein bij Corus in Beverwijk neer gezet. Hier werden al snel enkele onderdelen uit de locomotief gehaald. Hierop werd besloten om de deuren van de locomotief dicht te lassen. De locomotief blijft tot 7 augustus 2003 in Beverwijk, alvorens overgedragen te worden aan Stichting Klassieke Locomotieven.

  • Spoorwegmuseum

Het Spoorwegmuseum in Utrecht had drie locomotieven in de collectie, de 1107, 1111 en 1125. De 1111 diende als onderdelenleverancier voor de twee andere locomotieven en is in 2009 gesloopt.

1107

Na als een van de laatste locomotieven die werd afgevoerd, werd de 1107 toegevoegd aan de collectie van het Nederlands Spoorwegmuseum. De locomotief zal in het museum tentoongesteld gaan worden in de het uiterlijk zoals deze buiten dienst is gegaan. Mogelijk zal de locomotief rijvaardig worden hersteld. Daartoe heeft de locomotief de draaistellen van de 1111 ontvangen, daar deze voorzien zijn van ATB fase 4 apparatuur. De draaistellen van de 1107 gaan naar de 1125. Op 14 maart 2000 vond de overdracht van de locomotief plaats. Op 26 augustus 2001 is de 1107 uit Maastricht naar Blerick overgebracht door de 1202.

1111

De 1111 werd als pluklocomotief aan de collectie van het Spoorwegmuseum toegevoegd. De locomotief heeft onder andere zijn draaistellen met tractiemotoren afgestaan. De draaistellen zullen onder de 1107 geplaatst gaan worden. Op 14 maart 2000 vond de overdracht van de locomotief plaats. Op 18 juli 2001 is de locomotief door de 1202 van Tilburg naar de Watergraafsmeer overgebracht. Op 26 augustus 2001 is de 1111 samen met de 2352 door de 1202 van de Watergraafsmeer naar Sittard overgebracht. De 1202 ging via Kerkrade naar Maastricht om de 1107 op te pikken. In Sittard werden de 1111 en 2352 aangekoppeld en naar Blerick gereden. Hier worden de locomotieven opgeborgen. Nadat de locomotief in Blerick van alle nog te gebruiken onderdelen ontdaan was, is de locomotief op 28 oktober 2009 naar de sloper afgevoerd. De onttakelde cabines van de locomotief zijn bewaard gebleven bij de sloper als blikvanger.

1125

De eerste locomotief die de museumstatus kreeg, was de 1125. Deze werd op 15 juli 1987 in Tilburg binnen genomen om weer terug verbouwd te worden naar de afleveringstoestand. Dit in verband met het 150 jarig jubileum van de spoorwegen in Nederland in 1989. De locomotief werd ontdaan van de voorzetneuzen en tractiemotoren. De locomotief werd voorzien van de nummerplaten en nummerschilden van de 1122. Dit doordat men in Tilburg deze had veilig gesteld met het oog op het ooit terug verbouwen van de echte 1122. De locomotief staat zo jarenlang in het museum. Tijdens de verbouwing van het museum gaat de 1125 op september 2003 naar Blerick. Na de verbouwing van het museum keert de locomotief op 2005 terug naar Utrecht. In 2008 valt de beslissing om de locomotief rijvaardig te maken. De locomotief krijgt daarbij ook zijn eigen nummer weer terug. In 2010 is een begin gemaakt met het weer rijvaardig maken van deze locomotief. Hierbij zal de locomotief de draaistellen en tractie motoren van de 1107 krijgen. Deze zullen ook in Blerick onder de locomotief geplaatst gaan worden. Ook pluklocomotief 1111 zal onderdelen leveren voor het rijvaardig maken van de 1125. Op 16 april 2013 is de locomotief naar de Zaanstraat gebracht door de mP 3031 voor werkzaamheden die niet in het museum of in Blerick kunnen worden uitgevoerd. Zo krijgt de locomotief in de Zaanstraat de gereviseerde draaistellen en tractiemotoren uit de 1107 en wordt de locomotief rijvaardig gemaakt. De locomotief wordt ook voorzien van ATB-vv. De locomotief krijgt ook nieuwe nummerplaten, waarbij het zijn eigen nummer 1125 terugkrijgt. Op 13 februari 2016 rijdt de locomotief voor het eerst op eigen kracht bij de werkplaats. Op 14 februari 2016 is de 1125 door mP 3031 van de Zaanstraat via de Watergraafsmeer naar het Spoorwegmuseum overgebracht. Op 18 juni 2019 wordt door IL&T de locomotief weer toegelaten voor het spoor, ondanks dat de locomotief nog niet rijvaardig is. Een aantal werkzaamheden moeten nog worden uitgevoerd voordat de locomotief weer rijvaardig is. Een nieuwe toelating was nodig omdat de locomotief na afvoer ontdaan is van ATB-apparatuur en pas in 2015 weer is voorzien van ATB. Hierdoor waren er geen betrouwbare parameters beschikbaar voor de nieuwe ATB.


