T - Treinstellen Plan T

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

In 1961 wordt een nieuw revolutionair treinstel afgeleverd, welke lijkt op het Materieel '54, maar volgens de nieuwste technieken van dat moment gebouwd is. Dit materieel zal bekend gaan worden als Materieel '64 en te verdelen in een vierdelige variant (Plan T) en een tweedelig treinstel (Plan V).

Geschiedenis

Op 6 juli 1961 maakt de 501 zijn eerste proefritten op het Nederlandse spoorwegnet. Het treinstel was omgedoopt tot Treinstel Toekomst. Het werd gezien als het prototype voor een geheel nieuwe generatie stroomlijn materieel. Men was in 1934 al met stroomlijn materieel begonnen, met de DE-III en de elektrische variant uit 1935. De serieproductie van dit type treinstel begon in 1963 met de bouw van nog eens 30 vierdelige treinstellen en 246 tweedelige treintellen. De laatste tweewagenstellen werden in 1976 geleverd. Voor de bouw van de vierdelige treinstellen was Werkspoor verantwoordelijk. Plan T was tevens de laatste serie treinstellen met alle voorzieningen aan boord. Met het programma ‘Spoorslag ‘70’ werden dit soort treinstellen met alle voorzieningen niet meer wenselijk geacht. Aanvankelijk dacht men dat het materieel ongeveer 30 jaar mee zou gaan, maar sommige stellen hebben de 45 jaar in rijdende dienst gehaald.

De eerste plannen voor het nieuwe type treinstel ontstaan in 1957. Het nieuwe materieel zou afwijkend zijn ten opzichte van het eerder gebouwde stroomlijn materieel. Het zou ook niet meer koppelbaar zijn met oudere typen, omdat op deze manier de technische inovaties niet of gedeeltelijk konden worden ingevoerd. Hierbij valt te denken aan elektropneumatische remsystemen, centrale deursluiting en -vergrendeling. Het meest opvallende was gewichtsreductie om op deze manier een hogere aanzetversnelling te kunnen geven. De eerste aanbieding van Werkspoor kwam in 1959 voor het Treinstel Toekomst, zoals het plan was gaan heten. Het treinstel mocht maximaal 170 ton wegen en binnen 100 seconden en 2,1 kilometer een snelheid van 120 kilometer per uur kunnen bereiken. In vergelijking, een vierwagen stel materieel '54 woog 213 ton en deed er 210 seconden over om op 120 kilometer per uur zitten. In maart 1960 werd de opdracht gegeven voor de bouw van het prototype en in juli 1961 werd het treinstel door Werkspoor afgeleverd. Dit was anderhalve maand later dan gepland. Dit werd veroorzaakt doordat de rijtuigbakken ernstiger te vervormen dan was toegestaan. Het treinstel voldeed boven verwachting. Het stel woog 163 ton en had 80 seconden nodig om 120 kilometer per uur te rijden. Na 100 seconden reed het 132 kilometer per uur.

Voor de aflevering van de 501 waren reeds de Plan U treinstellen 111-115 afgeleverd. Deze dieseltreinstellen hadden veel overeenkomsten met de elektrische variant. Zo was de kopvorm ongeveer gelijk. Deze vorm was afgeleid van de TEE DE-4 treinstellen. De treinstellen hadden eveneens beschikking over centrale deursluiting en -vergrendeling, koersrollen, ontbrekende schortplaten onder de looprijtuigen. Daarnaast waren zij eveneens lichter dan hun voorgangers. De 501 was hiermee vergeleken minder vernieuwend. In vergelijking met hun voorgangers van het materieel 1946 en materieel 1954 was het treinstel 1 treinstel, terwijl de voorlopers in feite twee kortgekoppelde tweewagenstellen waren. Hierdoor kon een aanzienlijke gewichtsbesparing bereikt worden.

Na een jaar van proefritten door de 501 werd door de NS opdracht gegeven voor de bouw van 30 treinstellen, de 502 - 531. In augustus 1962 werden de 502 - 511 in opdracht gegeven. Deze stellen waren van een gewijzigd ontwerp naar aanleiding van de ervaringen met de 501. Een paar maanden later werden de 512 - 531 besteld. De 502 reed op 18 december 1963 zijn eerste proefritten. De aflevering vond plaats in januari 1964 en de indienststelling in maart 1964. Uitbreiding van het aantal treinstellen was niet meer aan de orde na de instroom van Plan V. Eventuele nieuwe Plan T treinstellen zouden dan geen grote bagageruimte en restauratie afdeling meer gaan krijgen.

In het begin kenmerkte de treinstellen zich met problemen aan de nieuwe zwenk/zwaaideuren met centrale deursluiting. Deze werden niet vergrendeld en de trein mocht daarom niet vertrekken. Na diverse pogingen om het probleem te verhelpen waarbij luchtcilinders en deurrubbers werden vervangen, werden deze een groot succes. Zelfs Plan U werd met deze deuren uitgerust na problemen met hun schuifdeuren.


Technische gegevens

De beide middenrijtuigen waren voorzien van motordraaistellen en de elektrische apparatuur bevond zich ook in en onder deze bakken. De AD was voorzien van twee stroomafnemers. Onder het Bk1 rijtuig was de laagspanningvoorziening (batterijen, motorgeneratoren en de laagspanningkast) aangebracht. Onder het Bk2 rijtuigen waren de twee compressoren aangebracht. Het Bk1 rijtuig woog 38 ton en het Bk2 rijtuig 36 ton. De 501 woog in totaal 163 ton.

De serie treinstellen werden door alle aanpassingen langer dan de 501 en het gewicht kwam uit op 169 ton.


Uitvoering

De treinstellen waren ontworpen in de geest van hun voorlopers. Dit hield in dat de 501 uitgerust was met een bagage afdeling, een keukenafdeling en een ruim aanbod van eerste klas plaatsen. In de serie treinstellen was een keuken/restauratie weer ingebouwd en de bagage afdeling weer vergroot. In de 501 had men getracht om deze afdelingen te verkleinen. Door de grotere uitvoering van deze afdeling in de serie treinstellen pasten zij niet meer in 1 rijtuigbak en werden verdeeld over beide middenrijtuigbakken. Hierdoor ontstonden een BD rijtuig met de bagageafdeling, restauratie afdeling in de tweede klas. Het eerste klas rijtuig kreeg er een tweede klas afdeling bij.

