Elst

Uit Somda RailWiki
Versie door Taigagaai (overleg | bijdragen) op 5 nov 2020 om 17:05 (Geschiedenis.)
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Elst is een van de stations van de provincie Gelderland. De verkorting van het station is Est.

Geschiedenis

Met de aanleg van de spoorlijn tussen Arnhem en Nijmegen, wordt in 1878 een station aangelegd in Elst. In 1882 wordt het station aangesloten op de spoorlijn naar Geldermalsen. In 1885 wordt het aantal perronsporen uitgebreid tot 4, als gevolg van het drukker wordend treinverkeer. Twee sporen zijn voor het treinverkeer tussen Arnhem en Nijmegen. De twee andere sporen zijn voor de treinen van en naar Tiel. In 1892 wordt het emplacement aangepast. De aparte sporen voor de treinen in de richting van Nijmegen en Tiel komen te vervallen. In totaal blijven er drie perronsporen over. Er komen 13 sporen beschikbaar voor het rangeerstation dat in dat jaar wordt aangelegd. Aan de noordwestzijde van dit emplacement wordt een tweesporige locomotievenloods gebouwd. Er komt een draaischijf van 14,6 meter doorsnee en een waterreservoir. Rond 1924 wordt de draaischijf gesloopt. Aan de noordoostzijde van het vergrootte emplacement wordt een nieuw tractieterrein ingericht met een draaischijf van 20 meter doorsnee en enkele opstelsporen. Spoor 26 worden locomotieven opgesteld en verzorgd. Naast dit spoor is een waterkraan neer gezet. Rond 1928 wordt de locomotievenloods gesloopt. De draaischijf wordt rond 1954 verwijderd. Het waterreservoirgebouw wordt rond 1958 gesloopt.


Voor de beveiliging beschikte het station over in totaal 3 seinhuizen. In de drie seinhuizen waren Siemens & Halske handelinrichtingen geplaatst.

  • Post T

In 1892 wordt een stationspost ingericht in het station als Post T.

  • Post I

Aan de noordzijde van het emplacement wordt in 1892 een stenen seinhuis gebouwd.

  • Post II

Aan de zuidzijde van het emplacement wordt in 1892 een stenen seinhuis gebouwd. Op 26 november 1928 wordt een nieuwe, elektrische beveiliging in gebruik genomen vanuit dit seinhuis.


Eerste station

Door de spoorwegmaatschappij SS wordt op 22 november 1877 een aanbesteding uitgeschreven voor de bouw van een stationsgebouw, retirade, wachterswoningen en goederenloods met losplaats met een prijs van fl. 87.300. De datum van oplevering is gesteld op 1 april 1879.

Naast het stationsgebouw komt er een emplacement met 10 sporen. Bij de overwegen met de Aamsestraat en de Bemmelseweg komen twee wachterswoningen met de nummers 7 en 8. De opdracht voor de bouw van het stationsgebouw wordt gegund aan . Het gebouw is ontworpen door . Het station heeft een lengte van 58 meter en een diepte variërend tussen de 12 en 13,5 meter. Aan de spoorzijde krijgt het gebouw 14 deuren die toegang geven tot verschillende ruimtes van het gebouw. Van noord naar zuid waren dit de damessalon met twee deuren, de wachtkamer 1e en 2e klasse met drie deuren, het bagagedepot met 1 deur, het bureau voor de plaatskaarten met twee deuren, het kantoor van de stationschef met 1 deur. De wachtkamer 3e klasse was voorzien van 3 deuren, voor de conducteur is er een ruimte met 1 deur en voor de post als laatste is één deur. Andere ruimten die aanwezig waren in het stationsgebouw, waren een keuken en buffetkamer achter de damessalon. Aan de keuken grensde een bergplaats. De wachtkamer 1e en 2e klas beslaat de gehele breedte van het gebouw. In deze wachtkamer is het buffet geplaatst, grenzend aan de buffetkamer. In het midden van het gebouw aan de straatzijde is de vestibule gesitueerd. Vanuit hier konden de beide wachtkamers en het bureau van de plaatskaarten worden bereikt, evenals het bagagedepot en het kantoor van de stationschef. Aan de zuidzijde van de wachtkamer 3e klasse is het woonhuis van de stationschef met twee verdiepingen. Aan de straatzijde zijn een slaapkamer (grenzend aan de wachtkamer) en de woonkamer. Deze komen uit in een gang in het midden, waar ook de hal, een toilet en de keuken zijn. Met een trap aan de wachtkamer zijde kon de bovenverdieping worden bereikt. Op deze verdieping zijn twee slaapkamers, een zitkamer en de zolder. Boven de ingang aan de straatzijde is een klok geplaatst. Het gebouw is aan de perronzijde voorzien van een overkapping over de volledige lengte. De palen ter ondersteuning zijn van gietijzer. Aan de noordzijde van het stationsgebouw is een bijgebouw geplaatst in de vorm van een kruis. Hierin worden onder andere de lampen, de brandspuit en de retirade voor de heren ondergebracht, evenals een lokaal voor de arbeiders. Het station is voorzien van twee perronsporen, waarbij het tweede perronspoor is te bereiken via een overpad op een middenperron. In 1882 wordt dit een eilandperron. Het station wordt op 15 juni 1879 geopend.


