Hoekse Lijn

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

De Hoekse Lijn is de spoorlijn tussen Schiedam en Hoek van Holland en heeft een lengte van 24 kilometer. De spoorlijn is aangelegd als aftakking van de Oude Lijn tussen Rotterdam en Den Haag. Het kilometer 0 punt ligt bij kilometer 79,770 van de Oude Lijn. De opening van het eerste deel, Schiedam - Maassluis, vond plaats op 17 augustus 1891. Het tweede deel, Maassluis - Hoek van Holland, werd op 1 juni 1893 geopend. De spoorlijn is voor een groot deel aangelegd op een waterkerende dijk. In de dijk zijn enkele keersluizen opgenomen. Vanaf 1995 maakt de dijk gedeeltelijk deel uit van de Deltadijk.


Geschiedenis

In 1858 was er al sprake van aanleg van een spoorverbinding naar Hoek van Holland. Er waren plannen voor een scheepvaartverbinding tussen Rotterdam en Hoek van Holland. De schepen zouden in dit plan doorvaren naar Rotterdam, waar de goederen dan zouden worden overgeslagen naar de trein. In de daaropvolgende jaren werd er gesproken over een spoorlijn tussen Rotterdam en Hoek van Holland. De NRS (Nederlandsche Rhijnspoorweg-Maatschappij) en de Rotterdamse zakenman L. Pincoffs waren de belangrijkste gegadigden voor de concessie voor deze spoorlijn. Door de overheid werden hun aanvragen echter afgewezen.

Op 18 augustus 1860 wordt de spoorwegwet aangenomen die de aanleg van 10 spoorlijnen regelt door de Staat der Nederlanden. Hiermee worden de eerste hoofdlijnen van het spoorwegnet aangelegd die de grote steden van Nederland met elkaar verbinden. In 1873 wordt de tweede spoorwegwet aangenomen om enkele grote steden met elkaar te verbinden die bij de eerste aanleg niet met elkaar zijn verbonden. De aanleg van secundaire spoorlijnen op particulier initiatief blijft echter achter. Nederland loopt hierdoor een achterstand op ten opzichte van de omringende landen, waar al netwerk met spoorlijnen is ontstaan. In juni 1875 wordt door minister J. Heemskerk van Binnenlandse Zaken een plan ingediend voor de aanleg van een aantal spoorlijnen. Door de staat wordt op 10 november 1875 de derde wet op de aanleg van spoorwegen aangenomen. Samen met 8 andere spoorlijnen maakt de aanleg van spoorlijn tussen Schiedam en Hoek van Holland onderdeel uit van deze derde spoorwegwet. Met de aanleg van deze spoorlijnen ontstaat er een fijnmaziger spoorwegnet in Nederland. De exploitatie van de spoorlijn wordt echter aan de HIJSM over gelaten in plaats van aan de SS.

Pas in 1886 werd begonnen met de aanleg.

Plannen om de spoorlijn te verlengen naar het strand, dat in 1971 werd geopend, werden niet gerealiseerd. In 1978 zijn er plannen die voorzien in een doortrekking van de spoorlijn door de duinen over een lengte van 1,5 kilometer. Het bestaande station Hoek van Holland Strand zal hierbij worden afgebroken en vervangen door een nieuw station aan het eind van de spoorlijn. De kosten bedragen ongeveer 6,5 miljoen gulden. Er wordt echter geen financiering gevonden voor de kosten, zodat de plannen weer niet worden uitgevoerd. Dit zal pas in 2017 gebeuren, wanneer de spoorlijn wordt omgebouwd tot metrolijn voor de RET. Vanaf 1 april 2017 is er geen treinverkeer meer mogelijk op de spoorlijn.

RandstadRail

In de jaren ‘80 stelt de HTM een nota op, genaamd HOV-stad. In deze nota wordt een sneltramnet opgenomen, waarin ook de Hofpleinlijn en de Zoetermeerlijn deel van uit maken. Tegelijkertijd wordt in Rotterdam door de gemeente een nota met de naam Logistructuur opgesloten met het voornemen om de Hoekse Lijn en Hofpleinlijn deel uit te laten maken van het metronetwerk. In deze Rotterdamse nota wordt voor het eerst gesproken over RandstadRail. In 1992 wordt de stichting RandstadRail opgericht. In deze stichting participeren de HTM, NS, RET, ZWN-groep en regionale overheden. Het doel van de stichting is om een regionaal netwerk van metro en tram te realiseren met de naam RandstadRail.

In december 2007 wordt de concessie voor de exploitatie overgedragen aan de Stadsregio Rotterdam, die de NS een exploitatie concessie verleend tot 13 december 2015 in afwachting van de ombouw van de spoorlijn. Uiteindelijk heeft de concessie een looptijd tot 1 april 2017. Vanaf dat moment gaat de concessie voor exploitatie over naar de RET. De planning gaat uit van een ombouwtijd van 5 maanden, zodat in september 2017 er metro’s kunnen gaan rijden. Uiteindelijk duurt de ombouw van de spoorlijn tot metrolijn ruim twee jaar langer. Op 30 september 2019 komt de voormalige spoorlijn in dienst als onderdeel van metrolijn B Nesselande - Hoek van Holland. Vanaf 4 november 2019 maakt ook metrolijn A gebruik van het traject tussen Binnenhof en Vlaardingen West in de spits. In de zomer van 2023 zal de metrolijn zijn doorgetrokken tot aan het nieuwe eindpunt Hoek van Holland Strand.