De rijtuigen waren voorzien van balkons midden in de rijtuigbak, direct na de draaistellen. Deze spreiding van balkons was het beste voor snelle stoptreinen en voor de langere afstand. Van buiten viel dit op bij alle treinstellen. Vanaf de bakeinde tot het eerste balkon waren er 3 ramen, in het midden tussen de balkons 5 grote ramen en 1 klein raam. Deze was al dan niet van het toilet. Vanaf het laatste balkon tot aan de cabine waren 2 ramen geplaatst.

Opvallend met de voorgangers was de veranderde kopvorm, de brede crèmekleurige band over de zijwand (met uitzondering van de deuren), de deuren die gelijk liggen met de zijwand en het ontbreken van de schortbeplating. Hierdoor leek het treinstel 'hoog' op de wielen te staan. In lijn met de voorgangers was het treinstel groen geschilderd. Het treinstel werd nog wel voorzien van bevestigingspunten voor koersborden, naast de 4 grote koersrollen die aangebracht waren. Verder was het treinstel aan de buitenzijde voorzien van emaille borden voor klasse aanduiding, treinstelnummer en niet roken.

Het treinstel 501 bestaat uit twee identieke koprijtuigen, de Bk1 en Bk2. Daartussen zijn de B en AD geplaatst. De serie treinstellen bestaan eveneens uit de identieke Bk1 en Bk2, maar daartussen zijn de AB en BD rijtuigen geplaatst. De 502 - 511 waren bij aflevering voorzien van aanzuiging voor de koellucht van punten onder aan de bak. Vanaf de 512 vond de aanzuiging plaats vanaf het dak. De 502 - 511 kregen dit later door middel van een constructiewijziging.

De indeling van de 501 was als volgt:

Bk1: cabine,

AD: bagage afdeling met 1 schuifdeur

B:

Bk2: cabine

Als gevolg van een grotere afdeling voor bagage en restauratie van de serie treinstellen, waren deze in de midden rijtuigen anders ingedeeld. De indeling van de 502 - 531 was als volgt:

Bk1: cabine, 2 coupés tweede klas.

AB: eerste klas afdeling met en een afdeling tweede klas met

BD: bagage afdeling met dubbele schuifdeuren.

Bk2: 2 coupés tweede klas, cabine


De 501 bood aan tweede klas en aan eerste klas reizigers een zitplaats. De 502 - 531 aan tweede klas en aan eerste klas reizigers een zitplaats. Tevens waren de stellen voorzien van klapzittingen. Deze klapzitten zijn voorzien van een een dikke laag schuimrubber. Deze hebben tot de eerste revisieronde in de treinstellen gezeten. Deze werden toen vervangen door dunne klapzittingen, voorzien van een imitatie houtnerf structuur aan de bovenzijde en een grijze onderkant. Pas bij de R7 beurt werden deze weer vervangen door een zachtere versie. De 501 was voorzien van bordjes tweede klasse, terwijl de serie stellen dit ontbeerden. De 501 was tevens voorzien van emaillen bordjes niet roken, terwijl de serie stellen deze bordjes van aluminium hadden.


Deelserie's

Plan T is in 4 subserie's afgeleverd. Deze zijn bekend als serie TT - T3. De treinstellen waren als volgt onder gebracht:

  • TT: 501
  • T1: 502 - 511
  • T2: 512 - 521
  • T3: 522 - 531


Inzet

De eerste inzet van de 501 vond plaats tussen Utrecht - Zwolle en Utrecht - Baarn. Het publiek kon op deze manier kennis maken met het nieuwe treinstel en de ervaringen werden gebruikt voor de vervolgserie treinstellen.

De inzet van de treinstellen was bedoeld voor zowel stop- als sneltreinen. Vandaar ook de uitvoering met een keuken/restauratie afdeling. Vanaf 7 maart 1964 werden de eerste diensten gereden in Noord Holland. Er waren 4 diensten beschikbaar voor 5 treinstellen. Ze gingen rijden in de serie 2400 tussen Amsterdam en Den Helder. Dit was een stoptrein die in een uursdienst reed, aangevuld met een stoptrein tussen Amsterdam en Uitgeest. In Uitgeest werd aansluiting geboden op de stoptrein Haarlem - Alkmaar. Bij de instroom van meer Plan T werd de halfuursdienst tot Uitgeest verlengd tot aan Alkmaar. De dienstregeling die op 31 mei 1964 inging, voorzag in een snellere uitvoering op de Zaanlijn (Zaandam - Uitgeest). Dit vanwege de hoge stationsdichtheid en de hogere aanzetversnelling van het nieuwe materieel. De rijtijd tussen Amsterdam en Alkmaar werd met 8 minuten verkort en van Amsterdam tot aan Den Helder zelfs met 15 tot 18 minuten. Dit werd met name veroorzaakt door het stationnement in Alkmaar met 7 minuten te verkorten. Er werden 9 diensten gesteld en een reservedienst in Amsterdam. Tot 1968 zouden de treinstellen hier blijven rijden, waarna zij vervangen werden door ouder stroomlijnmaterieel.

Vanaf december 1964 stroomden de stellen in in de serie 2200 Amsterdam - Alkmaar via Haarlem. In deze serie waren tevens enkele spitsslagen Haarlem - Zandvoort en Amsterdam - Beverwijk opgenomen. Met ingang van de zomerdienst 1965 rijden de treinstellen ook via de Oude Lijn naar Rotterdam. Met ingang van de dienstregeling 1965/1966 werd deze dienst doorgetrokken naar Dordrecht en ingelegd in de serie 1000. In deze serie was ook voor het eerst de restauratie afdeling in gebruik. In Noord Holland was dat nog niet het geval. Met de komst van Plan V in 1966 werden een aantal treinen versterkt, waardoor een tweede Plan T uitgespaard kon blijven en waarmee meer diensten in de serie 2200 werden uitgevoerd.

