Stadskanaal: verschil tussen versies

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen
(Geschiedenis, beveiliging en locomotievendepot.)
 
(5 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
Stadskanaal was een van de haltes in Groningen. De verkorting van het station was Skn.
+
Stadskanaal was een van de haltes in Groningen. De verkorting van het station was [[Lijst van voormalige spoorwegstations in Nederland|Skn]].
  
 
= '''Geschiedenis''' =
 
= '''Geschiedenis''' =
  
Door de NOLS (Noordoosterlocaalspoorweg-Maatschappij) wordt in 19 begonnen met de aanleg van een spoorlijn vanuit [[Zwolle]] via [[Emmen]] naar Stadskanaal. Het station en spoorlijn worden op 15 juni 1905 geopend. Tegelijkertijd komt de spoorlijn naar [[Assen]] in dienst. Het station is van het type [[tweede klas NOLS]]. In 1910 wordt de spoorlijn naar [[Delfzijl]] aangelegd door de NOLS. In 1917 wordt het station uitgebreid. In 1915 krijgt het station de naam Stadskanaal Hoofdstation.  
+
Door de NOLS (Noordoosterlocaalspoorweg-Maatschappij) wordt in 190 begonnen met de aanleg van een spoorlijn vanuit [[Zwolle]] via [[Emmen]] naar Stadskanaal. Het station en spoorlijn worden op 15 juni 1905 geopend. Tegelijkertijd komt de spoorlijn naar [[Assen]] in dienst. Het station is voorzien van 3 perronsporen, waarbij spoor 1 langs het stationsgebouw loopt. De sporen 2 en 3 zijn gelegen aan een middenperron, welke via oversteekplaatsen te zijn bereiken. In 1910 wordt de spoorlijn naar [[Delfzijl]] aangelegd door de NOLS. Vanwege toenemend treinverkeer wordt in 191 het emplacement uitgebreid. Tussen de sporen 1 en 2 en de sporen 3 en 4 komen overloopwissels. Daarnaast komen opstelsporen voor rijtuigen en goederenwagons. In juni 1915 krijgt het station de naam Stadskanaal Hoofdstation wanneer de halte [[Boerveensche Mond]] wijzigt naar [[Stadskanaal Pekelderweg]]. Na de sluiting van deze halte komt de aanduiding Hoofdstation te vervallen. Het middenperron wordt in 1921 verlengd en er worden in dat jaar 4 goederensporen aangelegd. In 1924 wordt een spoorlijn aangelegd naar [[Ter Apel Rijksgrens]]. Deze wordt in 1935 al weer gesloten.  
  
In 1924 wordt een spoorlijn aangelegd naar [[Ter Apel Rijksgrens]]. Deze wordt in 1935 al weer gesloten.  
+
Na de sluiting van het station is in 195 het middenperron opgebroken.
  
Voor reizigersvervoer wordt het station op 17 mei 1953 gesloten. In 1977 wordt het stationsgebouw gesloopt. Voor goederenvervoer sluit het station op 27 mei 1990.  
+
In 1976 worden de sporen 7,8, 15 en 20 opgebroken, evenals de wissels 8, 17, 19, 24, 46, 49 en 53A/B. Er wordt wel een nieuw wissel 5 geplaatst, waardoor het niet meer mogelijk is voor treinen uit Gasselternijveen om binnen te komen op spoor 1.
  
In juni 1994 worden de eerste treinen gereden door de STAR (Stichting Stadskanaal Rail). Het emplacement wordt geschikt gemaakt voor het materieel van het museum. In 2000 keert het tweede perron terug. Dit perron is op dezelfde plaats aangelegd als waar het oorspronkelijke perron gelegen heeft. Een betonnen abri op het perron zorgt voor beschutting. Er wordt een nieuw stationsgebouw gebouwd, evenals een werkplaats, een rijtuigloods, een stallingloods, een watertoren en seinhuis. De rijtuigloods, stallingloods, watertoren en seinhuis zijn tussen 2004 en 2007 gebouwd in het kader van een renovatietraject. Ook is alvast de nog niet functionele draaischijf geplaatst. Aan het begin van september 2012 is het seinhuis in gebruik genomen. Het seinhuis is hierbij voorzien van een volledige inrichting. Het is de bedoeling om van uit dit seinhuis ook enkele seinen en wissels te bedienen. In november en december 2020 is het voormalige rangeerdersverblijf uit Groningen naar Stadskanaal overgebracht. Het wordt in Stadskanaal nabij het stationsgebouw op het perron geplaatst nabij de plaats waar in het verleden Post II was gelegen. Het verblijf zal bij de STAR worden gebruikt voor de verkoop van souvenirs.  
+
Voor goederenvervoer sluit het station op 27 mei 1990.
 +
 
