Coupérijtuigen C12c

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Ter vervanging van een grote serie houten rijtuigen en de modernisatie van het materieelpark, bestelde de NS in 1929 70 coupérijtuigen derde klas. In 1932 werden 15 rijtuigen bij besteld.

Geschiedenis

In 1928 wilde de NS de treinen tussen Rotterdam Delftsche Poort, Den Haag Staatsspoor en Amsterdam Centraal naar Enschede, Groningen en Leeuwarden gaan moderniseren. Hiervoor werd nieuw materieel besteld bij de diverse leveranciers. De nieuwe rijtuigen zouden aparte rijtuigen moeten gaan worden voor eerste, tweede en derde klas. Er volgde echter een verschuiving van reizigers tweede klas naar de derde klas. Hierop werd besloten om de eerste en tweede klas rijtuigen te combineren tot AB rijtuigen. Dit werden de AB rijtuigen 7521 - 7555. De derde klas rijtuigen worden als coupé rijtuigen met 12 afdelingen uitgevoerd. Tussen 1930 en 1931 worden 70 rijtuigen afgeleverd, welke door Beijnes (C12c 64 - C12c 64), Hawa (C12c 64 - C12c 64) en Werkspoor (C12c 64 - C12c 64) zijn geleverd. In 1933 werden door Beijnes nog eens 15 rijtuigen (C12c 6471 - C12c 6485) afgeleverd. Deze laatste rijtuigen zijn elektrisch gelast in plaats van geklonken. Deze rijtuigen zijn ongeveer 20% lichter dan de eerder afgeleverde rijtuigen. Deze rijtuigen zijn ook voorzien van een beperkt RIC teken voor Duitsland, België en Elzas-Lotharingen.


Technische gegevens

De rijtuigen hebben een lengte van 21,8 meter en een gewicht van 50 ton (C12c 6401 - C12c 6470). De rijtuigen C12c 6471 - C12c 6485 hebben een gewicht van 41 ton, doordat zij elektrisch gelast zijn in plaats van geklonken. De hoogte is 3,375 meter en de rijtuigen zijn 2,75 meter breed. De rijtuigen beschikken elk over 98 zitplaatsen derde klas. De rijtuigen zijn toegelaten voor een maximum snelheid van


Uitvoering

De rijtuigen C12c 6401 - C12c 6470 zijn geklonken, terwijl de rijtuigen C12c 6471 - C12c 6485 zijn volledig gelast zijn. Van de gelaste rijtuigen zijn de rijtuigbak en het onderstel zijn als een geheel uitgevoerd en vast gelast in plaats van geklonken. Hierdoor wordt een stijf geheel verkregen, dat ook zelfdragend is. De zijpanelen en de dakplaten zijn onderling verbonden met doorlopende lassen. Door deze constructie is een aanzienlijke gewichtsbesparing gerealiseerd. Deze constructie wijkt af ten opzichte van de geklonken rijtuigen, omdat deze De apparaten onder de rijtuigbak zijn slechts beschermd door een doorlopende treeplank onder de stelbalk. De rijtuigen zijn niet voorzien van vouwbalgen om reizigers gemakkelijk van het ene naar het andere rijtuig te laten lopen. Aan de bovenzijde van de buffers zijn de sluitseinijzers geplaatst. De rijtuigen zijn gebaseerd op de oude coupérijtuigen van de HSM (C11c) en SS (C10c). In afwijking op deze rijtuigen zijn de C12c rijtuigen voorzien van een middengang. De rijtuigen zijn niet voorzien van vouwbalgen. In het midden is het rijtuig voorzien van twee toiletten. Aan weerszijden van de toiletten bevinden zich zes coupés. De zes coupés zijn verdeeld in drie afdelingen. De afdelingen worden van elkaar gescheiden door dwarsschotten met schuifdeuren. In elke afdeling zijn banken geplaatst met elk twee zitplaatsen. De banken aan de kopeinden bevatten elk 5 zitplaatsen. De banken zijn van teakhout en de armleuningen, hoofdleuningen en oorkussens zijn voorzien van kunstleer. Onder de banken is een geperforeerde plaat aangebracht om te voorkomen dat er rommel onder de banken gegooid kunnen worden. De helft van het rijtuig is geschikt voor rokers en de andere helft voor niet rokers. Van elke twee compartimenten is een compartiment voorzien van een klapdeur en het andere compartiment is voorzien van een breed schuifraam.