In 1981 gesloopt.



Tweede station

Derde station

Laad- en losplaats

In 1879 krijgt het station aan de noordzijde van het emplacement een laad- en losplaats nabij de overweg met de Aamschestraat. Ook komt er een goederenloods met een oppervlakte van 16 * 9 meter. Omstreeks 1890 wordt het station een overslagstation van stukgoederen. Deze goederen worden dan overgeladen van de SS naar de HIJSM en vice versa. In 1892 wordt aan de Bemmelscheweg een tweede laad- en losplaats aangelegd. In 1905 wordt de goederenloods verplaatst naar de zuidzijde van het emplacement, nabij de Bemmelscheweg. De verhoogde losweg bij de Aamschestraat kan door de verhuizing vergroot worden. In 1924 wordt tussen de sporen 23 en 24 ter hoogte van het station een overdekt laadperron van ongeveer 200 meter. Dit overdekte laadperron is rond 1959 gesloopt.


Rangeerstation

In 1892 vinden wijzigingen plaats aan het emplacement, waarmee Elst een rangeerstation wordt. Het totaal aantal sporen voor het rangeerstation wordt uitgebreid tot 13 stuks. Om deze uitbreiding te realiseren wordt het emplacement opgehoogd met zand uit de omgeving van Nijmegen. Aan beide zijden van het emplacement komen lange uithaalsporen. In 192 wordt het rangeerstation van Elst aangewezen als één van de vier centrale overslagplaatsen voor stukgoederenvervoer. Hiertoe wordt in 1924 het rangeerstation aanzienlijk uitgebreid in oostelijke richting tot in totaal 26 sporen. Spoor 26 is voor de stalling en verzorging van de locomotieven, spoor 25 is het uithaalspoor voor de los- en laadsporen 23 en 24, welke zijn voorzien van een overdekt laad- en losperron. De sporen 21 en 22 dienen als aankomstsporen voor de uit te sorteren treinen. Het sorteren van de treinen gebeurd op de sporen 6 tot en met 20. Op deze sporen worden de treinen samengesteld voor de bediening van omliggende stations en andere goederenstations. De sporen 4 en 5 worden gebruikt voor goederentreinen die doorrijden.

Ter vervanging van het groepshoofdstation voor wagenladingvervoer van Nijmegen, wordt in 197 Elst aangewezen als nieuw groepshoofdstation. Deze functie wordt tot mei 1978 uitgevoerd.


Betuwsche Stoomtramweg-Maatschappij (BSM)

Nabij de fruitloodsen van Vink en hun spooraansluiting is het laad- en omloopspoor van de BSM gesitueerd. Hiermee was het mogelijk om goederen over te laden van de trein op de tram en omgekeerd. Vanwege de toegenomen vraag aan vervoer, werd in 1913 een tweede laadspoor aangelegd. Deze werd aangelegd bij de zuidelijke laad- en losplaats. In 1921 wordt zelfs een derde spoor aangelegd voor overslag op de trams. Op 11 juni 1935 wordt het tramverkeer door de BSM beëindigt.


Taminiau/Heinz

In 1902 wordt door Taminiau een fabriek geopend voor de verwerking van fruit. De fabriek wordt nabij het station geplaatst. Het fruit wordt verwerkt tot onder andere appelmoes, jam en vruchtensappen. Deze producten worden vanaf 1928 per spoor afgevoerd. Zij gebruiken hiervoor spoor 50, nabij de noordelijke laad- en losplaats. In 1958 gaat het bedrijf Heinz heten.


Vink

In 189 vestigt fruithandelaar Vink zich nabij het station. In 19 neemt het ten noorden van het stationsgebouw een aantal fruitloodsen in gebruik. Deze worden met een wisselverbinding aangesloten op de reizigerssporen. De spooraansluiting krijgt als spoornummer 49. Rond 1928 is de locomotievenloods gesloopt en daarvoor in de plaats zijn meer loodsen voor Vink gebouwd. Ook kwam een dubbele spooraansluiting tot stand.


Spoorlijnen

Het station is gelegen aan de Spoorlijn Nijmegen - Arnhem.


Dienstregeling

Stoppende treinen

In de huidige dienstregeling (2020) stoppen de volgende treinseries te Elst:

Treinserienummer Beginpunt Eindpunt Materieel
3000 Den Helder Nijmegen VIRM
3100 Schiphol Nijmegen VIRM
3600 Zwolle Roosendaal ICMm
4400 's-Hertogenbosch Arnhem FLIRT
7600 Zutphen Wijchen FLIRT/SGMm
23400 Utrecht Centraal Nijmegen VIRM


Passerende treinen

In de huidige dienstregeling (2020) passeren de volgende treinen Elst:


Bronnen

De ontwikkeling van station Elst - R. Liebrand - Maandblad: Op de Rails, 88e Jaargang - 2020 Blz: 122-129 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321