 +
In juni 1994 worden de eerste treinen gereden door de STAR (Stichting Stadskanaal Rail). Het emplacement wordt geschikt gemaakt voor het materieel van het museum. In 1997 wordt begonnen met de herbouw van het oorspronkelijke station. Tegelijkertijd wordt het tweede perron opnieuw aangelegd. In 2000 keert het tweede perron terug. Dit perron is op dezelfde plaats aangelegd als waar het oorspronkelijke perron gelegen heeft. Een betonnen abri op het perron zorgt voor beschutting. Voor de herinrichting van het gebied wordt in 200 een Masterplan opgesteld om alle plannen tot uitvoer te laten komen. Naast een nieuw stationsgebouw, worden er ook een werkplaats, een rijtuigloods, een stallingloods, een watertoren en seinhuis gebouwd. De rijtuigloods, stallingloods, watertoren en seinhuis zijn tussen 2004 en 2007 gebouwd in het kader van een renovatietraject. De rijtuigloods is voorzien van 3 sporen en geplaatst op de sporen van de voormalige locomotievenloods. De sporen van de loods komen direct uit op het emplacement. De loods voor Weg en Werken heeft 2 sporen. Ook is alvast de nog niet functionele draaischijf geplaatst. Aan het begin van september 2012 is het seinhuis in gebruik genomen. Het seinhuis is hierbij voorzien van een volledige inrichting. Het is de bedoeling om van uit dit seinhuis ook enkele seinen en wissels te bedienen. In november en december 2020 is het voormalige rangeerdersverblijf uit Groningen naar Stadskanaal overgebracht. Het wordt in Stadskanaal nabij het stationsgebouw op het perron geplaatst nabij de plaats waar in het verleden Post II was gelegen. Het verblijf zal bij de STAR worden gebruikt voor de verkoop van souvenirs.
 +
 
 +
 
 +
Voor de beveiliging beschikte het station over in totaal 3 seinhuizen,<ref>[https://www.klassiekebeveiliging.com/seinhuizenSkn.htm Stadskanaal] Klassieke beveiliging</ref> waarmee de beveiliging wordt bediend. Er is geen blokstelsel aanwezig op de baanvakken.
 +
 
 +
 
 +
* ''Post T''
 +
 
 +
Post T is ondergebracht in het stationsgebouw. Post T is niet voorzien van een handelinrichting of bloktoestel. Wel zijn er diverse sleutels in beheer bij de treindienstleider. Dit zijn de sleutels 28 / St 28 alsmede de eenheidssleutels van de hangsloten op de wissels 3, 7, 10, 12 en 17 te Nieuw - Buinen, de wissels 1, 3 en 8 te Musselkanaal - Valthermond, alsmede twee gelijke gemeenschappelijke sleutels "Skn - Apl" voor de spooraansluitingen N.V. Nieuw Buiner Glasfabrieken en de aansluiting Philipsfabriek te Nieuw - Buinen, de los - en laadplaats Eerste Exloërmond, de spooraansluiting gemeente Odoorn op het baanvak Stadskanaal - Ter Apel, de spooraansluiting Industrieterrein te Ter Apel en een sleutel voor wissel 4 te Ter Apel. De sleutels 4, St 3 en 5 te Gasselternijveen, de spooraansluiting P.E.B., Sta en St 1 te Gasselte, St 2 en St 6 te Gieten vallen eveneens onder Post T van Stadskanaal
 +
 
 +
 
 +
* ''Post I''
 +
 
 +
Aan de noordwestelijke zijde van het emplacement nabij de beweegbare brug over het Gasselternijveenschemond wordt in 1910 post I gebouwd naar een ontwerp van . Het gebouw bestaat uit een verdieping en is opgetrokken uit bakstenen onderzijde, met daarop een houten ombouw met grote ramen. Het puntdak is voorzien van dakpannen. Op de benedenverdieping is de opslagruimte. Op de bovenverdieping is de seinkamer. Deze is te bereiken door een houten trap aan de brugzijde van het gebouw. De trap komt uit op een bordes. Een deur op het bordes geeft toegang tot de seinkamer. Voor goed zicht zijn er grote ramen aan de spoorzijde. De post is voorzien van een Siemens & Halske handelinrichting zonder blokkast en een Alkmaarse Handelinrichting. In 1911 wordt de post verhoogd omdat het uitzicht onvoldoende is. Vanuit deze post worden de inrijseinen A<sup>v</sup>, B<sup>v</sup>, hoofdseinen A en B en vertakkingssein C<sup>w</sup> en C<sup>3</sup> bediend. Daarnaast wordt de draaibrug en de overweg in de Gasselterstraat bediend. Daarnaast is de sleutel van stopontspoorblok 9 in beheer bij post I. In 19 wordt een nieuwe trap aan de zuidzijde van het gebouw geplaatst, waarbij ook de toegangsdeur naar deze kant verhuisd. Hiermee komen twee grote ramen te vervallen. Naast de deur komen een tweetal kleinere ramen. De oude deur wordt dichtgemaakt en de oude trap verwijderd. Post I komt per  te vervallen. In 1978 is het gebouw gesloopt.
 +
 
 +
 
 +
* ''Post II''
 +
 
 +
Post II is gelegen op het perron. Het is gebouwd in 192 naar een ontwerp van . Het gebouw bestaat uit een verdieping met aan de spoorzijde grote ramen. Het platte dak is voorzien van . De post is voorzien van een . De post wordt in 1950 buiten gebruik gesteld en in 19 gesloopt. De werkzaamheden van deze post verhuizen naar post T in het stationsgebouw.
 +
 