  • Stichting Klassieke Locomotieven

De Werkgroep 1501/Stichting Klassieke Locomotieven te Den Haag heeft de beschikking over de 1122.

1122

De echte 1122 is ook bewaard en heeft onderdak gevonden bij de stichting Klassieke Locomotieven. De locomotief is niet rijvaardig en dient sinds 2010 als energie leverancier voor rijtuigen van EETC op de Watergraafsmeer. In juni 2013 is de locomotief van deze taak ontheven om noodzakelijke werkzaamheden te ondergaan.

Op 7 augustus 2003 wordt de locomotief in Beverwijk opgehaald door de Sleepdienst Watergraafsmeer. Op de Watergraafsmeer wordt de locomotief nagekeken. Door de 1501 wordt de locomotief later op de dag naar de Kijfhoek overgebracht. Op 22 november 2003 is de locomotief officieel overgedragen.

In de winter van 2014/2015 is de locomotief geïnspecteerd en daarbij bleek dat de locomotief in een redelijk goede conditie verkeerd. Hierop is besloten om de locomotief door de Werkgroep prioriteit te geven en deze rijvaardig op te knappen. De locomotief zal hierbij de botsneus en zijn geelgrijze uiterlijk behouden. In februari 2016 wordt bekend dat de locomotief op termijn naar Blerick gaat om gestald te worden. Het rijvaardig opknappen is op de lange baan geschoven. Het dak zal wel hersteld gaan worden van slechte plaatsen. In maart 2017 wordt bekend dat de locomotief van de Watergraafsmeer overgebracht zal worden naar een andere locatie waar de locomotief mogelijk een cascorevisie kan ondergaan. Op 9 november 2017 wordt bekend dat de locomotief van de Watergraafsmeer naar Blerick overgebracht zal worden. Om over het spoor vervoerd te kunnen worden, moet de locomotief ingeschreven staan in het Nationaal Voertuig Register. Dit gebeurd door Fairtrains. Op 8 november 2017 wordt de locomotief gekeurd. Op 14 december 2017 wordt de locomotief samen met de 1218 + 1252 + 1254 + 1255 van de Watergraafsmeer naar Amersfoort overgebracht door de 1831 + 6702 van Rail Force One. De locomotieven worden in Amersfoort geparkeerd in afwachting van de overbrenging naar Blerick. In de nacht van 15 op 16 juni 2018 is de 1122 tussen de locomotieven 1828 en 1831 vanuit Amersfoort naar de Kijfhoek overgebracht. Op 29 juni 2018 is de locomotief achterop een containertrein naar de Waalhaven gebracht. Met een diesellocomotief is de 1122 bij Shunter afgeleverd. Hier zal de locomotief worden ontdaan van tractiemotoren. Deze zullen na revisie worden gebruikt om de 1304 weer rijvaardig te maken. In november 2018 worden de gereviseerde tractiemotoren in de 1304 gebouwd. Op 9 december 2018 wordt de 1122 door de 1304 naar Blerick gesleept, waar de 1122 voorlopig gestald zal gaan worden. Op 25 en 26 mei 2019 is de locomotief te zien met de 1315 en 1501 tijdens het Rail & Road event in Blerick.