Aanleg

Op 10 november 1875 werd de bouw van de spoorlijn aangekondigd. De bouw begon pas in 1886. Als beginpunt werd Schiedam gekozen en het eerste deel van de spoorlijn werd tot aan Maassluis aangelegd. De lijn was op dit traject enkelsporig en uitgevoerd als lokaalspoorlijn. De spoorlijn begint bij het in 1889 vernieuwde station van Schiedam aan de Oude Lijn. Er waren tot aan Maassluis slechts twee stations opgenomen, Schiedamsche Dijk en Vlaardingen. Nadat in 1893 het enkelsporige deel van Maassluis tot aan Hoek van Holland Eindpunt was aangelegd en geopend, kreeg de spoorlijn de status van hoofdspoorweg. Er mochten nog steeds lokaaltreinen rijden. In dat zelfde jaar werden de bogen bij Vlaardingen en Maassluis verruimd, zodat de internationale boottreinen sneller door deze bogen konden rijden.

Beveiliging

Voor de beveiliging waren er posten op stations en seinposten. In Vlaardingen werd in 1893 de stationspost geopend, evenals de seinposten 5, 6 en 7. In Maassluis was eveneens eens stationspost en de seinposten 11, 12 en 13. Seinpost 17 was gelegen tussen Maassluis en Hoek van Holland. In Hoek van Holland was een stationspost en een seinhuis. Bij de spoorverdubbeling in 1905 werden de posten in Vlaardingen en Maassluis vervangen door de seinhuizen I, II, III. Seinpost 17 werd een blokpost. Seinhuis III werd op 14 november 1956 vernield door de ontsporing van boottrein 43. Het werd vervangen door een nieuw seinhuis. In 1926 kreeg Hoek van Holland Strand een seinpost. In 1959 werd Schiedam aangesloten op de relaisbeveiliging. De aansluitende baanvakken kregen automatisch blokstelsel met lichtseinen. Op 13 september 1959 werd de eerste drie kilometer hierop aangesloten. Op 3 mei 1964 werd het automatisch blokstelsel voor dubbel-enkelspoor in dienst gesteld tussen Schiedam en Hoek van Holland. De mechanische overwegen werden hierbij vervangen door AKI's en AHOB's. De mechanische beveiliging in Vlaardingen en Maassluis werd vervangen door relaisbeveiliging die worden bediend vanaf het CVL tableau in de Verkeersleidingspost van Rotterdam Centraal. Dit was het eerste CVL tableau dat als NX tableau was uitgevoerd. Hoek van Holland (Haven en Strand) kreeg op 27 september 1964 relaisbeveiliging en werd vanuit dezelfde post in Rotterdam bediend. ATB kwam pas op 8 juli 1984 in dienst op het gehele baanvak. Het NX tableau is op 14 juni 1999 vervangen door beeldschermen als onderdeel van de elektronische bedienpost.


Opening & ingebruikname

Op 17 augustus 1891 werd het gedeelte Schiedam - Maassluis geopend. Op 1 juni 1893 werd het deel Maassluis - Hoek van Holland Eindpunt geopend.

De lijn werd vanaf de opening geëxploiteerd door de HSM. De treinen worden gereden door stoomlocomotieven van de HSM die zijn ondergebracht in depot Schiedam. Op 1 mei 1900 wordt dit depot opgeheven en worden de locomotieven gesteld door het depot Rotterdam DP. Na het in dienst komen van het deel tussen Maassluis en Hoek van Holland werden door de HSM internationale treinen ingelegd naar Noord en Zuid Duitsland, de Noord en Zuid Expres.


Wijzigingen

  • In 1899 werd in Hoek van Holland een derde spoor aangelegd. Dit spoor was een paar kilometer lang en sloot aan op het emplacement van Hoek van Holland. Hier waren diverse aansluitingen naar bedrijven aangelegd.
  • Tussen 1903 en 1905 werd de spoorlijn verdubbeld. Op 7 april 1903 het deel Maassluis - Hoek van Holland, het deel Vlaardingen - Maassluis volgde op 9 november 1904 en op 15 augustus 1905 werd Schiedam - Vlaardingen dubbelsporig geopend. Tijdens deze aanleg van het dubbelspoor waren er ook twee haltes in de omgeving van Hoek van Holland geopend, Poortershaven en De Haak. In 1899 was eerder al de halte Nieuwlandsche Polder geopend. Vanaf Hoek van Holland Haven tot Eindpunt werd pas in 1926 het tweede spoor aangelegd, dit werd op 30 september 1926 geopend.
  • In 1905 werd bij Hoek van Holland Eindpunt een aansluiting gemaakt op de WSM, Westlandsche Stoomtram. In 1912 werd een aansluiting op de WSM gemaakt bij Maassluis. Hierdoor was het mogelijk om wagons met tuinbouwproducten uit het Westland naar Rotterdam en verder af te voeren.
  • In 1935 is het traject vanuit Schiedam naar Hoek van Holland geëlektrificeerd. Voor de aanleg van de elektrificatie moesten de emplacementen van gewijzigd worden. Om de bovenleiding te kunnen dragen, werden driescharnierportalen geplaatst. Bij Schiedam, Maassluis en De Haak werden onderstations geplaatst. In Schiedam werd door het toegenomen verkeer in 1959 nog een onderstation geplaatst bij kilometer 0.8. Op 25 april 1935 vond de eerste proefrit plaats. Op 13 mei 1935 volgde de opening en op 15 mei 1935 was de gehele dienst elektrisch te berijden. De eerste maanden werden acht treinstammen Materieel'24 ingezet. Vanaf het najaar 1935 stromen de nieuwe treinstellen Materieel'35 in, die hier de volledige dienst konden uitvoeren.
  • In april 1944 werd het noordelijke spoor tussen kilometer 12.9 (Maassluis) en 22.0 (Hoek van Holland) verwijderd. In april 1947 werd het spoor weer aangelegd. In 1959 sluit de lijn aan op het nieuwe, verhoogde emplacement van Schiedam.
  • In 1963 werden alle emplacementen gewijzigd en vereenvoudigd. Nadien werd de CVL besturing aangelegd met automatisch blokstelsel en relaisbeveiliging. Eind februari 1972 wordt begonnen met het voegloos maken van het spoor tussen Maassluis en Hoek van Holland. De treinen worden tijdens deze werkzaamheden over een spoor geleid, terwijl het andere buiten dienst is voor de werkzaamheden. Eind mei 1972 zijn de werkzaamheden gereed.
  • In februari 1981 wordt een proef genomen met prikspanning in Maassluis. Dit is een gewijzigde methode voor treindetectie. Door de spoorstaven loopt een spanning van 5 à 10 Volt, afgewisseld met pulsen tot 100 Volt. Hierdoor is er op roestige sporen ook treindetectie mogelijk.
  • In de winter 1984 worden de oude portalen tussen Hoek van Holland en Hoek van Holland Strand vervangen door nieuwe portalen, zoals die ook in de rest van het land te zien zijn. Deze zijn afgeleid van het type 1938. Dit werk kon makkelijk in de winter worden uitgevoerd, omdat er dan geen treinen rijden op dit traject. Tussen Schiedam en Hoek van Holland gebeurde de vervanging in 1988. Dit gebeurde in de normale treindienst, waarvoor 1 spoor beschikbaar was. Soms moest het hele baanvak buiten dienst of er werd dieselmaterieel ingezet, zoals Plan U of locomotieven serie 2200 met rijtuigen Plan E.
  • In 1985 en 1986 werden de sporen in Hoek van Holland opgeschoven naar het noorden om zo een hogere waterkering te kunnen aanleggen.
  • Ten behoeve van de Deltawerken, waarbij voor de Nieuwe Waterweg een waterkering werd aangelegd, werd in 1992 de spoorlijn tussen Vlaardingen Centrum en Vlaardingen Oost verlegd. Op 13 januari 1992 kwam het nieuwe noordelijke spoor in dienst en op 14 december 1992 het nieuwe zuidelijke spoor. Het derde spoor met de spooraansluitingen werd tijdelijk gewijzigd. In maart 1993 kwam het derde spoor in dienst met een aansluitwissel bij kilometer 5.0.
  • In september 1998 en maart 1999 is de spoorlijn als proefbaanvak gebruikt voor Sandite.
  • Tussen 2006 en 2008 is het traject gebruikt voor proeven met de OV chipkaart en afsluitbare poortjes.