 +
 
 +
== '''Eerste station''' ==
 +
 
 +
Op  is de aanbesteding voor de bouw uitgeschreven met het bestek NOLS-16, welke gewonnen werd door aannemer  uit . Deze bouwde het station naar een ontwerp van . Het station was van het type [[tweede klas van de NOLS|2e klasse van de NOLS]] en bestaat uit een hoog middendeel met twee vleugels. De begane grond bestaat uit de ingang van het stationsgebouw, een hal voor de loketten en een wachtruimte. Het stationsgebouw staat aan de noordoostzijde van de spoorlijn. Aan de zuidoostkant van het station werd een laad- en losplaats aangelegd. Tussen het stationsgebouw en het locomotievendepot is een nevengebouw gebouwd met het bestek NOLS-16. Het middendeel van de gevel is versprongen ten opzichte van de twee andere wanden. In dit nevengebouw zijn onder andere een magazijn, toiletten en ruimte voor het treinpersoneel ondergebracht. In 190 is aan de zijde van het perron een erker gebouwd, zodat de stationschef een beter uitzicht heeft over het emplacement in de richting van de brug over het Boerveenschemond. Op 19 augustus 1913 wordt een aanbesteding gepubliceerd door de SS voor het uitbreiden van het stationsgebouw. Er komt een grotere wachtkamer en een bovenwoning voor de depotchef. Hiervoor wordt de bestaande wachtkamer gesloopt. Bovenop de wachtkamer komt de woning voor de depotchef. Deze werkzaamheden zijn in 191 afgerond.
 +
 
 +
Voor reizigersvervoer wordt het station op 17 mei 1953 gesloten. In maart 1979 wordt het stationsgebouw gesloopt, met uitzondering van de goederenloods.
 +
 
 +
 
 +
== '''Tweede station''' ==
 +
 
 +
Op de plaats van het oorspronkelijke stationsgebouw laat de STAR in 1997 een stenen gebouw neerzetten dat grote gelijkenis vertoond met het oorspronkelijke gebouw, voor de uitbreiding met de woning van de depotchef. Op 16 september 1998 is het gebouw geopend.
  
  
Regel 19: Regel 51:
 
== '''Laad- en losplaats''' ==
 
== '''Laad- en losplaats''' ==
  
 +
Aan de noordzijde van het station is een laad- en losplaats met een goederenloods. De goederenloods is vastgemaakt aan het stationsgebouw. Het gebouw is  meter lang en  meter breed. De loods heeft een nokhoogte van  meter. Het gebouw is voorzien van een zadeldak met overstek aan alle zijden. Aan de spoor- en straatzijde is de overstek langer dan aan de zijkant, zodat goederen droog overgeslagen kunnen worden via het perron.
 +
 +
In 1987 wordt de goederenloods afgebroken.
  
 
Op het emplacement zijn ook diverse bedrijven met hun eigen aansluitingen. Zo heeft de Agrarische Unie de Vulcaan een eigen aansluiting, waarbij zelflossers van het type Tds/Uds werden gelost met kunstmest. Deze kunstmest is afkomstig van de DSM. Cementindustrie Nieboer kreeg dagelijks een gesloten wagen van het type Gs of Gbs aangevoerd met zakken cement.  
 
Op het emplacement zijn ook diverse bedrijven met hun eigen aansluitingen. Zo heeft de Agrarische Unie de Vulcaan een eigen aansluiting, waarbij zelflossers van het type Tds/Uds werden gelost met kunstmest. Deze kunstmest is afkomstig van de DSM. Cementindustrie Nieboer kreeg dagelijks een gesloten wagen van het type Gs of Gbs aangevoerd met zakken cement.  
Regel 27: Regel 62:
  
 
In april 2019 ziet de losweg weer commercieel vervoer. Op 7 april 2019 wordt door Strukton een trein met dwarsliggers aangebracht. Een deel hiervan zal bij de STAR worden gebruikt. Het andere deel is bij de losweg overgeslagen naar een vrachtwagen voor afvoer naar de afnemer.
 