  • Stoomtrein Goes Borssele

De Stoomtrein Goes Borssele in Goes heeft de beschikking over twee locomotieven, de 1136 en 1145. De eerste keus was gevallen op de 1142 en 1144. De 1136 en 1145 bleken echter in betere conditie te verkeren. Op 1 juli 2003 zijn de 1142 + 1144 van de Kijfhoek naar Maastricht overgebracht, waarna de 1136 + 1145 werden opgehaald.

1136

Op 1 juli 2003 wordt de locomotief in Maastricht opgehaald door de 1847. De locomotief wordt samen met de 1145 naar de Watergraafsmeer overgebracht. Op 11 januari 2006 is de 1136 samen met de 1145 van de Watergraafsmeer overgebracht naar Goes. Daar zijn ze gestald bij de Stoomtrein Goes-Borssele. Op 16 mei 2009 was de locomotief aanwezig op de manifestatie Trainz 2009 in Alkmaar. Op dit moment zijn er nog geen plannen voor reactivering van deze locomotief.

1145

Op 1 juli 2003 wordt de locomotief in Maastricht opgehaald door de 1847. De locomotief wordt samen met de 1145 naar de Watergraafsmeer overgebracht. Op 11 januari 2006 is de 1145 samen met de 1136 van de Watergraafsmeer overgebracht naar Goes. Daar zijn ze gestald bij de Stoomtrein Goes-Borssele. Op dit moment zijn er nog geen plannen voor reactivering van deze locomotief. In de zomer van 2014 wordt de locomotief verkocht. De locomotief zal Berlijns blauw worden geschilderd en als monument worden geplaatst bij de voormalige hoofdwerkplaats van Tilburg.