De vloer van de rijtuigen bestaat uit Hierop was aangebracht als vloerbedekking.

De rijtuigen kunnen verwarmd worden door middel van stoom. De stoom wordt door de stoomleiding vanaf de stoomlocomotief het rijtuig ingeblazen. Vanaf 19 worden de rijtuigen gewijzigd om ook elektrisch verwarmd te kunnen worden.

Bij de aflevering van de rijtuigen zijn zij donkergroen geschilderd. Het dak is in een lichte kleur grijs geschilderd en de schortplaten zijn donkergrijs. Vanaf 1939 werden de daken in een donkere kleur geschilderd, om zo minder op te vallen vanuit de lucht. Halverwege de jaren ’50 werd de donkergroene kleur vervangen door het Berlijns blauw met gele biezen en een donkergrijs dak. De klasse aanduidingen zijn zwart met daarop in het wit de aangegeven klasse.

De draaistellen waren van het type Van de rijtuigen C12c 6401 - C12c 6470 zijn de draaistellen geklonken. Van de rijtuigen C12c 6471 - C12c 6485 zijn de draaistellen ook elektrisch gelast. De aspotten zijn voorzien van rollagers. De draaistelcode van de draaistellen is .


Inzet

De rijtuigen worden na hun indienststelling ingezet in de sneltreinen van Den Haag Staatsspoor/Rotterdam Maas/Amsterdam naar Groningen. Vanuit Amsterdam worden de rijtuigen ook ingezet in de sneltreinen naar Maastricht. In deze treinen rijden de rijtuigen samen met de rijtuigen uit de serie ABd 7521 en een bagagerijtuig uit de serie D 6061. Ook worden de rijtuigen gebruikt als versterkingsrijtuigen in deze treinen. De rijtuigen zijn ook te zien in de snelle treinen tussen Rotterdam Delftsche Poort en Heerlen. Vanuit Den Haag Hollands Spoor worden de rijtuigen ook ingezet in de sneltreinen naar Düsseldorf/Wuppertal. De rijtuigen rijden echter maar mee tot Venlo. De rijtuigen rijden ook mee in treinen, waarin nog houten rijtuigen rijden. De rijtuigen zijn aan te treffen in de treinen tussen Leewarden via Zwolle, ’s Hertogenbosch en Roosendaal naar Vlissingen. Roosendaal wordt ook bereikt door treinen vanuit Rotterdam Delftsche Poort en Amsterdam Centraal. Vanuit Amsterdam Centraal wordt Nijmegen bereikt via Amersfoort en Kesteren.


In de Tweede Wereldoorlog worden diverse rijtuigen weggevoerd naar het oosten. Met de resterende rijtuigen wordt de dienstregeling zo goed als dat gaat gereden.

Na de Tweede Wereldoorlog wordt het spoorwegnet weer opnieuw opgebouwd. De nog resterende rijtuigen worden gecombineerd met ovalen ramen rijtuigen serie AB 7201 of met houten rijtuigen uit de serie AB 7501.


In de jaren ’50 worden de rijtuigen ingezet op minder belangrijke lijnen. Hier rijden de rijtuigen samen met een bagagerijtuig DIV en een rijtuig uit de serie AB 7201 of C 7201. De tractie wordt geleverd door een diesellocomotief serie 2200 of 2600. Deze laatste locomotieven rijden tussen Eindhoven en Venlo.


In de jaren ’60 wordt het inzetgebied nog meer verkleind en komt een groot deel op reserve te staan. De rijtuigen worden alleen nog maar ingezet in spitstreinen en militaire verlofgangerstreinen. In 1966 rijden de rijtuigen voor het laatst en worden afgevoerd. De tot rongenwagens verbouwde rijtuigen doen nog tot uiterlijk 1981 dienst.