In april 2019 ziet de losweg weer commercieel vervoer. Op 7 april 2019 wordt door Strukton een trein met dwarsliggers aangebracht. Een deel hiervan zal bij de STAR worden gebruikt. Het andere deel is bij de losweg overgeslagen naar een vrachtwagen voor afvoer naar de afnemer.
 +
 +
'''''Spooraansluitingen'''''
 +
 +
* ''Spoorweghaven''
 +
Ten noorden van het station wordt in 19 een inham gegraven van het Gasselternijveenschemond. Deze inham zal dienst gaan doen als spoorweghaven, waarbij goederen kunnen worden overgeslagen van trein naar schip en andersom. De inham ligt tussen de spoorbrug en het Stadskanaal. Aan beide zijden van de haven komt een overlaadspoor voor het opstellen van goederenwagons. Langs de haven zijn diverse loodsen voor het opslaan van goederen en gereedschappen. In 1917 wordt de haven verlengd met 60 meter zodat de capaciteit vergroot kan worden. In 19 is het spoor aan de oostzijde verwijderd, gevolgd door het westelijke spoor in 19. Door de STAR worden in 2007 weer opnieuw sporen aangelegd aan weerszijden van de haven. Hier stalt zij een deel van haar materieel.
 +
 +
* ''strokartonfabriek Ons Belang''
 +
 +
In de zomer van 1971 is de aansluiting opgebroken.
 +
 +
 +
== '''Locomotievendepot''' ==
 +
 +
Station Stadskanaal kende een locomotievenloods. Op  190 is de aanbesteding voor de bouw uitgeschreven met het bestek NOLS-16, welke gewonnen werd door aannemer uit . Deze bouwde de loods naar een ontwerp van . De locomotievenloods is aan de zuidoostzijde van het emplacement gebouwd. Deze is in juni 1905 in gebruik genomen door de SS. Dit is een rechthoekige loods met  standen en 2 sporen. Op ieder spoor is er plaats voor 3 locomotieven. Onder de sporen zijn smeerputten aangebracht, om zo onderhoud aan de onderzijde van de locomotief te kunnen uitvoeren. De locomotieven kunnen de loods aan stationszijde uitrijden. De loods is opgetrokken uit steen en heeft een zadeldak. De loods heeft een lengte van 50 meter, een breedte van 11 meter en het hoogste punt is op  meter. Om het dak te ondersteunen zijn er Polonceau-spanten, een kapspant opgebouwd uit twee onderspannen driehoekige liggers, verbonden door een trekstaaf. In de locomotievenloods is het kantoor van de depotchef, een magazijn, kamer voor machinisten en een smederij. Al snel bleek dat de faciliteiten niet toereikend zijn voor de uitvoering van de dienst. Met het bestek SS-1111 van 11 juni 1907 wordt opdracht gegeven tot uitbreiding. Zo worden diverse wissels en sporen gewijzigd of nieuw aangelegd. Naast de locomotievenloods is een stenen aanbouw met houten dak van 38 bij 6 meter. In deze aanbouw zijn onder andere de dienstlokalen ondergebracht. De dienstlokalen bestaan uit een kantoor voor de opzichter-machinist, een badkamer, een bergplaats, een droogkamer, machinistenkamer, pompkamer, schaftlokaal, een smederij en een kantoor voor de smid. Als laatste is er een was- en kleedkamer. In een verhoogd deel zijn een tweetal waterreservoirbakken ondergebracht. Het water wordt met behulp van de pomp in de pompkamer naar de reservoirs gepompt. De locomotievenloods is te bereiken met een draaischijf die een middellijn heeft van 13,5 meter. De draaischijf ligt  meter ten westen van de locomotievenloods. De bediening van de draaischijf geschiedt handmatig. In 1947 is de draaischijf vergroot tot 15 meter. Tussen de locomotievenloods en de draaischijf is een kolenpark en loodsen voor de opslag van kolen en takken. De bergplaats voor de kolen is gelegen tussen twee sporen en heeft een lengte van 21 meter. Het gebouw is opgetrokken uit hout en loopt taps toe. Het gebouw is 3,85 meter hoog. Aan de korte zijde is een ruimte van 2,50 meter, terwijl de lange zijde een ruimte heeft van 4,75 meter. In het midden bevinden zicht de dubbele houten toegangsdeur. Deze is via een bordes bereikbaar. De loods voor de takken is 6 meter lang en 6 meter breed met een puntvormig dak, welke op het hoogste punt 6,25 meter bedraagt. In 1907 worden de tractie-inrichtingen vergroot. De kolenparken zijn in 1913, 1919 en 1933 vergroot en uitgebreid.
 +
 +
Op 22 mei 1937 wordt het depot opgeheven. In 1944 is de locomotievenloods door de Duitse bezetter opnieuw in gebruik genomen. Als eerste wordt in 19 het watergebouw gesloopt, gevolgd door de aanbouw in . Het laatste deel van de locomotievenloods is in 1987 gesloopt.
  
  
== '''Locomotiefdepot''' ==
+
''Mutaties''
  
Station Stadskanaal kende een locomotiefloods.  
+
Op 8 december 1927 arriveert de 705 in het depot vanuit Groningen.
 +
 
 +
Op 7 april 1932 verhuist de 705 naar het depot van Zwolle. Op 26 juli 1932 arriveert de 774 in het depot van uit [[Den Haag Staatsspoor]]. Op  193 verhuist de 774 naar het depot van Zwolle. Op 13 juni 1930 verhuist de 705 naar het [[rangeerstation Onnen]], waar het wordt opgeborgen in het depot. Op 24 januari 1931 arriveert de 705 in het depot vanuit het rangeerstation Onnen, waar de locomotief stond opgeborgen. Op 7 april 1932 verhuist de 705 naar het depot van Zwolle.
 +
 
 +
 
 +
''Locomlopen''
 +
 
 +
In de omloop per  192 zijn er 11 locomotieven van de serie 700 ingedeeld in de  -omloop. Zij rijden de reizigerstreinen naar Assen, Ter Apel, Wildervank, Zuidbroek en Zwolle. Daarnaast rijden zij goederentreinen naar Musselkanaal-Valthermond en rangeren in Ter Apel.
 +
 
 +
Met het ingaan van de zomerdienst van 1929 rijden de locomotieven van de serie 700 in de -omloop facultatieve goederentreinen naar Hoogezand-Sappemeer.
 +
 
 +
 
 +
Op 195 worden geen diensten meer gesteld van uit het locomotievendepot en wordt het depot opgeheven. Er zijn tot dat moment nog slechts diensten gesteld vanuit het depot.  
  