Atlantikwall

Het spoor rondom Hoek van Holland maakt deel uit van de Atlantikwall. Hiertoe is het spoor voorzien van diverse Eisenbahnsperren. Hoek van Holland is vanwege de ligging aan de kust en de monding aan de Nieuwe Waterweg van strategisch belang. In de zomer van 1940 beginnen de Duitsers met het aanleggen van verdedigingswerken rondom het dorp. In 1942 wordt begonnen met de bouw van de Atlantikwall. Dit zijn verdedigingswerken langs de kusten vanuit Noorwegen tot aan de Frans/Spaanse grens. Vanwege de ligging wordt Hoek van Holland een van de twaalf belangrijkste punten binnen de Atlantikwall. In 1944 wordt Hoek van Holland zelfs aangeduid als Festung. Om Hoek van Holland te kunnen verdedigen, werd een Innere Landfront en een Äussere Landfront als verdedgingslinie gebouwd. De linies bestaan uit tankgrachten met bunkercomplexen. De spoorlijn is van groot belang voor het aanvoeren van materialen en manschappen. Nabij de spoorlijn zijn ook twee munitiedepots gebouwd. De eerste is gelegen nabij de Haakweg, de andere bij Poortershaven. Om het munitiedepot in het Staelduinse Bos te kunnen bereiken, is ten oosten van de Haakweg een spooraansluiting aangelegd. Ten tijde van de aanleg van de Atlantikwall is door de Kriegsmarine een Eisenbahnbatterie in Hoek van Holland gestationeerd. De batterij bestaat uit drie stuks 19,4 cm kaliber geschut. In 1941 is de Eisenbahnbatterie niet meer nodig en kan worden weggehaald.

De spoorlijn wordt opgenomen in de beide Landfronten van Hoek van Holland en op beide plaatsen zijn Eisenbahnsperren aangebracht. De Sperren bestaan uit betonblokken die op het spoor gelegd kunnen worden of uit een grote stalen plaat. Het Äussere Landfront begint nabij het Oranjekanaal. De spoorbrug over dit kanaal is de toegang tot dit Landfront. Bij de spoorbrug wordt het Widerstandnest 30 H gebouwd. Dit complex bestaat uit diverse bunkers en andere bouwwerken. In de grond zijn er loopgraven gegraven. Om het complex af te sluiten, is er prikkeldraad gespannen en zijn er landmijnen ingegraven. Ten westen van de brug wordt de Eisenbahnsperre gebouwd. Er hebben bij de spoorbrug waarschijnlijk twee soorten Sperren gestaan. De eerste bestaat uit zogenoemde Einsteckschienen. In een fundering worden stukken spoorrails geplaatst onder een hoek van 60 graden. De rails zitten ongeveer een meter in deze fundering en steken ook een meter uit de fundering. Later is de Sperre gemaakt van kantelbare betonblokken. Deze blokken zijn van gewapend beton en kunnen ieder een spoor afsluiten. Dit heet de Beton-Kipsperre. De 5 soldaten van dit Widerstandnest die tot de Sperrtruppen behoren, moeten de Sperre binnen 10 minuten kunnen sluiten. Bij de overweg Maassluisweg - Haakweg begint het Innere Landfront. Vanaf de tankgracht ten noorden van de spoordijk tot aan de Nieuwe Waterweg zijn er betonnen drakentanden geplaatst. Om het spoor af te sluiten, is er een Beton-Kipp-Blocksperre gebouwd, welke aansluit in de drakentanden. De Sperre ligt 100 meter ten oosten van Widerstandnest 27 HM. De 5 soldaten van dit Widerstandnest die tot de Sperrtruppen behoren, moeten de Sperre binnen 15 minuten kunnen sluiten.