Afleverdata

Nummer Aflevering In dienst In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H3) Uit revisie (H3) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H3) Uit revisie (H3) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H3) Uit revisie (H3) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2B) Uit revisie (H2B) In revisie (H2C) Uit revisie (H2C) Terzijde Sloop(rit)
1101 3 juli 1950 5 juli 1950 december 1969 13 oktober 1972 20 augustus 1976 24 september 1976 8 januari 1980 1 april 1980 21 juli 1986 13 oktober 1986 13 oktober 1994 23 januari 1995 13 juni 1996 27 augustus 1997
1102 11 september 1950 13 september 1950 10 januari 1972 2 februari 1972 26 februari 1975 22 april 1975 september 1982 december 1982 25 november 1985 13 februari 1986 17 november 1989 22 januari 1990 n.v.t. n.v.t. 23 mei 1993 3 oktober 1997
1103 30 oktober 1950 31 oktober 1950 12 april 1972 17 mei 1972 8 maart 1976 5 mei 1976 10 maart 1986 28 mei 1986 n.v.t. n.v.t. 26 juni 1994 8 oktober 1997
1104 20 november 1950 22 november 1950 28 februari 1972 20 maart 1972 11 augustus 1975 24 september 1975 14 augustus 1985 8 november 1985 29 mei 1989 11 augustus 1989 n.v.t. n.v.t. 23 mei 1993 18 november 1997
1105 18 december 1950 20 december 1950 mei 1970 10 juli 1970 14 mei 1974 21 juni 1974 13 maart 1978 14 januari 1985 19 april 1985 20 maart 1989 24 juli 1989 n.v.t. n.v.t. 26 juni 1994 24 september 1997
1106 15 januari 1951 19 januari 1951 7 november 1972 6 december 1972 16 november 1976 16 december 1976 15 juni 1987 n.v.t. n.v.t. 21 maart 1993 4 november 1997
1107 24 januari 1951 1 februari 1951 oktober 1970 23 december 1970 20 augustus 1974 20 september 1974 11 februari 1985 17 juni 1985 10 augustus 1989 oktober 1989 7 juni 1993 18 augustus 1993 14 april 1999 N.v.t. (NSM)
1108 24 januari 1951 27 januari 1951 september 1970 2 januari 1974 1 februari 1974 1 december 1977 januari 1978 12 april 1985 2 januari 1989 16 maart 1989 15 oktober 1993 2 december 1993 3 april 1997 27 augustus 1997
1109 29 januari 1951 5 februari 1951 31 januari 1972 24 februari 1972 3 november 1975 8 december 1975 5 juni 1985 8 februari 1990 n.v.t. n.v.t. 23 mei 1993 9 september 1997
1110 5 februari 1951 8 februari 1951 mei 1954 15 maart 1973 11 april 1973 31 januari 1977 14 maart 1977 31 juli 1987 17 september 1987 11 februari 1992 15 april 1992 11 september 1998 8 augustus 2003
1111 7 februari 1951 12 februari 1951 augustus 1970 november 1970 15 juni 1972 23 oktober 1972 2 augustus 1976 27 augustus 1976 3 maart 1988 21 juli 1992 24 september 1992 mei 1998 28 oktober 2009
1112 19 februari 1951 24 februari 1951 8 september 1952 23 september 1952 12 maart 1954 7 april 1954 28 juni 1956 16 juli 1956 3 maart 1959 6 april 1959 13 november 1961 13 december 1961 25 maart 1965 14 april 1965 17 oktober 1968 22 november 1968 5 oktober 1971 10 november 1971 29 januari 1975 4 maart 1975 14 april 1980 9 juni 1980 30 december 1982 11 maart 1983 22 april 1986 16 juli 1986 6 juli 1990 n.v.t. n.v.t. 26 juni 1994 7 oktober 1997
1113 27 februari 1951 5 maart 1951 19 januari 1971 22 februari 1971 26 maart 1974 27 januari 1978 9 maart 1988 9 juni 1988 10 maart 1992 22 mei 1992 2 juni 1998 31 juli 2003
1114 12 maart 1951 15 maart 1951 20 april 1971 9 september 1974 2 oktober 1974 26 juni 1978 4 januari 1985 13 oktober 1988 21 december 1988 31 augustus 1992 16 november 1992 n.v.t. n.v.t. 2 september 1996 24 september 1997