Op  worden geen diensten meer gesteld van uit het locomotiefdepot. Er zijn tot dat moment nog slechts diensten gesteld vanuit het depot.
 
  
 
In het depot zijn tussen  en 19 de volgende series stoomlocomotieven in het depot gehuisvest:
 
In het depot zijn tussen  en 19 de volgende series stoomlocomotieven in het depot gehuisvest:
Regel 40: Regel 102:
 
* 900;
 
* 900;
 
* 1300;
 
* 1300;
* 2900
+
* 2900;
 +
* 5400;
  
  
Regel 53: Regel 116:
 
Op 17 mei 1953 wordt het reizigersvervoer naar Groningen gestaakt.
 
Op 17 mei 1953 wordt het reizigersvervoer naar Groningen gestaakt.
  
 +
 +
{| class="toccolours" style="font-size:85%; margin-top:1em; margin-bottom:-0.5em; border: 1px solid #aaa; padding: 5px; clear: both; width:100%;"
 +
|
 +
<big><big>'''Bronnen, Referenties en/of Voetnoten'''</big></big>
 +
* '''Locomotiefloodsen en tractieterreinen in Nederland 1839 - 1958''' - {{Sc|H. Waldorp, J.G.C. van der Meene}} - Uitgeverij Schuyt & Co, 1992 ISBN 90-6097-323-2
 +
* '''Portret van een 160-jarige''' - {{Sc|P. Henken}} - ''Maandblad: Railmagazine, 46e Jaargang - november 2024 nummer 419 Blz: 58-64'' Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489''
 +
* '''Stoom bij NS in de jaren dertig | Nederlandse stoomlocomotieven door Britse fotografen geportretteerd''' - {{Sc|H. van Poll}} - Uitgave: WBOOKS ISBN: 978 94 625 8437 2''
 +
----
 +
<references></references>
 +
|}
  
 
{{Navigatie Spoorlijn Zwolle - Stadskanaal}}
 
{{Navigatie Spoorlijn Zwolle - Stadskanaal}}

Huidige versie van 3 jun 2025 om 16:07

Stadskanaal was een van de haltes in Groningen. De verkorting van het station was Skn.

Geschiedenis

Door de NOLS (Noordoosterlocaalspoorweg-Maatschappij) wordt in 190 begonnen met de aanleg van een spoorlijn vanuit Zwolle via Emmen naar Stadskanaal. Het station en spoorlijn worden op 15 juni 1905 geopend. Tegelijkertijd komt de spoorlijn naar Assen in dienst. Het station is voorzien van 3 perronsporen, waarbij spoor 1 langs het stationsgebouw loopt. De sporen 2 en 3 zijn gelegen aan een middenperron, welke via oversteekplaatsen te zijn bereiken. In 1910 wordt de spoorlijn naar Delfzijl aangelegd door de NOLS. Vanwege toenemend treinverkeer wordt in 191 het emplacement uitgebreid. Tussen de sporen 1 en 2 en de sporen 3 en 4 komen overloopwissels. Daarnaast komen opstelsporen voor rijtuigen en goederenwagons. In juni 1915 krijgt het station de naam Stadskanaal Hoofdstation wanneer de halte Boerveensche Mond wijzigt naar Stadskanaal Pekelderweg. Na de sluiting van deze halte komt de aanduiding Hoofdstation te vervallen. Het middenperron wordt in 1921 verlengd en er worden in dat jaar 4 goederensporen aangelegd. In 1924 wordt een spoorlijn aangelegd naar Ter Apel Rijksgrens. Deze wordt in 1935 al weer gesloten.

Na de sluiting van het station is in 195 het middenperron opgebroken.

In 1976 worden de sporen 7,8, 15 en 20 opgebroken, evenals de wissels 8, 17, 19, 24, 46, 49 en 53A/B. Er wordt wel een nieuw wissel 5 geplaatst, waardoor het niet meer mogelijk is voor treinen uit Gasselternijveen om binnen te komen op spoor 1.

Voor goederenvervoer sluit het station op 27 mei 1990.

In juni 1994 worden de eerste treinen gereden door de STAR (Stichting Stadskanaal Rail). Het emplacement wordt geschikt gemaakt voor het materieel van het museum. In 1997 wordt begonnen met de herbouw van het oorspronkelijke station. Tegelijkertijd wordt het tweede perron opnieuw aangelegd. In 2000 keert het tweede perron terug. Dit perron is op dezelfde plaats aangelegd als waar het oorspronkelijke perron gelegen heeft. Een betonnen abri op het perron zorgt voor beschutting. Voor de herinrichting van het gebied wordt in 200 een Masterplan opgesteld om alle plannen tot uitvoer te laten komen. Naast een nieuw stationsgebouw, worden er ook een werkplaats, een rijtuigloods, een stallingloods, een watertoren en seinhuis gebouwd. De rijtuigloods, stallingloods, watertoren en seinhuis zijn tussen 2004 en 2007 gebouwd in het kader van een renovatietraject. De rijtuigloods is voorzien van 3 sporen en geplaatst op de sporen van de voormalige locomotievenloods. De sporen van de loods komen direct uit op het emplacement. De loods voor Weg en Werken heeft 2 sporen. Ook is alvast de nog niet functionele draaischijf geplaatst. Aan het begin van september 2012 is het seinhuis in gebruik genomen. Het seinhuis is hierbij voorzien van een volledige inrichting. Het is de bedoeling om van uit dit seinhuis ook enkele seinen en wissels te bedienen. In november en december 2020 is het voormalige rangeerdersverblijf uit Groningen naar Stadskanaal overgebracht. Het wordt in Stadskanaal nabij het stationsgebouw op het perron geplaatst nabij de plaats waar in het verleden Post II was gelegen. Het verblijf zal bij de STAR worden gebruikt voor de verkoop van souvenirs.