Bij Maassluis is eveneens een Eisenbahnsperre gebouwd.

Na de oorlog zijn de meeste bunkers en andere bouwwerken gesloopt. Eind 2019 verwerft het Atlantikwall-Museum bij Hoek van Holland Strand een stuk grond waarop het Widerstandnest 30 H lag. Naast de bunker en een betonnen muur is ook een deel van de Eisenbahnsperre gevonden. Op dit betonnen blok waren de katrollen bevestigd om de versperring te openen en te sluiten. Na het verwijderen van zand werd ook de fundering gevonden van de eerste versperring, de Einsteckschienen.


Verbouwing tot metrolijn

In juni 1988 publiceert de gemeente Rotterdam een nota over de toekomst van tram- en metrolijnen die vanuit de stad naar de regio lopen. Hierbij moest de Hofpleinlijn worden aangesloten op de Noord-Zuidlijn van de RET metro. Bij Pijnacker zou een aansluiting komen naar Zoetermeer. De Hoekse Lijn zal bij Schiedam aansluiten op de Oost-Westlijn van de RET metro. Als eerste zou de Hofpleinlijn worden aangepast. In 2006 werd de spoorlijn onderdeel van de RandstadRail. In 2010 volgde koppeling met het metronetwerk. Door dit succes wordt de plannen voor de Hoekse Lijn weer actueel. Het opheffen van de boottreinen in december 2006 zorgt er voor dat het ombouwen van de spoorlijn een minder groot probleem zal gaan worden. De ombouw van de spoorlijn naar het voorbeeld van de RandstadRail op de Hofpleinlijn en Zoetermeerlijn is echter niet mogelijk, omdat er op de spoorlijn ook goederenverkeer plaats vind. In december 2012 wordt besloten dat wanneer er een goederentrein op de lijn rijdt, deze alleen via het zuidelijke spoor kan rijden via een zogenaamd strengelspoor bij de stations Schiedam Nieuwland en Vlaardingen Oost. De metro's kunnen dan alleen op het noordelijke spoor rijden. Omdat de metro's smaller zijn en zij exact moeten aansluiten op het perron, zullen de perrons in het spoorwegprofiel komen te liggen. Op deze manier houden de goederentreinen voldoende afstand van de perronrand. Dit goederenverkeer zal niet in de spits plaats vinden. Voor de ombouw zullen de keersporen van het metronetwerk in Schiedam worden aangesloten op het spoortracé. Ten noorden van de bestaande sporen wordt tussen Schiedam Centrum en Nieuwland een verbindingsspoor aangelegd voor het goederenverkeer. Dit spoor zal tevens dienst doen als wachtspoor in beide richtingen. Het verbindingsspoor sluit aan de oostkant van het station Schiedam Nieuwland aan op het bestaande spoor. Tegelijkertijd wisselt de trein van het noordelijke naar het zuidelijke spoor. Het goederenverkeer zal alleen nog maar mogelijk zijn tot aan Maassluis. Hierdoor zullen er geen goederentreinen of andere treinen Hoek van Holland meer kunnen bereiken. In Vlaardingen zal een wachtspoor worden aangelegd voor de goederendienst. Dit spoor kan ook gebruikt worden voor rangeerbewegingen naar de spooraansluitingen. Voor de metro's zal Vlaardingen een kruisingsstation worden, wanneer er een goederentrein rijdt. Voor Vlaardingen Oost zal er een nieuwe aansluiting komen naar de Vulcaanhaven. Hiermee komt een eind aan goederentreinen in Vlaardingen Centrum. Er zal een tweesporig emplacement worden aangelegd. De sporen hebben elk een lengte van 290 meter. Aan het eind komen de twee sporen samen tot een kopspoor met een lengte van ongeveer 30 meter. Op dit emplacement wordt de aansluiting naar Vopak aangesloten. Op het nieuwe emplacement moet nog wel omgelopen worden, zodat er getrokken gereden kan worden naar het uithaalspoor van 200 meter lengte langs de Vulcaanweg in de richting van de Schiedamsedijk. Vanaf dit uithaalspoor kan er geduwd naar Vopak gereden worden. In Maassluis zullen de bestaande goederensporen worden gehandhaafd, al zal er geen goederentrein meer komen. De stations aan deze lijn zullen worden gemoderniseerd en zullen in de huisstijl worden gebracht van R-net. De perrons zullen over een lengte van 90 meter worden verhoogd. Hiermee is er voldoende ruimte voor twee gekoppelde metrostellen. De perrons zullen ook verbreed worden, zodat zij aansluiten op het materieel. De stationsgebouwen van Hoek van Holland en Vlaardingen Centrum blijven gehandhaafd, terwijl de stations van Schiedam Nieuwland, Vlaardingen West, Maassluis en Maassluis West nieuw worden opgebouwd. Vlaardingen West zal gaan dienen als een eindpunt en zal worden voorzien van drie sporen en een keervoorziening. Bij de wijk Steenpolderdijk in Maassluis zal een nieuw station worden gebouwd, waar eveneens een keervoorziening zal worden aangelegd. Deze zal door de helft van de metro's gebruikt gaan worden. Het huidige station Hoek van Holland Strand zal worden afgebroken en de metrolijn zal 900 meter worden doorgetrokken tot aan het strand. Hier zal een nieuw station worden aangelegd. In 2018 moet de verlenging in gebruik worden genomen.