Door het vrijkomen van treinstellen op de verbinding Amsterdam - Den Helder komt er een nieuwe inzet voor 8 treinstellen. Er gaan 4 treinstellen rijden in de stoptreinen Amsterdam - Amersfoort en nog eens 4 in de stoptreinen Amsterdam - Arnhem. Dit waren de trajecten die speciaal bedoeld waren voor Plan T, de snellere stoptreindienst. In 'Spoorslag '70' werden de Plan T treinstellen niet intercity waardig bevonden en kregen zo de sneltreinen en een soort van secundaire intercity's toebedeeld. Dit vond met name plaats in Noord Holland. Stoptreindiensten werden met name in de spits gereden. De treinstellen bleven met name naar IJmuiden rijden en in tot Uitgeest ingekorte stoptreindienst Amsterdam - Alkmaar via Haarlem. De serie 1000 op de Oude Lijn werd ingekort tot Rotterdam - Leiden. De vrijgekomen treinstellen kwamen zodoende terecht in de stoptreinen Utrecht - Baarn en Utrecht - Zwolle. Een jaar later kwamen de treinstellen echter weer terug in Noord Holland en bleven hier vervolgens 20 jaar lang rijden. Plan T kwam nu weer terug in de intercitydienst naar Den Helder. In Zaandam vond de koppeling plaats met de stoptreinen. Dit vanwege de openingstijden van de Hembrug en op deze manier werd voorkomen dat er een optocht van treinen reed. Treinen tot 10 bakken waren tussen Amsterdam en Zaandam als eerste te zien in deze periode. De inzet op de Oude Lijn werd ook weer uitgebreid. De treinen kwamen terecht in de serie 1200 die afwisselend als snel- of stoptrein reed van Amsterdam naar Eindhoven/Venlo via Rotterdam en Tilburg. In de serie 3400 vond hetzelfde plaats, maar dan tot Rotterdam. Een enkele dienst werd nog maar gereden tussen Utrecht en Baarn, Utrecht en Leiden, de Veluwelijn en de Gooilijn. Plan V vormde hier de hoofdmoot. De serie's 1200 en 3400 werden in 1973 hernoemd naar 5200 en 5400. Plan T vormde hierin de basis, aangevuld met andere treinstellen Plan T of Plan V. In 1975 werd hun rol in Noord Holland beperkt als gevolg van een uitgebreide proef met 42 treinstellen Plan V, welke voorzien waren van Telerail. Vanaf 1976 kwam een treinstel te rijden in de serie 900 op zondagochtend tussen Zandvoort en Eindhoven. Ook volgden inzetten in de Valkenburg expressen vanauit Rotterdam en Den Haag. Tevens volgde een inzet in het week in de serie 4300 tussen Zwolle en Roosendaal.


Door de problemen met ICR rijtuigen en DD IRM treinstammen werden de treinstellen ingezet in de serie 3600. Hierdoor nam wel de capaciteit af, waardoor treinen te klein gingen rijden.


Onderhoud

De treinstellen waren vanaf het moment van aflevering in onderhoud in de lijnwerkplaats Leidschendam. Met ingang van 19 kwamen de 31 treinstellen in Amsterdam Zaanstraat in onderhoud.


Inzet per dienstregeling jaar

  • 1964: 2400
  • 1965: 2200, 2400
  • 1966: 1000, 2200, 2400
  • 1967:
  • 1968:
  • 1969: 1000, 1300
  • 1970: 1200, 3400
  • 1971: 1200, 3400
  • 1972: 1200, 3400
  • 1973: 5200, 5400
  • 1974:
  • 1975:
  • 1976: 900
  • 1977:
  • 1978:
  • 1979:
  • 1980:
  • 1981:
  • 1982:
  • 1983:
  • 1984:
  • 1985:
  • 1986:
  • 1987:
  • 1988: 1900
  • 1989:
  • 1990: 1900
  • 1991:
  • 1992:
  • 1993:
  • 1994:
  • 1995:
  • 1996:
  • 1997:
  • 1998: 5700, 9900
  • 1999: 4000
  • 2000:
  • 2001:
  • 2002:
  • 2003: 5100, 7500
  • 2004: 7500
  • 2005: 3400, 3900, 5000, 5100, 5700, 7600, 8800
  • 2006: 5700, 7500, 7600
  • 2007: 3400, 3700, 5700, 6300
  • 2008: 4400, 5100, 7400
  • 2009: 4900, 5100, 5700
  • 2010: 12100


Revisie

Eind 1966 en begin 1967 werden aan de oudste treinstellen de eerste kleine revisie (H2) gegeven. In deze tijd werden de revisietermijnen steeds verlengd. Halverwege 1971 onderging de 531 als laatste deze eerste revisie. Op dat moment hadden de 502 en 504 al hun tweede revisie gehad.

De R4 revisie was de grote revisie, die halverwege de levensduur wordt gegeven. Hierbij wordt de hele bak kaal gemaakt en alle elektrische kabels, interieur etc vervangen door nieuw. Na de grote revisie is de geldigheid van de revisietermijn opgetrokken van 5 jaar naar 7,5 jaar.

Bij aflevering van het materieel ging men er van uit dat na vijf en tien jaar een kleine revisie zou worden uitgevoerd. Deze staan dan bekend als H2 beurten. Na vijftien jaar vind dan een grote revisie plaats, de H3. Na twintig en vijfentwintig jaar zouden nog weer een tweetal H2 beurten volgen en bij het bereiken van dertig jaar zou afvoer plaats gaan vinden. Alleen de 501 heeft een H3 beurt gehad, omdat in die tijd het schema verandert. De derde revisie wordt vervangen door een uitgebreide kleine beurt. Deze wordt in de benaming R3 genoemd. Ook krijgt de 501 als enige een R5 revisie, in plaats van een R4 revisie. De 501 is een aantal jaren ouder en heeft zijn grote revisie al gehad in 1977, terwijl de serie stellen pas vanaf 1982 aan de beurt zijn. Derhalve heeft het stel ook geen R4 revisie gehad.

De 501 heeft bij zijn R3 beurt in 1977 een complete cascorevisie gekregen. Dit houdt in dat slechte stukken plaatwerk worden vervangen door nieuw plaatwerk. Het slechte plaatwerk werd veroorzaakt door het binnendringen van water tijdens regen en wasbeurten. Belangrijkse oorzaak waren de gebruikte ramen. Pas bij de R5 beurt werden de ramen vervangen door zogenoemde 'Sprinterramen'. Bij de R3 beurt werden tevens tientallen afwijkingen gelijkt gemaakt met de serie treinstellen. Ook werd de kleine keuken in het AD rijtuig verbouwd tot volwaardige keuken.

De grote revisie, R4, bij de serie treinstellen hield onder andere in het vervangen van de polyester deuren met de grote ramen door aluminium deuren met kleine ramen, nieuwe draaicilinders voor de deuren, vervangen van de polyester dakluiken door stalen exemplaren, dichtmaken van de regengoten en het vervangen van de eerste klas bekleding.