Voor de beveiliging beschikte het station over in totaal 3 seinhuizen,[1] waarmee de beveiliging wordt bediend. Er is geen blokstelsel aanwezig op de baanvakken.


  • Post T

Post T is ondergebracht in het stationsgebouw. Post T is niet voorzien van een handelinrichting of bloktoestel. Wel zijn er diverse sleutels in beheer bij de treindienstleider. Dit zijn de sleutels 28 / St 28 alsmede de eenheidssleutels van de hangsloten op de wissels 3, 7, 10, 12 en 17 te Nieuw - Buinen, de wissels 1, 3 en 8 te Musselkanaal - Valthermond, alsmede twee gelijke gemeenschappelijke sleutels "Skn - Apl" voor de spooraansluitingen N.V. Nieuw Buiner Glasfabrieken en de aansluiting Philipsfabriek te Nieuw - Buinen, de los - en laadplaats Eerste Exloërmond, de spooraansluiting gemeente Odoorn op het baanvak Stadskanaal - Ter Apel, de spooraansluiting Industrieterrein te Ter Apel en een sleutel voor wissel 4 te Ter Apel. De sleutels 4, St 3 en 5 te Gasselternijveen, de spooraansluiting P.E.B., Sta en St 1 te Gasselte, St 2 en St 6 te Gieten vallen eveneens onder Post T van Stadskanaal


  • Post I

Aan de noordwestelijke zijde van het emplacement nabij de beweegbare brug over het Gasselternijveenschemond wordt in 1910 post I gebouwd naar een ontwerp van . Het gebouw bestaat uit een verdieping en is opgetrokken uit bakstenen onderzijde, met daarop een houten ombouw met grote ramen. Het puntdak is voorzien van dakpannen. Op de benedenverdieping is de opslagruimte. Op de bovenverdieping is de seinkamer. Deze is te bereiken door een houten trap aan de brugzijde van het gebouw. De trap komt uit op een bordes. Een deur op het bordes geeft toegang tot de seinkamer. Voor goed zicht zijn er grote ramen aan de spoorzijde. De post is voorzien van een Siemens & Halske handelinrichting zonder blokkast en een Alkmaarse Handelinrichting. In 1911 wordt de post verhoogd omdat het uitzicht onvoldoende is. Vanuit deze post worden de inrijseinen Av, Bv, hoofdseinen A en B en vertakkingssein Cw en C3 bediend. Daarnaast wordt de draaibrug en de overweg in de Gasselterstraat bediend. Daarnaast is de sleutel van stopontspoorblok 9 in beheer bij post I. In 19 wordt een nieuwe trap aan de zuidzijde van het gebouw geplaatst, waarbij ook de toegangsdeur naar deze kant verhuisd. Hiermee komen twee grote ramen te vervallen. Naast de deur komen een tweetal kleinere ramen. De oude deur wordt dichtgemaakt en de oude trap verwijderd. Post I komt per te vervallen. In 1978 is het gebouw gesloopt.


  • Post II

Post II is gelegen op het perron. Het is gebouwd in 192 naar een ontwerp van . Het gebouw bestaat uit een verdieping met aan de spoorzijde grote ramen. Het platte dak is voorzien van . De post is voorzien van een . De post wordt in 1950 buiten gebruik gesteld en in 19 gesloopt. De werkzaamheden van deze post verhuizen naar post T in het stationsgebouw.


Eerste station

Op is de aanbesteding voor de bouw uitgeschreven met het bestek NOLS-16, welke gewonnen werd door aannemer uit . Deze bouwde het station naar een ontwerp van . Het station was van het type 2e klasse van de NOLS en bestaat uit een hoog middendeel met twee vleugels. De begane grond bestaat uit de ingang van het stationsgebouw, een hal voor de loketten en een wachtruimte. Het stationsgebouw staat aan de noordoostzijde van de spoorlijn. Aan de zuidoostkant van het station werd een laad- en losplaats aangelegd. Tussen het stationsgebouw en het locomotievendepot is een nevengebouw gebouwd met het bestek NOLS-16. Het middendeel van de gevel is versprongen ten opzichte van de twee andere wanden. In dit nevengebouw zijn onder andere een magazijn, toiletten en ruimte voor het treinpersoneel ondergebracht. In 190 is aan de zijde van het perron een erker gebouwd, zodat de stationschef een beter uitzicht heeft over het emplacement in de richting van de brug over het Boerveenschemond. Op 19 augustus 1913 wordt een aanbesteding gepubliceerd door de SS voor het uitbreiden van het stationsgebouw. Er komt een grotere wachtkamer en een bovenwoning voor de depotchef. Hiervoor wordt de bestaande wachtkamer gesloopt. Bovenop de wachtkamer komt de woning voor de depotchef. Deze werkzaamheden zijn in 191 afgerond.