Op 18 november 2015 gaat bij station Schiedam de schop in de grond voor de voorbereidende werkzaamheden die bij de ombouw naar metrolijn horen. In het voorjaar van 2016 is grond aangebracht voor de aanleg van een overdrachtspoor van de NS-sporen naar de sporen van de metro bij het stations Schiedam Centrum. Dit overdrachtspoor, dat aansluit op spoor 1, zal gebruikt gaan worden door goederentreinen. De bestaande aansluiting van de sporen tussen de Oude Lijn en de Hoekse Lijn zal verdwijnen bij het station. De metrosporen die eindigen in Schiedam Centrum zullen worden doorgetrokken. Voor het goederenvervoer zal er ten westen van Vlaardingen-Oost een tweesporig emplacement worden aangelegd voor het vervoer naar Vopak. Hiermee vervalt het omlopen op het emplacement van Vlaardingen-Centrum, dat in zijn geheel opgebroken zal gaan worden. Bij Vlaardingen-West zullen uitloopsporen worden aangelegd voor de metro’s. De echte verbouwing van de Hoekse Lijn zal in april 2017 gaan beginnen en in oktober 2017 moeten alle werkzaamheden zijn afgerond. Na oktober mogen er geen werkzaamheden meer worden uitgevoerd, omdat de spoorlijn tegen de dijk van de Nieuwe Waterweg ligt. Tussen oktober en april is het stormseizoen en zijn werkzaamheden aan primaire waterkeringen verboden. Na aankomst van de laatste trein van de NS in Rotterdam in de nacht van 1 april is de bovenleiding uitgeschakeld en werd begonnen met de ombouw van de spoorlijn. Zo werd direct begonnen met het verwijderen van sporen, ballast, bovenleiding en bovenleidingportalen. De bestaande stations zullen tijdens de buitendienststelling opgeknapt worden en de perrons worden op de hoogte van de metro gebracht. Daarnaast worden diverse nieuwe stations geopend.

De bedoeling was dat vanaf oktober 2017 metrolijn B van de RET elke 10 minuten zou doorrijden van Schiedam Centrum naar Maassluis Steendijkpolder. Elke 20 minuten zal er doorgereden worden naar Hoek van Holland. Metrolijn A van de RET rijdt vanaf dat moment tot aan Vlaardingen West, zodat er op dat traject om de vijf minuten een metro rijdt. Door tegenslagen zal de eerste metro echter pas in februari 2018 gaan rijden. Tot die tijd zullen er bussen rijden. Voor de uitvoering van deze ritten heeft de RET in februari 2014 bij Bombardier 16 metrostellen besteld van het type SG3. Op enkele details zullen deze metrostellen afwijken van de al 42 aanwezige metrostellen. De nieuwe metro's zullen een hogere botsveiligheid gaan krijgen.


Stations

Aan de Hoekse Lijn hebben in totaal 12 stations gelegen. In de loop der jaren zijn er van deze 3 gesloten. Twee stations zijn van naam veranderd sinds de aanleg. Op 1 april 2017 worden alle stations gesloten.

Schiedam Centrum

Het beginpunt van de spoorlijn in Schiedam was het station Schiedam. In 1967 wijzigde de naam in Schiedam - Rotterdam West. In 1998 werd de stationsnaam nog een keer gewijzigd en nu in Schiedam Centrum. Het station ligt op kilometer punt 0,0.

Schiedam Nieuwland

Het station werd als voorstadsstation geopend voor de metroachtige dienstregeling die de NS voor ogen had. Het station lag op kilometer punt 2,2.

Vlaardingen Oost

Bij de opening van de spoorlijn heet dit station Schiedamsche Dijk. In 19 verandert de naam in Vlaardingen Oost. Het station lag op kilometer punt 4,1.

Vlaardingen Centrum

Het station lag op kilometer punt 5,6.

Vlaardingen West

Het station lag op kilometer punt 7,7.

Maassluis

Het station lag op kilometer punt 12,1.

Maassluis West

Het station lag op kilometer punt 13,7.

Poortershaven

Poortershaven is een stopplaats en aangelegd op verzoek van het bedrijf dat de Poortershaven exploiteerde. Het station werd op 15 februari 1904 geopend en sloot op 7 oktober 1946. Het station lag op kilometer punt 16,4.

De Haak

De Haak is een stopplaats dat ten zuidoosten van Hoek van Holland ligt. Het station werd geopend op 1 oktober 1904 en sloot op 5 juni 1925. Het station lag op kilometer punt 19,1.

Nieuwlandsche Polder

Nieuwlandsche Polder is een stopplaats dat ten zuidoosten ligt van Hoek van Holland. Het station werd geopend op 1 januari 1899 en sloot op 15 mei 1935. Het station lag op kilometer punt 21,4.

Hoek van Holland

Het station lag op kilometer punt 23,0.

Hoek van Holland Strand

Het station lag op kilometer punt 23,9.


Aansluitingen

De spoorlijn kent en kende diverse spooraansluitingen.