Ten tijde van de R4 beurt voor de serie treinstellen, onderging de 501 een R5 beurt. Het stel had immers al een grote revisie gehad. De R5 beurt komt qua zwaarte tussen een kleine en grote revisie in te liggen. Er worden nog een aantal afwijkingen ten opzichte van de serie treinstellen weggewerkt en worden de ramen aangepast naar de alom gebruikte 'Sprinterramen'. Deze ramen bestaan uit 3 delen, waarvan aan de bovenzijde de ene helft als vast raam is uitgevoerd, terwijl de andere helft als schuifraam is uitgevoerd. Het treinstel wordt opnieuw geschilderd en voorzien van nieuwe bekleding in de tweede klas. Ook kreeg het stel wijzigingen zoals de serie treinstellen die kregen bij hun grote revisie beurt. Hierbij valt te denken aan het vervangen van de deuren etc. Verder wordt het treinstel voorzien van cabine ventilatie, elektrische bediende koersrollen, een statische omzetter in plaats van batterijen. Aan de bakindeling wordt niets gewijzigd, zodat er 7 toiletten in het treinstel blijven zitten en de bagage afdeling niet wordt omgebouwd tot sta ruimte.

In 1989 gaat de revisie R6 van start. Dit zou volgens de planning de laatste revisie beurt van de treinstellen worden. Bij deze revisie wordt de centrale deursluiting gewijzigd naar de standaard zoals de treinstellen vanaf 1990 tot 2010 rond rijden. Deze standaard is te herkennen aan de dubbele verbinding tussen stangen en deuren.

De laatste revisie die de treinstellen ondergingen, was de R7. Deze revisie is uitgevoerd tussen 1998 en 2002. Deze revisie was niet gepland, maar door het toegenomen vervoer en het tekort aan rijvaardig materieel werd besloten om de treinstellen Plan T alsnog een revisie te geven. Tijdens deze revisie werd het volledige interieur vervangen. De grootste verbouwing vond plaats in het BD rijtuig. De bagage afdeling kwam te vervallen en werd omgebouwd tot balkon en reizigersafdeling. Het werd hiermee een gewoon B rijtuig. De schuifdeuren en de kleine ramen werden vervangen door ramen en zwenk-zwaaideuren voor het balkon. De restauratie afdeling veranderde in een gewone open afdeling tweede klas. Het bestaande balkon werd vergroot om zo ruimte te scheppen voor het vervoer van fietsen, dit gaat wel ten koste van het toilet en de hc ruimte. De hc ruimte kwam niet meer terug in het treinstel. In het AB rijtuig werden de 4 coupés eerste klas verbouwd tot 2 open afdelingen met middengang. De kopcoupés in de Bk rijtuigen werden omgebouwd tot een open afdeling met coupé indeling. Op deze manier ontstond er een beter zicht en controle van de mensen die daar zaten. De bedoeling hiervan was het terugdringen van het aantal brandstichtingen in deze coupés. Alle banken zullen vervangen worden door individuele stoelen, welke ook gebruikt zijn in de treinstellen SM'90 en DM'90. Ook werd het verdere interieur, verlichting en toiletten vervangen of vernieuwd. Van de buitenzijde waren de gereviseerde te herkennen aan de grijs geblindeerde buitenste cabineramen en een grijze omlijsting van de overige ramen. De treinstellen 502-531 ondergingen deze revisie. De 501 werd als te afwijkend beschouwd en niet meegenomen in het fl. 70 miljoen kostende revisieplan. De terzijde gestelde en beschadigde 515 werd weer volledig opgebouwd. De 502 werd als eerste binnen genomen. Aflevering liet enige tijd op zich wachten, doordat de Bk1 naar Utrecht was overgebracht voor de expositie 'Bestemming: Klant'. Op 7 mei 1999 werd het rijtuig weer naar Haarlem overgebracht.


Bijzondere uitvoeringen

  • Treinstel 520 werd van tot 2010 in Tilburg aangepast voor de rijdende tentoonstelling van het Nationaal Comité 4 & 5 mei. In het treinstel waren de volgende ruimten te vinden: Tentoonstellingsruimte, Theater ruimte, Niet weggooien tentoonstelling, VIP ruimte, Discussie ruimte en de zit coupé. Het treinstel reed 5 weken lang mee in de normale dienstregeling. Hiermee kwam het treinstel onder andere in . Op bepaalde dagen in het weekend stond het treinstel stil te voor speciale evenementen. Het treinstel werd hiermee de vervanger van de 763, welke 15 jaar eerder als '1 voor allen'-trein door het land reed.
  • Treinstel 522 werd gesplitst in twee delen in Haarlem op . Het Bk1 en B rijtuig werden naar het Siemens testcentrum overgebracht te Wildenrath voor het meten van stoorstromen die kunnen optreden bij de HSL Zuid. De rijtuigen werden op 28 september 2010 overgebracht van Haarlem naar Wildenrath. Vanaf Haarlem tot Venlo stond de 6434 voor de trein. De testen vonden plaats eind 2010 en in 2011. Op 14 december 2011 kwamen de beide rijtuigen weer terug naar Nederland en werden in Amersfoort opgeslagen. De rit vond plaats achter diesel locomotief 6500 van DB Schenker Rail Nederland. De beide bakken zijn in/bij een voormalige loods van de wagenwerkplaats geplaatst in afwachting tot het volgende meet programma. In de nacht van 1 op 2 april 2012 is het halve treinstel naar Haarlem gesleept voor uitbouw van de meetapparatuur.


Wijzigingen

  • Om trillingen in het interieur te voorkomen, werden de motordraaistellen van de 501 in de periode van juli 1962 tot februari 1963 voorzien van diverse oplossingen om de trillingen te veminderen. In februari 1963 vonden nog een paar proefritten plaats en daarbij werd besloten om de motorneusoplegging van schroefveren in plaats van rubber uit te voeren. Dit werd ook meegenomen voor de overige treinstellen, die reeds in aanbouw waren.
  • Eind 1963 word de automatische koppeling van de 501 hoger geplaatst. Deze is op 61 cm boven de spoorstaaf geplaatst, zoals bij al het voorgaande materieel. Bij de serie treinstellen wordt de koppeling op 103,5 cm boven de spoorstaaf geplaatst. Tevens vindt een aanpassing van de zwenk/zwaaideuren plaats. De deuren worden ingekort, er worden nieuwe rubbers en een nieuw vergrendelingsmechanisme aangebracht.
  • De deurrubbers en luchtcilinders werden diverse keren vervangen na aanhoudende problemen met niet sluitende deuren. In de loop van de jaren '60 is na diverse proeven dit opgelost.
  • Bij aflevering van de stellen 512 - 521 was de aanzuiging van de koellucht op het dak geplaatst. Bij de 502 - 511 vond dat onder aan de bak plaats, waarbij zich veel problemen voordeden bij sneeuw dat zorgde voor vocht en kortsluiting in de motoren. Bij de 502 - 511 werd dit in 19 door middel van een constructiewijziging gewijzigd.
  • Als voorloper van de Telerail werden een aantal treinstellen van diverse materieeltypen uitgerust met een radio installatie. De 523 werd 1 van de proefstellen en werd in 1971 voorzien van deze installatie.