1115 4 april 1951 9 april 1951 6 juli 1970 augustus 1970 3 september 1973 8 oktober 1973 18 februari 1977 30 maart 1977 16 september 1983 3 maart 1987 23 april 1987 6 december 1991 10 februari 1992 29 maart 1996 7 mei 1996 8 maart 1999 31 juli 2003
1116 20 maart 1951 2 april 1951 september 1961 15 juli 1970 september 1970 25 oktober 1973 16 november 1973 28 september 1977 2 oktober 1987 22 december 1987 27 januari 1992 5 maart 1992 13 januari 1997 24 september 1997
1117 2 april 1951 5 april 1951 9 augustus 1971 23 september 1971 25 februari 1975 16 april 1975 september 1979 30 oktober 1979 29 oktober 1985 7 februari 1986 4 mei 1990 29 juni 1990 4 september 1995 20 oktober 1995 25 mei 1998 5 juni 2002
1118 4 april 1951 12 april 1951 15 november 1971 17 december 1971 26 mei 1975 30 juni 1975 8 oktober 1979 6 december 1979 september 1982 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 2 december 1985 december 1989
1119 16 april 1951 19 april 1951 5 april 1972 4 mei 1972 26 april 1976 2 juli 1976 10 december 1979 7 februari 1980 14 mei 1986 18 juli 1986 12 maart 1990 23 mei 1990 n.v.t. n.v.t. 27 maart 1995 14 september 1997
1120 23 april 1951 28 april 1951 27 november 1972 22 januari 1973 15 oktober 1976 n.v.t. n.v.t. 13 februari 1987 5 oktober 1992
1121 1 mei 1951 5 mei 1951 24 juli 1972 29 augustus 1972 30 juli 1976 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 29 september 1986 april 1988
1122 4 juni 1951 7 juni 1951 13 oktober 1952 24 oktober 1952 1 maart 1954 19 maart 1954 23 maart 1956 25 april 1956 5 januari 1959 3 maart 1959 8 september 1961 5 oktober 1961 29 oktober 1964 26 november 1964 7 mei 1968 21 mei 1968 5 juli 1971 18 augustus 1971 19 november 1974 19 februari 1974 21 augustus 1978 22 september 1978 2 november 1981 20 januari 1982 11 februari 1985 23 april 1985 10 juli 1989 5 oktober 1989 4 augustus 1993 23 september 1993 31 januari 1999 n.v.t. (Stichting Klassieke Locomotieven)
1123 16 juni 1951 21 juni 1951 22 september 1971 22 oktober 1971 3 juni 1975 31 juli 1975 12 september 1979 27 september 1985 20 december 1985 9 maart 1990 n.v.t. n.v.t. 23 mei 1993 9 september 1997
1124 2 juli 1951 5 juli 1951 22 juni 1971 13 juli 1971 16 december 1974 10 februari 1975 21 februari 1985 22 mei 1985 17 april 1989 17 juli 1989 16 november 1992 11 januari 1993 n.v.t. n.v.t. 4 juni 1996 23 september 1997
1125 23 juli 1951 26 juli 1951 2 juni 1970 26 juni 1970 9 april 1973 28 mei 1973 11 januari 1977 17 februari 1977 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 27 september 1987 n.v.t. (NSM)
1126 21 augustus 1951 25 augustus 1951 8 maart 1972 24 april 1972 22 augustus 1975 3 oktober 1975 2 oktober 1979 14 november 1979 september 1982 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 22 augustus 1985 december 1989
1127 3 september 1951 7 september 1951 13 mei 1971 29 juni 1971 23 juli 1974 28 augustus 1974 10 juli 1978 21 augustus 1978 22 augustus 1988 15 januari 1993 9 maart 1993 30 maart 1998 10 juni 2002
1128 september 1951 september 1951 september 1970 20 oktober 1970 30 juli 1973 14 september 1973 22 juni 1977 19 augustus 1977 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 27 september 1987 april 1988
1129 2 oktober 1951 5 oktober 1951 augustus 1970 september 1970 31 oktober 1973 14 december 1973 27 juli 1977 31 augustus 1977 21 juli 1988 10 november 1988 n.v.t. n.v.t. 17 januari 1993