  • In Vlaardingen Centrum is aan zowel de oostzijde als aan de westzijde een stamlijn aangelegd. Aan de oostzijde takt deze spooraansluiting af ter hoogte van kilometerpunt 4,4. Via deze spooraansluiting wordt in een aansluiting gemaakt naar Cincinnati dat werktuigen en pompen fabriceert. In 1978 wordt deze aansluiting opgeheven. Voor erts wordt in een aansluiting gemaakt naar HVO. Deze aansluiting wordt nog sporadisch gebruikt. Vanaf 1933 wordt een aansluiting gemaakt naar het tankopslagbedrijf de Nieuwe Matex. Tegenwoordig is dit Vopak en wordt door diverse vervoerders bediend. Van 1974 tot ongeveer 1990 is er een aansluiting naar MAF, de Magnesiet en Amarillfabrieken. Als laatste aan deze stamlijn is de Wilhelminahaven gelegen. Op het emplacement van Vlaardingen is een aansluiting naar Lever's zeepfabrieken. Met de ombouw naar metrolijn zal het emplacement in Vlaardingen Centrum opgebroken worden. Om Vopak te kunnen bedienen, wordt er tussen Vlaardingen Oost en Vlaardingen Centrum een nieuw emplacement aangelegd op de spoordijk.
  • In Maassluis zijn alleen spooraansluitingen op het emplacement. Zo is hier steenslagoverslag van Key en Kramer, gevestigd vanaf 1951. Tussen 1963 en 1991 zijn diverse kolenhandelaren aangesloten op het spoor. Glasfabriek de Schie heeft tussen 1910 en 1931 een aansluiting op het spoor. In 1934 wordt de aansluiting gebruikt door Asphalt, Key en Kramer en Ruberoid. Dit gebruik duurde tot 1997.
  • Tussen Maassluis en het latere Maassluis West lag tussen september 1963 en mei 1978 een spooraansluiting ter hoogte van kilometer punt 13.1 de spooraansluiting naar Elementum voor het lossen van cement.
  • Het station van Nieuwlandsche Polder werd tussen 1940 en 1944 gebruikt als stopplaats voor werkliedentreinen van de Organisation Todt, die werkten aan de Atlantikwall. Bij kilometer punt 21,9 lag eveneens een halte van deze organisatie voor hetzelfde doel.
  • Het derde spoor dat vanuit Hoek van Holland werd aangelegd, lag van kilometer 19,1 tot en met 22,3. Bij kilometer punt 21,7 takt een zijspoor af naar de Maatschappij Hoek van Holland. Bij kilometer punt 22,0 heeft sinds 1903 exportslachterij W.H. Müller & Co een spooraansluiting op het derde spoor. Na de verlenging in 1904 van dit spoor, boog bij kilometer punt 20,7 af naar de terreinen van exportslachterij Hudig en Pieters. Aan het begin van 1931 verviel deze aansluiting en werd dit derde spoor ingekort tot kilometer punt 21,1. In 1934 werd een spooraansluiting gemaakt naar het onderstation bij kilometer punt 20,6. Dit lag deels op het traject van het voormalige derde spoor. In 1956 is het derde spoor weer verlengd en bij kilometer punt 20,8 is een aansluiting gemaakt op het spoor naar het onderstation. Het wissel in het hoofdspoor naar het onderstation kwam hiermee te vervallen. In 1956 werden tevens bij de kilometer punten 21,0 en 21,1 twee aansluitingen gemaakt naar Synres. Eind 1961 wordt het derde spoor nog een stuk verlengd, tot kilometer punt 19,0. Hier liggen de Oranje Buitensluizen en daar is een laadplaats voor zandvervoer. Dit zand wordt gebruikt bij de aanleg van de Delflandse zeewering. Bij het onderstation wordt een tweede spoor aangelegd, dat achter het onderstation langs loopt. In 1967 vervalt na afloop van het zandvervoer de aansluiting naar de zandlaadplaats. In april 1989 vervalt het gehele derde spoor, waar alleen de aansluitingen naar Synres werden bediend.
  • Aan het eindpunt, bij kilometerpunt 23.991, werd in juli 1899 een werkspoor aangelegd voor de firma Wiegerink.


Dienstregeling

De eerste treinen die over de nieuwe spoorlijn rijden, zijn de lokaaltreinen vanuit Rotterdam naar Maassluis. In 1893 komen daar de lokaaltreinen van Rotterdam naar Hoek van Holland bij. In de zomer van 1904 wordt Hoek van Holland Eindpunt niet meer bediend en vanaf 1 oktober 1905 vervalt de bediening helemaal. Na 10 jaar, op 5 juli 1915 wordt Eindpunt weer bediend en alleen in de zomer. Vanaf 1920 gaan er in de zomer sneltreinen rijden van Rotterdam naar Hoek van Holland.

Vanaf de opening van de lijn in 1893 gaan er internationale boottreinen rijden. Dit zijn de Noord en Zuid Expres naar Duitsland. Deze hebben een aansluiting op de bootdienst naar en van Engeland. De Noord Expres rijdt via Amsterdam en Oldenzaal naar de Duitse grens. Na dat in 1899 de Westelijke Splitsing bij Rotterdam in gebruik werd genomen, ging de Noord Expres via Gouda en Utrecht rijden. Er werden aparte boottreinen naar Amsterdam ingelegd. Deze reden soms gekoppeld met binnenlandse treinen tot aan Schiedam. Door de beide wereldoorlogen reden geen internationale boottreinen over de Hoekse Lijn. Vanaf 1942 reden er geheel geen reizigerstreinen meer over de Hoekse Lijn, hoewel deze wel in het spoorboekje stonden. Er reden over de spoorlijn alleen treinen voor de bouw van de Atlantikwall. De bootdienst naar Engeland werd op 14/15 november 1945 weer hervat, terwijl de internationale boottreinen pas vanaf december 1946 weer gaan rijden. In november 1945 gaan wel de Amsterdamse boottreinen rijden. De dagdienst naar Engeland wordt op 15 mei 1949 verlegd van Vlissingen naar Hoek van Holland. Hiermee komen extra internationale treinen naar Hoek van Holland te rijden. Dit zijn zowel Expres treinen als Engelse militaire verlofgangerstreinen. De laatste internationale reed op 22 mei 1993, de 'Hoek-Warszawa Expres'. De Amsterdamse boottrein reed op 9 december 2006 voor het laatst.

Vanaf 15 mei 1935 is de gehele lijn elektrisch te berijden. Dit gebeurd in eerste instantie met treinstammen Materieel'24, bestaande uit drie rijtuigen. Vanaf september 1935 stromen de treinstellen Materieel'35 in, welke voor deze lijn bestemd zijn. Met de invoering van de elektrische dienst wordt ook een starre dienstregeling ingevoerd. Er wordt vanuit Rotterdam elk uur naar Hoek van Holland en naar Maassluis gereden. Het station Hoek van Holland Eindpunt heet vanaf dat moment Hoek van Holland Strand. Dit station wordt alleen in de zomer bediend. Deze situatie blijft zich voor doen tot 27 mei 1990. Vanaf dan gaan enkele treinen door rijden in de winter naar Hoek van Holland Strand.