  • In september 1982 wordt als proef bij de 501 een handbediende pneumatische rem aangebracht ter bestrijding van het doorgelijden tijdens herfstachtige omstandigheden.


  • Vanaf werden de oorspronkelijke polyester deuren vervangen door aluminium exemplaren. Vervanging was nodig doordat de deuren krom begonnen te trekken als gevolg van waterinwerking. Het stalen frame van de ruiten en de veer gingen roesten. Door deze roestvorming konden ook de ruiten niet meer dicht. Tevens werden de grote zijruiten vervangen door kleinere ruiten.
  • Treinstel 517 werd in omgebouwd voor proefnemingen, nadat het schade had opgelopen bij een brand te als gevolg van in de snelschakelaarkast. Naast de oorspronkelijke tractie installatie werd een draaistroomtractie installatie van Holec aangebracht. Deze installatie zou ook bij de nieuw te bouwen treinstammen IRM toegepast gaan worden. Tevens werden de bakken voorzien van draaistellen, zoals die bestemd zijn voor de proefserie SM'90. Nadat de proeven als proefstel waren afgerond, werd het op 27 juli 1992 binnengenomen in de Hoofdwerkplaats Haarlem. Bij een proefrit op 25 augustus 1992 strandde de rit als gevolg van een brand in de snelschakelaarkast. Na herstel volgde een nieuwe periode van proefritten tussen Venlo en Eindhoven. Op 23 november 1992 kwam het treinstel terug in dienst. Tot januari 1994 bleef het treinstel met de draaistroomtractie installatie rijden.


ATB inbouw

Nummer Inbouw in Inbouw uit Nummer Inbouw in Inbouw uit
Inbouw ATB
501 22 april 1968 17 mei 1968 517 24 april 1967 12 mei 1967
502 4 december 1967 19 december 1967 518 30 augustus 1967 14 september 1967
503 16 augustus 1967 31 augustus 1967 519 13 december 1967 29 december 1967
504 26 oktober 1966 9 december 1966 520 18 maart 1968 2 april 1968
505 19 oktober 1967 3 november 1967 521 6 november 1967 21 november 1967
506 19 juni 1967 4 juli 1967 522 10 januari 1968 25 januari 1968
507 16 mei 1967 31 mei 1967 523 29 februari 1968 15 maart 1968
508 27 oktober 1967 13 november 1967 524 1 juni 1967 16 juni 1967
509 18 januari 1968 2 februari 1968 525 11 september 1967 26 september 1967
510 11 april 1968 29 april 1968 526 13 februari 1968 28 februari 1968
511 8 maart 1968 25 maart 1968 527 5 februari 1968 20 februari 1968
512 16 november 1967 1 december 1967 528 20 december 1967 9 januari 1968
513 3 oktober 1967 18 oktober 1967 529 3 april 1968 19 april 1968
514 24 november 1967 11 december 1967 530 21 februari 1968 7 maart 1968
515 2 januari 1968 17 januari 1968 531 26 januari 1968 12 februari 1968
516 26 maart 1968 10 april 1968

Huisstijl

Vanaf 1968 kwamen de treinstellen in het geel op de baan. De eerste was de 522, welke in 1968 geel werd nadat het treinstel ook hersteld werd van schade na ontspoord te zijn in Roosendaal. Ook de 503 en 521 zijn geel geworden na schade. De 503 had brandschade in de Bk en BD en de 521 reed op 2 in het spoor gelegen vaten bij Bilthoven. De 502 en 511 zijn bij een draaistelrevisie geel geschilderd.

Nummer Groen in Geel uit Nummer Groen in Geel uit
Overzicht omschilderingen
501 5 januari 1970 1 mei 1970 517 1 december 1972 29 januari 1973
502 24 januari 1969 518 29 augustus 1969
503 25 september 1969 519 11 februari 1974
504 3 mei 1971 2 juli 1971 520 21 februari 1969
505 20 december 1971 11 februari 1972 521 19 september 1969
506 18 oktober 1971 17 december 1971 522 3 oktober 1968
507 13 mei 1977 523 28 mei 1969
508 8 augustus 1972 27 september 1972 524 25 april 1974
509 4 oktober 1972 24 november 1972 525 16 augustus 1974
510 7 april 1972 31 mei 1972 526 9 september 1970
511 527 15 december 1970
512 13 april 1973 528 9 mei 1975
513 11 oktober 1973 529 11 november 1975
514 28 november 1969 530 27 oktober 1970
515 1 december 1973 531 5 juli 1971 25 augustus 1971
516 30 juni 1970


Vernummeringen

Enkele tijdelijke vernummeringen daargelaten als gevolg van tijdelijke bakwisselingen, zijn de treinstellen niet vernummerd geweest.


Schadegevallen

  • Op 21 mei 1965 raakte de 513 beschadigd door brand in de snelschakelaarkast toen het onderweg was als trein 24 en strandde bij Heiloo. Het BD rijtuig brandde volledig uit. Het AB en Bk2 rijtuig liepen eveneens schade op. Het treinstel werd naar Alkmaar gesleept en vervolgens naar het Revisiebedrijf Haarlem overgebracht. Na 3 dagen in Haarlem gestaan te hebben, werd het naar Utrecht gesleept voor herstel bij Werkspoor. Hier werd het treinstel hersteld en herbouwd. In juni 1966 werd het treinstel weer afgeleverd en in dienst gesteld.
  • Op 2 november 1966 ontspoorde de 521 te Halfweg toen het onderweg was als trein 1018. Het treinstel reed met te hoge snelheid over een aftakkend wissel. Hierbij raakte alle rijtuigen beschadigd. De Bk1 kwam dwars in de berm te staan, Het BD rijtuig kwam in zijn geheel naast het spoor te staan, terwijl de AB en Bk2 half op hun kant in een sloot terecht kwamen. Op 7 november 1966 kwam het treinstel aan in Revisiebedrijf Haarlem voor herstel. Aflevering vond plaats op 24 juli 1967. Van deze mogelijkheid werd tevens gebruik gemaakt om het stel een kleine revisie (H2) te geven.
  • Op 17 juli 1967 was de 529 betrokken bij een botsing te Rotterdam. Op 21 juli 1967 kwam het stel naar Haarlem. Na een bakwisseling met de 521 kwam de 529 met de koprijtuigen van de 521 weer terug in dienst. Op 13 oktober 1967 kwam de 529 weer met de eigen koprijtuigen weer in dienst.