Revisie

Bijzondere uitvoeringen

Wijzigingen

  • Bij tien rijtuigen werden in 1939 de zittingen en rugkussens gevuld met paardenhaar en overtrokken met kunstleer. Op deze manier werd het zitcomfort van de rijtuigen verbeter.
  • Naast de tien rijtuigen die een vulling kregen van paardenhaar, werden bij 41 rijtuigen de kussens gevuld met rubber.
  • Een aantal rijtuigen zijn aan het eind van de jaren ’30 aangepast om voorzien te worden van een vouwbalg. Zo werden aan de kopzijden deuren aangebracht en werd de middelste zitplaats van de lange bank verwijderd. De vouwbalgen zijn uiteindelijk niet aangebracht, gezien de hoge kosten die waren verbonden aan de ombouw. Ook speelde mee dat de rijtuigen niet internationaal werden ingezet vanwege het ontbreken van een middengang.
  • Als gevolg van een tekort aan tweede klas rijtuigen, rijden er vanaf 19 enkele coupérijtuigen als tweede klas rijtuig.
  • In 1956 worden de rijtuigen opgewaardeerd en verandert de aanduiding van C12c naar B12c. De letter C voor het nummer wijzigde naar een B.


Verbouwing tot rongenwagen

Na hun afvoer in 1963, werden vier rijtuigen verbouwd bij de firma Jansen in Bergen op Zoom. De rijtuigbak werd verwijderd en het onderstel werd verstevigd en voorzien van rongen. De wagons zijn geschikt voor een draagvermogen van 18,5 ton. De rongenwagons werden onder gebracht bij de Dienst van Weg en Werken.

Nummer rongenwagen Nummer C12c Datum in Datum uit
173 393 B 6452
173 394 B 6412
173 395 B 6437
173 396 B 6432


Vernummeringen

In 1952 vind er een inventarisatie plaats van het nog aanwezige materieel. Door de Tweede Wereldoorlog is een deel van het materieelpark verloren gegaan. Om de ontstane gaten in de materieelnummering te dichten, worden de rijtuigen met de hoogste vernummerd naar het laagste, openstaande nummer. In 1956 wordt de benaming van de rijtuigen aangepast als gevolg van de Europese klasse wijziging. De benaming wordt nu B12c. Door deze wijziging verandert het voorvoegsel C naar B. Dit wordt ook op de rijtuigen aangebracht.

Nummer bij aflevering Nummer 1952 Nummer 1956 Opmerkingen
C 6401 n.v.t. B 6401 Klassewijziging
C 6402 n.v.t. B 6402 Klassewijziging
C 6403 n.v.t. B 6403 Klassewijziging
C 6404 n.v.t. B 6404 Klassewijziging
C 6405 n.v.t. B 6405 Klassewijziging
C 6406 n.v.t. B 6406 Klassewijziging
C 6407 n.v.t. B 6407 Klassewijziging
C 6408 n.v.t. B 6408 Klassewijziging
C 6409 n.v.t. B 6409 Klassewijziging
C 6410 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6411 n.v.t. B 6411 Klassewijziging
C 6412 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6413 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6414 n.v.t. B 6414 Klassewijziging
C 6415 n.v.t. n.v.t. Oorlogsschade
C 6416 n.v.t. B 6416 Klassewijziging
C 6417 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6418 n.v.t. B 6418 Klassewijziging
C 6419 n.v.t. B 6419 Klassewijziging
C 6420 n.v.t. B. 6420 Klassewijziging
C 6421 n.v.t. B 6421 Klassewijziging
C 6422 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6423 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6424
C 6425
C 6426 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6427
C 6428
C 6429
C 6430
C 6431
C 6432
C 6433 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6434
C 6435
C 6436
C 6437
C 6438
C 6439
C 6440
C 6441
C 6442
C 6443
C 6444
C 6445
C 6446
C 6447
C 6448
C 6449
C 6450
C 6451 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6452
C 6453
C 6454
C 6455
C 6456
C 6457
C 6458
C 6459
C 6460
C 6461
C 6462
C 6463
C 6464
C 6465 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6466
C 6467 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6468
C 6469
C 6470
C 6471 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6472 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6473
C 6474
C 6475
C 6476
C 6477
C 6478
C 6479 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6480 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II
C 6481
C 6482
C 6483
C 6484
C 6485 n.v.t. n.v.t. Vermist in WO II

De in Duitsland en Polen achter gebleven rijtuigen werden in 1956 ook vernummerd na de klasse aanpassing en in 1958 werden zij voorzien van een computernummer.

De vier rongenwagens zijn in 19 en in 19 vernummerd geweest en daarbij voorzien van computernummers.