De dienstregeling van 1940 en 1941 wordt zoveel als mogelijk is, normaal uitgevoerd. In 1941 en 1942 moet een groot deel van de inwoners en het spoorwegpersoneel geëvacueerd worden. In 1942 is er vanaf dat moment geen vervoer met reizigers meer over de spoorlijn. Per dag rijden nog wel 10 treinen voor de Rijksdienst voor de Werkverruiming voor het aan- en afvoeren van arbeiders die aan de Atlantikwall bouwen.

Per 2 juni 1957 gaat de London - Hamburg Expres rijden met Duitse treinstellen VT 08.

Met ingang van 1 september 1975 begint een proefbedrijf met de nieuwe SGM treinstellen. Er zijn hiervoor 10 treinstellen beschikbaar, met Materieel'46 als reserve. De inzet zou tijdelijk zijn in afwachting van de oplevering van de Zoetermeerlijn. Doordat het SGM goed beviel en er een vervolgbestelling kwam, werd het SGM vast ingezet op de Hoekse Lijn. Er komen extra treinen te rijden die tot Maassluis rijden. Deze treinen worden in eerste instantie gereden door treinstellen Plan V. Twee keer per uur wordt er naar Hoek van Holland gereden en twee keer per uur naar Maassluis, waarmee tussen Rotterdam en Maassluis een kwartiersdienst ontstaat.



Vanaf 29 mei 1994 gaan er extra spitstreinen rijden tussen Rotterdam en Vlaardingen, de Spitspendels. Dit zijn omgebouwde SGM-II treinstellen. Zij stoppen in de spitsrichting op alle stations, maar in de tegenspitsrichting alleen op Schiedam Centrum. Hiermee ontstaat een treindienst die iedere 7,5 minuut rijdt in de spits. Tegelijkertijd wordt de dienst tot aan Maassluis verlengd naar Maassluis West. Hiermee kunnen losse SGM-III stellen de basisdiensten uitvoeren, zonder verlengd te hoeven worden. Op deze manier wordt er bespaard op bakkilometers.

Op 10 mei 1997 is een tijdelijke stopplaats aangelegd nabij kilometerpunt 19,7. Deze stopplaats, bestaande uit een houten perron, heeft twee stoppende treinen gehad ter gelegenheid van de opening van de Maeslantkering. De eerste trein bestond uit en vervoerde ongeveer 450 reizigers. De tweede trein die hier stopte, was de Koninklijke trein met aan boord Koningin Beatrix.


Tot 2006 rijdt er vanuit Amsterdam de boottrein, welke aansluiting geeft op de boot naar Harwich in Engeland.


Met de ingang van de dienstregeling 2011 wordt het SGM vervangen door SLT. In de dienstregeling 2012 wordt dit weer teruggedraaid en keert SGM terug. SLT keert met ingang van het wijzigingsblad van april 2012 terug op de Hoekse Lijn. De inzet van SLT duurt tot het begin van de dienstregeling 2013.

Op 26 maart 2017 wordt er afscheid genomen van het treinverkeer op de Hoekse Lijn. In het pad van de serie 4200, welke niet op zondag rijdt, worden er ritten verreden met historisch materieel. Zo rijdt in de ochtend met de ElD4 766 de boottrein tussen Amsterdam en Hoek van Holland. Tussen de ritten als boottrein rijdt de ElD4 766 pendelritten tussen Hoek van Holland en Rotterdam. Ook wordt divers ander museummaterieel ingezet op deze spoorlijn, zoals de ElD2 273 en El2 876 van het Spoorwegmuseum. Op 31 maart 2017 rijden de laatste treinen. Aan het eind van de middag wordt Hoek van Holland Strand voor het laatst bediend. Als laatste treinen zijn de El3 2945 + El3 2978 als trein 4184 uit Rotterdam vertrokken en leeg terug als trein 74184. Trein 4184 werd te Hoek van Holland onthaald met een fanfare. Uit Hoek van Holland komt trein 4197 als laatste reizigerstrein naar Rotterdam met de El3 2938. Met ingang van 1 april 2017 is het baanvak gesloten voor treinverkeer en zal omgebouwd gaan worden tot metrolijn.

In het weekend van 28 en 29 juni 2019 rijdt Captrain proefritten tussen Schiedam Centrum en het nieuwe emplacement aan de Vulcaanhaven. Een week later rijdt Captrain wederom proefritten, maar nu tegelijkertijd met materieel van de RET. In de daaropvolgende maanden vinden nog diverse proefritten plaats met goederentreinen en metro's van de RET. Vanaf 30 september 2019 rijdt de RET de normale dienstregeling over de voormalige spoorlijn. In augustus en september 2020 vinden nogmaals proefritten plaats met goederentreinen. Dit ging zowel als losse locomotief als met lege containerdraagwagens.


Internationaal

Vanaf 1 juni 1893 rijdt de HSM twee internationale treinen uit Hoek van Holland naar Duitsland. Deze treinen sluiten aan op de nachtveerboot uit het Engelse Harwich. De treinen zijn de Noord-Expres naar en de Zuid-Expres naar . Deze treinen maken tot 1 mei 1899 kop in Schiedam en rijden via de Oude Lijn naar Amsterdam. Vanuit Amsterdam rijden de treinen naar Oldenzaal (Noord-Expres) en Venlo (Zuid-Expres). Vanaf 1 mei 1899 maken de treinen gebruik van de Ceintuurbaan bij Rotterdam en komt het kopmaken in Schiedam te vervallen. De treinen rijden voortaan via Utrecht naar Duitsland.


Met ingang van de dienstregeling 1979/1980 op 27 mei 1979 verlies Hoek van Holland zijn TEE verbinding. De TEE Rheingold gaat vanaf deze dienstregeling in zijn geheel door naar Amsterdam Centraal.

Op 22 mei 1993 rijdt de laatste trein naar Moskou. Om dit feit luister bij te zetten, rijdt de DB 234 440 deze trein van Hoek van Holland naar Utrecht.