  • Op 3 augustus 1970 raakte de 523 beschadigd door brand. De middenrijtuigen raakte ernstig beschadigd. Op 5 augustus 1970 kwam het stel aan te Haarlem, alwaar het werd hersteld. Op 15 maart 1971 werd het treinstel hersteld afgeleverd.



  • Op raakte de 517 beschadigd door brand in de snelschakelaar van het BD rijtuig. In de Hoofdwerkplaats Haarlem werd de schade hersteld. Tevens werd het stel voorzien van een draaistroomtractieinstallatie en andere draaistellen ten behoeve van nieuw af te leveren materieel (IRM en SM'90).
  • Op 23 juli 1993 raakte de 503 beschadigd door een aanrijding met een dorsmachine te . Het treinstel was onderweg als trein van naar toen het ter hoogte van een dorsmachine op zijn pad tegen kwam. Het Bk2 rijtuig raakte hierbij beschadigd. Het treinstel werd in Haarlem hersteld, waarbij het Bk2 rijtuig werd voorzien van een nieuwe kop.


  • Op 31 januari 1996 werd er brand gesticht in het Bk1 rijtuig van de 515. Het stel werd na een tijdelijke bakwisseling met de 517 terzijde gesteld en afgevoerd. Het Bk1 rijtuig werd gebruikt voor brandweeroefeningen en werd in Onnen gestald. Hier werd het treinstel gevandaliseerd en vervolgens overgebracht naar Amsterdam en Haarlem om nog verder geplukt te worden. Na de plukacties werd het treinstel naar Zwolle opgezonden om op Zwolle Rangeerstation te worden neer gezet in afwachting van sloop. Op 6 februari 1998 werd het stel naar Haarlem overgebracht om het Bk2 rijtuig te wisselen met de Bk2 van de 518. Medio februari 1999 werd er echter besloten om het treinstel te laten reviseren en weer in dienst te stellen.
  • Op 21 januari 1998 werd er brand gesticht in het Bk2 rijtuig van de 518. Het treinstel was op dat moment onderweg in trein 9936, toen in Leiden de brand ontdekt werd. Het Bk2 rijtuig brandde gedeeltelijk uit. Om het stel weer snel op de baan te krijgen, werd het beschadigde rijtuig uitgewisseld met die van de 515. Op 17 juli 1998 werd het treinstel na bakwisseling met de Bk2 van de 515 weer in dienst gesteld.
  • Op 5 november 1999 werd er brand gesticht in de Bk1 van de 529. Het treinstel was onderweg als achterste stel van trein 5176. Op 8 november 1999 liep het treinstel het Revisiebedrijf Haarlem binnen voor schade herstel.
  • Op 11 oktober 2005 raakte stel 523 beschadigd door brand in de snelschakelaar te Berghem. Het stel was als trein 4422 onderweg van 's Hertogenbosch naar Nijmegen. Het B rijtuig raakte hierbij zwaar beschadigd. In de loop van de nacht werd het treinstel via Arnhem en Utrecht naar Revisiebedrijf Haarlem overgebracht. Het B rijtuig werd niet meer hersteld en werd uiteindelijk gesloopt


Bakwisselingen

  • Op 21 augustus 1967 kwam stel 521 weer naar Haarlem. Hier werden de koprijtuigen afgekoppeld en toegevoegd aan de middenrijtuigen van de 529, welke schade had aan de koprijtuigen. Op deze manier werd 1 treinstel aan de dienst onttrokken. De middenrijtuigen van de 521 vertrokken samen met Plan E rijtuig A 6519 op 25 augustus 1967 naar de Klimakammer in Wenen voor onderzoek. Op 26 september 1967 kwamen de rijtuigen weer in Haarlem aan en werd de tijdelijk bakwisseling tussen de 521 en 529 ongedaan gemaakt. De treinstellen kwamen op 12 en 13 oktober 1967 weer in dienst.


In 1966/1967 vond een tijdelijke bakwisseling plaats tussen de 519 en 521 van de tussenrijtuigen. De stellen hadden schade opgelopen en zodoende werd tijdelijk maar 1 treinstel aan de rijdende dienst onttrokken.


  • In 1993 vonden diverse bakwisselingen plaats tussen 3 treinstellen. Treinstel 503 had op 23 juli 1993 botsschade opgelopen te waarbij het Bk2 rijtuig beschadigd raakte. De 512 had op een waarbij het Bk1 rijtuig beschadigd raakte. De 512 wisselde zijn Bk1 rijtuig met die van de 503. De 517 deed op dat moment dienst met een draaistroom tractie installatie. Deze was in het BD rijtuig echter defect geraakt als gevolg van . Hierop werd het BD rijtuig gewisseld met die van de 503. In juni 1994 werden de bakwisselingen ongedaan gemaakt, zodat de 3 treinstellen allen weer met hun eigen rijtuigen in dienst kwamen na herstel.


  • Omdat de 515 met een beschadigd Bk1 rijtuig kampte na brandstichting in januari 1996 en de 527 een storing had in de AB + B rijtuigen, werden deze rijtuigen tijdelijk gewisseld.


  • In februari 1998 zou het Bk2 rijtuig van de 515 gewisseld met de 518, welke ook met brandstichting kampte. De daadwerkelijke wisseling vond pas later plaats, nadat in mei toestemming was gegeven tot het uitvoeren van de wisseling. Pas op 17 juli 1998 vond de daadwerkelijke aflevering van de 518 plaats.


  • In september 2002 wisselden de 521 en 528 hun B rijtuigen te Amersfoort Bokkeduinen. De 528 stond aan de kant met een verbrand Bk2 rijtuig en de 521 had een verbrande tractie installatie opgelopen. De 521 kwam zo weer op de baan. Op 28 april 2003 werden de Bk1 + AB 528 + B 521 in Haarlem binnengenomen om tot 1 treinstel gevormd te worden, samen met de Bk van Plan V 424. Na de nodige aanpassingen van deze bak kwam het treinstel als 528 op XX XX XXXX weer op de baan.
  • Op XX november 2005 kwam treinstel 514 aan te Haarlem, nadat op 28 november 2005 botste te Leiden. In januari 2006 werd het Bk2 rijtuig gewisseld met die van de 522. Stel 522 kreeg op zijn beurt de Bk2 van treinstel 523, dat met ernstige brandschade in het B rijtuig te Haarlem staat. Hiermee is een treinstel van schadebakken onstaan, bestaande uit de Bk1 523 + AB 523 + B 523 + Bk2 514. In de nacht van 22 op 23 april 2006 zijn deze rijtuigen door de 513 naar Amersfoort overgebracht.