Voor reizigersvervoer wordt het station op 17 mei 1953 gesloten. In maart 1979 wordt het stationsgebouw gesloopt, met uitzondering van de goederenloods.


Tweede station

Op de plaats van het oorspronkelijke stationsgebouw laat de STAR in 1997 een stenen gebouw neerzetten dat grote gelijkenis vertoond met het oorspronkelijke gebouw, voor de uitbreiding met de woning van de depotchef. Op 16 september 1998 is het gebouw geopend.


Derde station

Bij het herstellen van het treinverkeer tussen Stadskanaal en Groningen zal ten noordwesten van het bestaande station van de STAR een nieuw station gebouwd gaan worden. De gemeente Stadskanaal wilde in eerste instantie het nieuwe station aanleggen op het voormalige terrein van Philips, maar dit zou extra materieel en personeel van Arriva kosten vanwege de langere reistijd naar het nieuwe station.


Laad- en losplaats

Aan de noordzijde van het station is een laad- en losplaats met een goederenloods. De goederenloods is vastgemaakt aan het stationsgebouw. Het gebouw is meter lang en meter breed. De loods heeft een nokhoogte van meter. Het gebouw is voorzien van een zadeldak met overstek aan alle zijden. Aan de spoor- en straatzijde is de overstek langer dan aan de zijkant, zodat goederen droog overgeslagen kunnen worden via het perron.

In 1987 wordt de goederenloods afgebroken.

Op het emplacement zijn ook diverse bedrijven met hun eigen aansluitingen. Zo heeft de Agrarische Unie de Vulcaan een eigen aansluiting, waarbij zelflossers van het type Tds/Uds werden gelost met kunstmest. Deze kunstmest is afkomstig van de DSM. Cementindustrie Nieboer kreeg dagelijks een gesloten wagen van het type Gs of Gbs aangevoerd met zakken cement.


Tot mei 1967 vindt de aan- en afvoer van goederenwagens plaats via Assen. Vanaf 26 mei 1967 wordt Stadskanaal bediend vanuit Onnen, waarbij de treinen via Zuidbroek rijden. In 1971 wordt Stadskanaal met twee goederentreinen bediend. De eerste arriveert vroeg in de ochtend. De tweede komt rond het middaguur aan in Stadskanaal. Met deze treinen worden de stations van Gieten, Musselkanaal, Nieuw Buinen en Ter Apel bediend.


In april 2019 ziet de losweg weer commercieel vervoer. Op 7 april 2019 wordt door Strukton een trein met dwarsliggers aangebracht. Een deel hiervan zal bij de STAR worden gebruikt. Het andere deel is bij de losweg overgeslagen naar een vrachtwagen voor afvoer naar de afnemer.

Spooraansluitingen

  • Spoorweghaven

Ten noorden van het station wordt in 19 een inham gegraven van het Gasselternijveenschemond. Deze inham zal dienst gaan doen als spoorweghaven, waarbij goederen kunnen worden overgeslagen van trein naar schip en andersom. De inham ligt tussen de spoorbrug en het Stadskanaal. Aan beide zijden van de haven komt een overlaadspoor voor het opstellen van goederenwagons. Langs de haven zijn diverse loodsen voor het opslaan van goederen en gereedschappen. In 1917 wordt de haven verlengd met 60 meter zodat de capaciteit vergroot kan worden. In 19 is het spoor aan de oostzijde verwijderd, gevolgd door het westelijke spoor in 19. Door de STAR worden in 2007 weer opnieuw sporen aangelegd aan weerszijden van de haven. Hier stalt zij een deel van haar materieel.

  • strokartonfabriek Ons Belang

In de zomer van 1971 is de aansluiting opgebroken.