Nummer bij aflevering Nieuw nummer Nieuw nummer
173 393
173 394
173 395
173 396


Schadegevallen

Afvoer

De eerste rijtuigen worden in 1940 afgevoerd als gevolg van oorlogsschade. Tussen 1946 en 1951 worden door de oorlog zwaar beschadigde rijtuigen afgevoerd. In 1951 worden tenslotte alle 16 nog vermiste rijtuigen op papier afgevoerd. Enkele van deze rijtuigen zijn echter nog wel aanwezig in Duitsland of Polen, maar zijn nooit teruggekeerd naar Nederland.

De seriematige afvoer begint in 1962, wanneer er 7 rijtuigen worden afgevoerd. In 1963 worden 25 rijtuigen afgevoerd. Vier van deze rijtuigen worden in 1965 verbouwd tot rongenwagen. In 1964 en 1965 worden tien rijtuigen afgevoerd. In 1966 gaan de laatste rijtuigen buiten dienst. Dit zijn er 21. De laatste rijtuigen die op rijden, zijn de .

Het in 1964 afgevoerde rijtuig B 6443 wordt op 196 overgebracht naar het terrein van de Centrale Markthallen aan de Haarlemmerweg in Amsterdam. In 1976 wordt het rijtuig verplaatst naar de lijnwerkplaats Amsterdam Zaanstraat. Hier zijn geen plannen met het rijtuig, zodat in het in 1978 wordt overgebracht naar de hulpwerkplaats Roosendaal. Het Spoorwegmuseum neemt het rijtuig op in zijn collectie. Het rijtuig wordt echter niet gerestaureerd en in 1983 volgt de sloop van het rijtuig. Het rijtuig B 6478 wordt in 1965 verkocht aan een speeltuin in Utrecht. Hier doet het dienst als onderkomen en wordt het rijtuig in diverse kleuren, zoals geel, oranje, bruin en blauw, geschilderd. Het rijtuig krijgt daarom al snel de bijnaam ‘Donald Duck’. In 1991 komt het rijtuig onder de hoede van STIBANS. Via de VSM en het Spoorwegmuseum komt het rijtuig uiteindelijk bij de SGB in Goes.


Gevolgen van de Tweede Wereldoorlog

Door oorlogsschade worden vier rijtuigen afgevoerd in 1940. Het zijn de C 6415, C6440, C 6456 en C 6468. De rijtuigen C 6428 en C6431 worden tussen 1946 en 1948 afgevoerd vanwege hun opgelopen schade in de oorlog.


Bombardementen



Afvoer naar het oosten

Van de in totaal 85 rijtuigen, zijn er naar het oosten afgevoerd. Hiervan zijn rijtuigen teruggekeerd, rijtuigen zijn afgevoerd als vermist en rijtuigen zijn gebruikt door de Duitse of Poolse spoorwegmaatschappijen. In Polen zijn de voormalige C 6412 en C 6417 verbouwd tot dienstwagens, waarbij het interieur geheel of gedeeltelijk werd verwijderd. In Tsjecho-Slowakije wordt in 1948 rijtuig C 6463 teruggevonden. Het rijtuig verkeerd in goede staat en is daar ingezet in de normale dienstregeling. Het rijtuig is daar genummerd als Ca 6463 en kort voor de terugkeer naar Nederland is het rijtuig zelfs gereviseerd.


Sloop

In 1983 wordt het laatste rijtuig van de serie gesloopt. Het is de voormalige C 6443, welke sinds 197 deel uit maakt van de collectie van het Spoorwegmuseum.


Museumrijtuigen

Van de 85 gebouwde rijtuigen, hebben twee rijtuigen een museale status gehouden. Rijtuig B 6443 is in 1983 gesloopt, zodat alleen het voormalige rijtuig C 6478 bewaard is gebleven.


  • Spoorwegmuseum

Het Spoorwegmuseum in Utrecht verwerft in 197 het voormalige rijtuig C 6443. In 1994 verwerft het museum het voormalige rijtuig C 6478. Beide rijtuigen zijn niet meer in het bezit van het Spoorwegmuseum.

C 6443

In 1978 verwerft het museum het rijtuig, nadat het rijtuig na zijn afvoer in 1964 twaalf jaar bij de Centrale Markthallen in Amsterdam heeft gestaan. Het rijtuig wordt op 1978 overgebracht van de lijnwerkplaats Amsterdam Zaanstraat naar de hulpwerkplaats in Roosendaal. Het rijtuig is in 1983 gesloopt.