Afvoer

Treinstel 515 werd op 31 januari 1996 getroffen door brand. Het treinstel werd afgevoerd op 19 maart 1996 en het werd gebruikt voor brandweeroefeningen, alwaar het Bk1 rijtuig opnieuw in brand werd gestoken. In de werkplaatsen van Onnen, Amsterdam en Haarlem werd het stel vervolgens van alle nog bruikbare onderdelen ontdaan en werd in 1997 op Zwolle Rangeerstation geplaatst in afwachting van sloop. In 1998 vond nog een bakwisseling plaats met de 518. Begin februari 1999 kwam echter het besluit om het stel alsnog een revisie te geven. Het treinstel was op dat moment al een jaar in Haarlem aanwezig.

Op 18 september 2000 rijdt de 501 zijn laatste kilometers in de reizigersdienst en komt er na 39 jaar een einde aan de stamvader van het materieel '64. Het heeft geleid tot 30 vierdelige nakomelingen en maar liefst 246 tweedelige nakomelingen. Het treinstel wordt bij de werkplaats Amsterdam Zaanstraat ontdaan van alle belangrijke onderdelen die nog voor de resterende treinstellen gebruikt kunnen worden. De oorspronkelijk afvoer was gepland voor het voorjaar van 2001, maar door een defect wordt deze planning niet gehaald. Op het moment dat het treinstel aan de kant wordt gezet, is men reeds al 2 jaar bezig om de overige treinstellen te reviseren. Het treinstel wordt als te afwijkend beschouwd en wordt niet meer gereviseerd. De kosten voor dit treinstel werden op 2,25 miljoen euro geraamd. Op 24 januari 2002 wordt het treinstel officieel afgevoerd en op 28 mei 2002 worden de Bk1 en AD in stukken gesneden en op diepladers afgevoerd naar de sloper, gevolgd door de B en Bk2 op 3 juni 2002.


Voor de sloop van de treinstellen die in 2009 waren afgevoerd, werden bij 5 sloopbedrijven offertes aangevraagd en 3 ervan hadden geen ervaring met het slopen van treinstellen. Hierop werd de Bk1 en B van de 513 naar Jos Menten in Haelen gebracht. Voor sloperij Overdie in Zaandam, werden op 28 oktober 2009 9 bakken overgebracht. Het gaat om de 503, 508 en de Bk2 van de 513. De 503 en 508 waren op 20 en 19 oktober 2009 vanuit Amersfoort Vlasakkers overgebracht naar sloperij Beelen in Vlaardingen. Op 2 november 2009 kwam Bk2 ook aan in Zaandam. Op 24 september 2011 zijn de bakken vertrokken uit Zaandam en overgebracht naar Winschoten. Op 27 september 2011 zijn ze aangekomen, alwaar zij door sloopbedrijf Van SimmereN zijn gesloopt.

Na de seriematige afvoer werden een aantal stellen, te weten de 504, 510, 511, 517, 521, 527, 529 en de AB van de 513, in Weert gestald. Aangescherpte milieu eisen van deze gemeente leidde er toe dat de al hier geplaatste treinstellen verplaatst dienden te worden. Er werd ruimte gevonden in Zwolle. In 10 slepen werden alle treinstellen overgebracht achter een V100 van VolkerRail met de 921 als 'koppelwagen'. Op 15 januari ging de 529 met de 960 op reis. Dezelfde avond volgde de 510 met de 808. Op 16 januari werden de 511 en 527 overgebracht. De 511 ging overdag met de 801 op stap en de 527 in de avond met de 838. Op 17 januari volgde overdag de overbrenging van de 521 met de 833. De 517 ging overdag op 18 januari samen met de 828. Als laatste gingen in de avond van 19 januari de 504 en de AB513. De AB513 werd in de 504 geplaatst en zo overgebracht.


Op 13 juli 2011 wordt de 520 van het opstelterrein Utrecht Cartesiusweg opgehaald door locomotief VolkerRail 203-4 en Plan V 880. Het treinstel is overgebracht naar het opstelterrein Dijksgracht.

Op 20 juli 2011 zijn de eerste treinstellen uit Nijmegen opgehaald door de VolkerRail 203-4. Het hierbij om de 819, 827 en de 524. De treinstellen zijn naar de Dijksgracht overgebracht. Als laatste bleef stel 526 over in Nijmegen. Dit stel werd in de nacht van 15 op 16 augustus 2011 van Nijmegen overgebracht naar Onnen, samen met VIRM 8735 achter een diesellocomotief van VolkerRail. Na aflevering van het VIRM stel werd weer koers gezet richting Zwolle, alwaar het stel werd neer gezet. Het stel is vervolgens nog diverse malen gebruikt als remstel om treinstellen over te brengen van onder andere Onnen en Leidschendam naar Haarlem. Ook is het stel gebruikt voor het transport van een aantal rijtuigen uit Haarlem naar Amersfoort. Na al deze uitstapjes is het treinstel overgebracht naar Swifterbant, alwaar het ter beschikking staat van hulpdiensten langs de Hanzelijn. Op 25 oktober 2011 werd het stel van Swifterbant overgebracht naar Amersfoort. Op 9 december 2011 ging het treinstel opnieuw naar Swifterbant voor vervolgoefeningen. Op 23 december 2011 vond de overbrenging plaats terug naar Utrecht via Amersfoort. Utrecht Daalsedijk was op 15 maart 2012 het vertrekpunt om weer naar Swifterbant overgebracht te worden door 4 treinstellen Plan V. De volgorde was 446 + 930 + 475 + 526 + 945. Op 8 mei 2012 kwam het treinstel weer terug naar Amersfoort, ingeklemd tussen de VIRM-VI 8662 en Plan V 953.