1130 1 mei 1951 12 mei 1951 27 december 1971 20 januari 1972 6 oktober 1975 28 november 1975 5 november 1979 21 december 1979 3 februari 1986 1 mei 1986 4 januari 1990 19 maart 1990 n.v.t. n.v.t. 23 mei 1993 9 september 1997
1131 8 oktober 1951 11 oktober 1951 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 8 januari 1962 januari 1962
1132 9 oktober 1951 13 oktober 1951 september 1970 oktober 1970 17 september 1973 6 november 1973 6 juni 1977 15 juli 1977 7 juli 1988 (H3) 25 oktober 1988 3 juni 1992 20 augustus 1992 januari 1999 31 juli 2003
1133 oktober 1951 oktober 1951 2 mei 1972 13 juni 1972 17 mei 1976 22 juni 1976 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 28 september 1986 22 juni 1987
1134 29 oktober 1951 31 oktober 1951 7 juni 1972 30 juni 1972 17 februari 1976 5 april 1976 9 januari 1980 24 februari 1980 29 oktober 1986 13 januari 1987 4 november 1990 17 januari 1991 27 maart 1995 10 september 1997
1135 7 november 1951 12 november 1951 september 1969 26 september 1972 18 oktober 1976 15 november 1976 19 november 1979 21 januari 1980 7 januari 1986 april 1986 8 juni 1990 n.v.t. n.v.t. 26 juni 1994 17 oktober 1997
1136 20 november 1951 22 november 1951 10 augustus 1953 22 augustus 1953 4 maart 1955 24 maart 1955 15 februari 1957 28 februari 1957 5 juni 1959 (H2) 24 juni 1959 (H2) 10 januari 1962 (H3) 22 februari 1962 (H3) 3 mei 1965 21 mei 1965 23 januari 1968 2 april 1968 6 september 1971 (H2) 12 oktober 1971 (H2) 2 april 1975 (H3) 5 juni 1975 (H3) 15 februari 1979 24 april 1979 22 december 1981 (H2) 29 januari 1982 (H2) 28 mei 1985 2 augustus 1985 11 oktober 1989 22 december 1989 19 januari 1994 10 maart 1994 7 mei 1999 n.v.t. (SGB)
1137 1951 1951 30 oktober 1972 14 december 1972 1 november 1976 19 januari 1987 10 april 1987 n.v.t. n.v.t. 1 september 1991 2 oktober 1992
1138 11 december 1951 13 december 1951 20 juni 1972 24 juli 1972 27 februari 1976 28 april 1976 september 1979 9 oktober 1979 9 september 1985 9 december 1985 21 maart 1990 31 mei 1990 n.v.t. n.v.t. 26 juni 1994 21 oktober 1997
1139 december 1951 december 1951 april 1970 mei 1970 21 maart 1973 22 mei 1973 15 maart 1977 8 april 1977 30 januari 1987 16 april 1987 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 26 november 1991 6 oktober 1992
1140 januari 1952 januari 1952 26 oktober 1970 november 1970 19 november 1973 14 januari 1974 9 december 1976 2 februari 1977 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 28 september 1986 juli 1987
1141 januari 1952 januari 1952 7 december 1971 4 januari 1972 16 april 1975 17 juni 1975 5 augustus 1985 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 10 oktober 1986 15 oktober 1986
1142 28 januari 1952 30 januari 1952 13 november 1970 9 december 1970 8 februari 1974 27 maart 1974 7 december 1977 februari 1978 1 december 1988 18 juli 1989 1 juni 1993 19 juli 1993 december 1998 31 juli 2003
1143 februari 1952 februari 1952 april 1970 5 februari 1973 23 maart 1973 29 maart 1977 2 mei 1977 3 april 1987 2 juli 1987 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1 september 1991 7 oktober 1992
1144 10 maart 1952 13 maart 1952 24 april 1970 mei 1970 7 maart 1973 19 april 1973 29 november 1976 28 december 1976 1 juni 1987 10 augustus 1987 11 september 1991 14 november 1991 3 juni 1996 4 juli 1996 29 januari 1999 31 juli 2003
1145 7 april 1952 9 april 1952 maart 1970 9 januari 1973 19 februari 1973 28 december 1976 27 januari 1977 maart 1984 28 september 1987 15 december 1987 7 september 1993 26 oktober 1993 15 februari 1999 n.v.t. (SGB)