Locomotievendepot

Station Stadskanaal kende een locomotievenloods. Op 190 is de aanbesteding voor de bouw uitgeschreven met het bestek NOLS-16, welke gewonnen werd door aannemer uit . Deze bouwde de loods naar een ontwerp van . De locomotievenloods is aan de zuidoostzijde van het emplacement gebouwd. Deze is in juni 1905 in gebruik genomen door de SS. Dit is een rechthoekige loods met standen en 2 sporen. Op ieder spoor is er plaats voor 3 locomotieven. Onder de sporen zijn smeerputten aangebracht, om zo onderhoud aan de onderzijde van de locomotief te kunnen uitvoeren. De locomotieven kunnen de loods aan stationszijde uitrijden. De loods is opgetrokken uit steen en heeft een zadeldak. De loods heeft een lengte van 50 meter, een breedte van 11 meter en het hoogste punt is op meter. Om het dak te ondersteunen zijn er Polonceau-spanten, een kapspant opgebouwd uit twee onderspannen driehoekige liggers, verbonden door een trekstaaf. In de locomotievenloods is het kantoor van de depotchef, een magazijn, kamer voor machinisten en een smederij. Al snel bleek dat de faciliteiten niet toereikend zijn voor de uitvoering van de dienst. Met het bestek SS-1111 van 11 juni 1907 wordt opdracht gegeven tot uitbreiding. Zo worden diverse wissels en sporen gewijzigd of nieuw aangelegd. Naast de locomotievenloods is een stenen aanbouw met houten dak van 38 bij 6 meter. In deze aanbouw zijn onder andere de dienstlokalen ondergebracht. De dienstlokalen bestaan uit een kantoor voor de opzichter-machinist, een badkamer, een bergplaats, een droogkamer, machinistenkamer, pompkamer, schaftlokaal, een smederij en een kantoor voor de smid. Als laatste is er een was- en kleedkamer. In een verhoogd deel zijn een tweetal waterreservoirbakken ondergebracht. Het water wordt met behulp van de pomp in de pompkamer naar de reservoirs gepompt. De locomotievenloods is te bereiken met een draaischijf die een middellijn heeft van 13,5 meter. De draaischijf ligt meter ten westen van de locomotievenloods. De bediening van de draaischijf geschiedt handmatig. In 1947 is de draaischijf vergroot tot 15 meter. Tussen de locomotievenloods en de draaischijf is een kolenpark en loodsen voor de opslag van kolen en takken. De bergplaats voor de kolen is gelegen tussen twee sporen en heeft een lengte van 21 meter. Het gebouw is opgetrokken uit hout en loopt taps toe. Het gebouw is 3,85 meter hoog. Aan de korte zijde is een ruimte van 2,50 meter, terwijl de lange zijde een ruimte heeft van 4,75 meter. In het midden bevinden zicht de dubbele houten toegangsdeur. Deze is via een bordes bereikbaar. De loods voor de takken is 6 meter lang en 6 meter breed met een puntvormig dak, welke op het hoogste punt 6,25 meter bedraagt. In 1907 worden de tractie-inrichtingen vergroot. De kolenparken zijn in 1913, 1919 en 1933 vergroot en uitgebreid.

Op 22 mei 1937 wordt het depot opgeheven. In 1944 is de locomotievenloods door de Duitse bezetter opnieuw in gebruik genomen. Als eerste wordt in 19 het watergebouw gesloopt, gevolgd door de aanbouw in . Het laatste deel van de locomotievenloods is in 1987 gesloopt.


Mutaties

Op 8 december 1927 arriveert de 705 in het depot vanuit Groningen.

Op 7 april 1932 verhuist de 705 naar het depot van Zwolle. Op 26 juli 1932 arriveert de 774 in het depot van uit Den Haag Staatsspoor. Op 193 verhuist de 774 naar het depot van Zwolle. Op 13 juni 1930 verhuist de 705 naar het rangeerstation Onnen, waar het wordt opgeborgen in het depot. Op 24 januari 1931 arriveert de 705 in het depot vanuit het rangeerstation Onnen, waar de locomotief stond opgeborgen. Op 7 april 1932 verhuist de 705 naar het depot van Zwolle.


Locomlopen

In de omloop per 192 zijn er 11 locomotieven van de serie 700 ingedeeld in de -omloop. Zij rijden de reizigerstreinen naar Assen, Ter Apel, Wildervank, Zuidbroek en Zwolle. Daarnaast rijden zij goederentreinen naar Musselkanaal-Valthermond en rangeren in Ter Apel.

Met het ingaan van de zomerdienst van 1929 rijden de locomotieven van de serie 700 in de -omloop facultatieve goederentreinen naar Hoogezand-Sappemeer.


Op 195 worden geen diensten meer gesteld van uit het locomotievendepot en wordt het depot opgeheven. Er zijn tot dat moment nog slechts diensten gesteld vanuit het depot.


In het depot zijn tussen en 19 de volgende series stoomlocomotieven in het depot gehuisvest:

  • 700;
  • 900;
  • 1300;
  • 2900;
  • 5400;


Spoorlijnen

Het station is gelegen aan de Spoorlijn Zwolle - Stadskanaal, de spoorlijn Stadskanaal - Ter Apel Rijksgrens en de spoorlijn Stadskanaal - Zuidbroek.


Dienstregeling

In 1945 rijdt de laatste trein naar Emmen. In 1946 wordt Assen voor het laatst bereikt. Op 17 mei 1953 wordt het reizigersvervoer naar Groningen gestaakt.


Bronnen, Referenties en/of Voetnoten

  • Locomotiefloodsen en tractieterreinen in Nederland 1839 - 1958 - H. Waldorp, J.G.C. van der Meene - Uitgeverij Schuyt & Co, 1992 ISBN 90-6097-323-2
  • Portret van een 160-jarige - P. Henken - Maandblad: Railmagazine, 46e Jaargang - november 2024 nummer 419 Blz: 58-64 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489
  • Stoom bij NS in de jaren dertig | Nederlandse stoomlocomotieven door Britse fotografen geportretteerd - H. van Poll - Uitgave: WBOOKS ISBN: 978 94 625 8437 2

  1. Stadskanaal Klassieke beveiliging