Afleverdata

Treinstellen Plan T 501 tot en met 531

Nummer Aflevering In dienst In revisie (H2) Uit revisie (R1) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (R3) Uit revisie (R3) In revisie (R4) Uit revisie (R4) In revisie (R5) Uit revisie (R5) In revisie (R6) Uit revisie (R6) In revisie (R7) Uit revisie (R7) Ter zijde Sloop(rit)
Afleverdata
501 6 juli 1961 13 november 1961 6 september 1965 18 maart 1966 5 januari 1970 1 mei 1970 4 april 1977 (H3) 31 augustus 1977 (H3) n.v.t. n.v.t. 28 mei 1985 10 oktober 1985 22 april 1993 6 juli 1993 n.v.t. n.v.t. 24 januari 2002 BK1 + AD 28 mei 2002; B + Bk2 3 juni 2002
502 XX januari 1964 7 maart 1964 XX november 1966 16 december 1970 25 februari 1971 31 maart 1982 n.v.t. n.v.t. 21 september 1989 26 januari 1990 31 augustus 1998 21 mei 1999 11 augustus 2008 11 april 2011
503 XX januari 1964 7 maart 1964 XX december 1966 1 september 1971 22 oktober 1971 24 augustus 1982 n.v.t. n.v.t. 5 februari 1990 26 april 1990 19 oktober 1998 16 maart 1999 2 juni 2008 27 september 2011
504 XX januari 1964 7 maart 1964 XX oktober 1966 3 mei 1971 2 juli 1971 1 juli 1982 n.v.t. n.v.t. 13 maart 1990 31 mei 1990 28 december 1998 16 april 1999 7 juli 2008 Bk2: 16 juni 2011; AB + B + Bk1: 21 juni 2011
505 XX januari 1964 7 maart 1964 XX mei 1967 20 december 1971 11 februari 1972 4 mei 1985 n.v.t. n.v.t. 25 juli 1990 16 maart 1999 2 juli 1999 24 oktober 2008 8 juni 2011
506 XX februari 1964 7 maart 1964 XX april 1967 18 oktober 1971 17 december 1971 22 november 1982 n.v.t. n.v.t. 15 mei 1990 16 juli 1990 1 februari 1999 23 april 1999 3 augustus 2008 16 mei 2011
507 XX februari 1964 XX maart 1964 XX juni 1967 14 februari 1972 31 maart 1972 21 maart 1982 n.v.t. n.v.t. 27 juni 1990 14 april 1999 29 juli 1999 23 januari 2009 1 juli 2011
508 XX februari 1964 XX maart 1964 XX december 1967 8 augustus 1972 27 september 1972 7 november 1983 n.v.t. n.v.t. 18 mei 1999 27 augustus 1999 12 februari 2009 27 september 2011
509 XX februari 1964 XX maart 1964 XX maart 1968 4 oktober 1972 24 november 1972 28 december 1983 n.v.t. n.v.t. 5 juli 1999 7 oktober 1999 9 september 2008 28 juli 2011
510 XX maart 1964 XX maart 1964 XX november 1967 7 april 1972 31 mei 1972 11 juli 1983 n.v.t. n.v.t. 29 juli 1999 2 november 1999 17 april 2009 14 april 2011
511 XX maart 1964 XX maart 1964 2 maart 1984 n.v.t. n.v.t. 30 augustus 1999 17 december 1999 17 april 2009 20 april 2011
512 XX september 1964 31 juli 1984 n.v.t. n.v.t. 13 maart 2000 30 juni 2000 5 januari 2010 31 augustus 2011
513 XX september 1964 13 januari 1985 n.v.t. n.v.t. 3 november 1999 4 februari 2000 17 april 2009 AB: 21 juni 2011; Bk1 + B: XX XX 2009; Bk2: 27 september 2011
514 XX oktober 1964 24 april 1985 n.v.t. n.v.t. 6 september 2001 21 december 2001 7 juni 2010 Bk1 30 juni 2004; Bk2 17 november 2008; AB: 12 september 2011; B: 15 september 2011
515 XX oktober 1964 4 april 1984 n.v.t. n.v.t. 6 februari 1998 14 juli 1999 4 oktober 2008 27 april 2011
516 XX oktober 1964 13 september 1984 n.v.t. n.v.t. 7 april 2000 5 april 2001 25 oktober 2009 6 juli 2011
517 XX november 1964 XX november 1964 XX januari 1968 1 december 1972 29 november 1973 3 januari 1983 n.v.t. n.v.t. 7 oktober 1999 7 januari 2000 19 juni 2009 31 mei 2011
518 XX november 1964 1 maart 1985 n.v.t. n.v.t. 26 maart 2001 17 juli 2001 14 juli 2010 B 1 juli 2004; Bk1 + AB + Bk2: 12 juli 2011
519 XX december 1964 30 oktober 1984 n.v.t. n.v.t. 2 november 2001 5 april 2002 22 april 2010 29 augustus 2011
520 XX december 1964 22 juli 1985 26 november 1985 n.v.t. n.v.t. 15 augustus 2000 30 november 2000 20 mei 2010 12 september 2011
521 XX december 1964 XX december 1964 7 november 1966 24 juli 1967 31 mei 1972 12 augustus 1983 n.v.t. n.v.t. 7 januari 2000 5 april 2000 26 september 2009 Bk1 + AB + Bk2: 24 mei 2011; B: 6 juli 2011
522 XX maart 1965 2 april 1985 6 augustus 1985 n.v.t. n.v.t. 10 januari 2002 1 juli 2010 Bk2 + AB: 20 september 2011
523 XX april 1965 17 maart 1986 25 augustus 1986 n.v.t. n.v.t. 23 januari 2001 15 mei 2001 XX XX 2006 B 6 november 2008; Bk1 + AB 17 november 2008; Bk2: 12 september 2011
524 XX april 1965 25 mei 1984 n.v.t. n.v.t. 4 februari 2000 24 mei 2000 12 december 2009 8 september 2011
525 XX mei 1965 24 oktober 1985 4 april 1986 n.v.t. n.v.t. 3 oktober 2000 22 januari 2001 AB 1 juli 2004; Bk2 30 juni 2004
526 XX mei 1965 13 februari 1985 18 juni 1985 n.v.t. n.v.t. 5 juni 2000 28 september 2000 19 maart 2010
527 XX juni 1965 15 december 1970 16 september 1985 4 februari 1986 n.v.t. n.v.t. 1 december 2000 27 maart 2001 17 september 2009 19 mei 2011
528 29 juni 1965 30 juni 1965 1 maart 1971 31 maart 1971 XX augustus 1986 22 december 1986 n.v.t. n.v.t. 15 mei 2001 6 september 2001 11 juli 2010 Bk2: ; B: 24 mei 2011; Bk1 + AB: 6 juli 2011
529 XX juli 1965 XX juli 1965 30 maart 1971 29 april 1971 14 december 1984 n.v.t. n.v.t. XX december 1999 9 maart 2000 9 september 2009 4 mei 2011
530 XX juli 1965 13 januari 1986 10 juni 1986 n.v.t. n.v.t. 9 april 2002 31 juli 2002 2 juli 2010 15 september 2011
531 XX augustus 1965 12 augustus 1965 5 juli 1971 25 augustus 1971 20 mei 1986 30 oktober 1986 n.v.t. n.v.t. 17 juli 2001 1 november 2001 2 juli 2010 22 augustus 2011