1146 15 oktober 1952 23 december 1952 24 januari 1972 18 februari 1972 30 december 1975 25 februari 1976 11 september 1986 28 november 1986 n.v.t. n.v.t. 1 september 1991 oktober 1992
1147 3 oktober 1952 17 oktober 1952 maart 1970 3 juli 1973 23 augustus 1973 11 mei 1977 20 juni 1977 4 augustus 1987 29 oktober 1987 21 november 1991 23 januari 1992 14 april 1998 11 juni 2002
1148 21 juli 1952 23 juli 1952 9 april 1971 7 mei 1971 6 juni 1974 2 augustus 1974 21 juni 1978 24 juli 1978 30 oktober 1987 4 februari 1988 19 mei 1992 30 juli 1992 n.v.t n.v.t. 4 juni 1996 7 oktober 1997
1149 3 juni 1952 5 juni 1952 5 april 1971 20 februari 1974 26 april 1974 14 november 1977 december 1977 6 januari 1988 1 april 1988 13 april 1992 25 juni 1992 22 mei 1997 7 juni 2002
1150 6 mei 1952 9 mei 1952 maart 1970 4 juni 1973 28 juni 1973 20 april 1977 15 juni 1977 29 september 1987 8 december 1987 n.v.t. n.v.t. 3 juni 1991 20 september 1991
1151 21 november 1955 29 november 1955 5 februari 1971 2 maart 1971 25 april 1974 20 juni 1974 30 december 1977 februari 1978 8 november 1988 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t 7 augustus 1992 14 januari 1993
1152 8 december 1955 12 december 1955 december 1969 13 november 1972 22 december 1972 21 september 1976 29 oktober 1976 april 1980 9 mei 1980 5 januari 1987 8 mei 1987 19 februari 1991 4 april 1991 13 oktober 1995 27 februari 1996 november 1998 31 juli 2003
1153 31 december 1955 4 januari 1956 september 1970 9 oktober 1970 24 januari 1974 14 oktober 1977 november 1977 3 oktober 1988 6 december 1988 n.v.t. n.v.t. 21 maart 1993 18 november 1997
1154 16 januari 1956 18 januari 1956 11 december 1970 24 december 1970 16 april 1974 27 mei 1974 20 februari 1978 17 april 1978 30 december 1987 1 maart 1988 n.v.t. n.v.t. 30 december 1992 3 oktober 1997
1155 30 januari 1956 1 februari 1956 20 april 1971 14 mei 1971 25 september 1974 31 oktober 1974 19 maart 1985 24 juni 1985 31 januari 1989 10 april 1989 n.v.t. n.v.t. 30 december 1992 21 november 1997
1156 12 maart 1956 20 maart 1956 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 4 juni 1961 juni 1961
1157 4 april 1956 7 april 1956 22 februari 1971 11 juni 1974 19 juli 1974 29 januari 1985 14 maart 1985 9 november 1988 2 februari 1989 n.v.t. n.v.t. 30 december 1992 10 september 1997
1158 7 mei 1956 11 mei 1956 23 november 1971 29 augustus 1975 18 maart 1985 14 juni 1985 9 augustus 1989 13 november 1989 n.v.t. n.v.t. 25 mei 1993 8 oktober 1997
1159 2 juni 1956 6 juni 1956 14 december 1970 31 maart 1971 16 mei 1974 juli 1974 3 april 1978 19 juni 1978 24 oktober 1988 n.v.t. n.v.t. 17 januari 1993 22 oktober 1997
1160 5 juli 1956 11 juli 1956 10 mei 1971 3 juni 1971 21 oktober 1974 17 januari 1975 augustus 1981 2 november 1981 7 mei 1985 12 juli 1985 15 februari 1989 1 juni 1989 22 februari 1993 20 april 1993 17 juni 1997 6 juni 2002


Bronnen, Referenties en/of Voetnoten

  • Winterdienst 1993/1994 NS-serie 1100 - E. van Werkhoven - Maandblad: Railmagazine, 16e Jaargang - mei 1994 nummer 114 Blz: 17-19 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489
  • Elektrische locomotieven serie 1100; Het dansende manusje-van-alles bij de NS - M. van Oostrom - Maandblad: Railmagazine, 19e Jaargang - januari 1997 nummer 141 Blz: 27-35 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489