C 6478

Het voormalige rijtuig C 6478 komt in 1994 bij het Spoorwegmuseum. Het neemt het rijtuig over van de STIBANS. Het rijtuig wordt op overgebracht naar Blerick. In april 2009 schenkt het Spoorwegmuseum aan de SGB in Goes. Op 10 april 2009 wordt het rijtuig op een dieplader overgebracht van Blerick naar Goes.


  • STIBANS

De STIBANS neemt het rijtuig B6478 in 1991 onder haar hoede.

C 6478

In 1991 spant de STIBANS zich in om het rijtuig te bewaren en weer rijvaardig te maken. Het rijtuig wordt donkergroen geschilderd en naar het terrein van de VSM in Apeldoorn overgebracht om conserverende werkzaamheden uit te laten voeren aan het rijtuig. Het rijtuig is echter niet voorzien van draaistellen. In 1994 gaat het rijtuig over naar het Spoorwegmuseum in Utrecht.


  • Stoomtrein Goes Borssele (SGB)

De SGB in Goes heeft de beschikking over een rijtuig, de voormalige C 6478. Dit rijtuig is via diverse omzwervingen bij de SGB terecht gekomen.


C 6478

In april 2009 schenkt het Utrechtse Spoorwegmuseum het rijtuig aan de SGB. Op 10 april 2009 wordt het rijtuig overgebracht van Blerick naar Goes.

Afleverdata

Nummer Aflevering In dienst Ter zijde Sloop(rit)
C 6401 1930 1966
C 6402 1930 1966
C 6403 1930 1966
C 6404 1930 1966
C 6405 1930 1963
C 6406 1930 1964
C 6407 1930 1964
C 6408 1930 1966
C 6409 1930 1964
C 6410 1930 1951 Vermist in WO II
C 6411 1930 1962
C 6412 1930 1951 Vermist in WO II
C 6413 1930 1951 Vermist in WO II
C 6414 1930 1966
C 6415 1930 1940
C 6416 1930 1966
C 6417 1930 1951 Vermist in WO II
C 6418 1930 1962
C 6419 1930 1963
C 6420 1930 1966
C 6421 1930 1965
C 6422 1930 1951 Vermist in WO II
C 6423 1930 1951 Vermist in WO II
C 6424 1930 1966
C 6425 1930 1965
C 6426 1930 1951 Vermist in WO II
C 6427 1930 1963
C 6428 1930 1946
C 6429 1930 1963
C 6430 1930 1962
C 6431 1930 1948
C 6432 1930 1981
C 6433 1930 1951 Vermist in WO II
C 6434 1930 1963
C 6435 1930 1965
C 6436 1930 1963
C 6437 1930 1976
C 6438 1930 1963
C 6439 1930 1962
C 6440 1930 1940
C 6441 1930 1963
C 6442 1930 1962
C 6443 1930 1964 1983
C 6444 1930 1966
C 6445 1930 1964
C 6446 1930 1963
C 6447 1930 1964
C 6448 1930 1963
C 6449 1930 1963
C 6450 1930 1963
C 6451 1931 1951 Vermist in WO II
C 6452 1931 1981
C 6453 1931 oktober 1966 maart 1967
C 6454 1931 1966
C 6455 1931 1963
C 6456 1931 1940
C 6457 1931 1962
C 6458 1931 1966
C 6459 1931 1962
C 6460 1931 1966
C 6461 1931 1963
C 6462 1931 1965
C 6463 1931 1966
C 6464 1931 1966
C 6465 1931 1951 Vermist in WO II
C 6466 1931 1966
C 6467 1931 1951 Vermist in WO II
C 6468 1931 1940
C 6469 1931 1979
C 6470 1931 1964
C 6471 1933 1951 Vermist in WO II
C 6472 1933 1951 Vermist in WO II
C 6473 1933 1966
C 6474 1933 1963
C 6475 1933 1963
C 6476 1933 1963
C 6477 1933 1966
C 6478 1933 1963 n.v.t. (SGB)
C 6479 1933 1951 Vermist in WO II
C 6480 1933 1951 Vermist in WO II
C 6481 1933 1963
C 6482 1933 1963
C 6483 1933 1966
C 6484 1933 1966
C 6485 1933 1951 Vermist in WO II