Ongevallen

  • Op 20 juni 1911 ontspoort trein 9 ten westen van de draaibrug in Maassluis. Door de ontsporing ontstaat veel schade aan materieel en infrastructuur. Trein 9 was afkomstig uit Amsterdam en bestond uit locomotief HSM serie 700 + HSM HS serie 1863 - 1867 + HSM AB6c serie 429 - 443 en 449 - 463 + HSM ABd 1400 + DSG restauratie rijtuig 0750.
  • Op 4 juli 1914 botst trein 9, bestaande uit stoomlocomotief en de rijtuigen in Hoek van Holland. De trein komt niet op tijd tot stilstand en rijdt door een stootjuk van spoor 3 het plaatskaartenkantoor binnen. Er vielen in totaal zeven gewonden.
  • Op 18 januari 1921 botst goederentrein te Vlaardingen met een aantal goederenwagons.
  • Op 23 november 1943 botst een trein met werklieden bij Nieuwlandsche Polder op de betonnen tankversperring van Widerstandnest 27 HM. De trein bestaat uit 8 rijtuigen Materieel'24 (mCd 9442 + ABec 8543 + Cesc 8107 + mCd 9402 + Cec 8552 + Cec 8531 + ABec 8553 + mC 9028) en was onderweg naar Rotterdam als trein 10607. Deze versperring was nog niet van het spoor gedraaid. Algemeen is aangenomen dat de versperring door een menselijke fout niet goed was vergrendeld en dat de harde wind de versperring op het spoor heeft doen vallen. Naast schade aan het materieel, raakt ook een portaal voor de bovenleiding ontzet. Er komen drie mensen om het leven en 9 mensen raken gewond.
  • Op 13 januari 1953 botst de boottrein (gereden door ElD3 441) uit Hoek van Holland tussen Maassluis en Vlaardingen in dichte mist achterop een D-trein naar Hamburg. De D-trein stond te wachten voor een onveilig sein. Het voorgaande sein voor de boottrein kon door een eerder verbroken zegel bediend worden. Slechts de machinist van de boottrein raakte gewond.
  • Op 22 februari 1955 botst treinstel ElD4 618 in het station van Hoek van Holland op locomotor 365. De locomotor wordt ter plekke gesloopt en het treinstel loop zware schade op aan het Bk rijtuig.
  • Op 4 oktober 1956 ontsporen van goederentrein 4004 enkele wagons in Maassluis door een vroegtijdige wisselbediening.
  • Op 14 november 1956 ontspoort boottrein 43, bestaande uit de treinstellen ElD2 306 + ElD2 302 van het Materieel'40, nabij de havenbrug in Maassluis. De gevolgen van de ontsporing zijn groot. Door de ontsporing raakt het ABk rijtuig van de 302 buiten het spoorbed en vernield wachtpost III met de hendels voor de overweg en het bedientoestel wordt tegen de achterwand van de wachtpost geduwd. Een bovenleidingportaal wordt van zijn sokkel gereden. Op de brug wordt het bereden spoor volledig vernield en raakt het nevenspoor zwaar beschadigd. Ook het achter de brug gelegen wissel en de bijbehorende wisselsteller wordt beschadigd. Het herstel van de brug wordt voortvarend ter hand genomen. In de vroege ochtend van 16 november 1956 kwam het linkerspoor van Maassluis naar Hoek van Holland met een snelheidsbeperking van 30 kilometer per uur in dienst. Op 24 november 1956 kwam ook het tweede spoor weer in dienst en kon de dienst weer volgens dienstregeling worden uitgevoerd.
  • Op 4 mei 1976 botst trein D 215 met locomotief 1311 uit Hoek van Holland frontaal op trein 4116 naar Hoek van Holland, bestaande uit de treinstellen SGM El2 2008 + El2 2001 nabij Schiedam Centrum. Trein 4116 reed door het rode sein, terwijl de D 215 op het linker spoor reed, om trein 4125 naar Rotterdam, bestaande uit de treinstellen Plan El2 458 + ElD2 817, in te halen. Bij dit ongeval vielen 24 doden, 10 zwaar gewonden en vele lichtere gewonden. In de avond van 4 mei 1976 is het spoor in de richting van Schiedam weer vrijgemaakt en de bovenleiding hersteld. Aan het eind van de dienst zijn beide sporen weer in dienst.
  • Op 15 september 1980 ontspoort SGM El2 2049 op de niet geheel gesloten draaibrug van de Buitenhaven in Vlaardingen. Het is als trein 4228 onderweg van Rotterdam naar Maassluis. Het treinstel kantelt en komt op de middenpijler van de brug terecht. Bij het ongeval vallen 12 gewonden.


Watersnoodramp

In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 overstroomt een deel van de spoorlijn als gevolg van de doorbraak van dijken langs het water door de springtij en een zware noordwesterstorm die het zuidwesten van Nederland teistert. Reeds op 1 februari 1953 vindt er in Utrecht een bespreking plaats over de te nemen maatregelen om de schade te herstellen en voor zo ver als mogelijk is, een dienstregeling te maken voor de trajecten die nog te berijden zijn. Een van de zaken die nodig zijn voor het herstel, is de aanvoer van zand. Al aan het eind van de ochtend vertrekken uit zowel Maarn als Zwolle een trein met zand. Deze twee treinen worden in Den Haag samengevoegd. In totaal rijden er op 1 februari 1953 vijf treinen, bestaande uit 170 wagons, met zand naar Maassluis en Dordrecht in het getroffen gebied. Vanuit Hoek van Holland is het niet mogelijk om D-treinen te laten vertrekken. De D-treinen 164/163 (Rheingold) en 254/253 krijgen vanaf 1 februari 1953 het begin- en eindpunt Den Haag Staatsspoor. De treinen 9/10 (Rheinpfeil) beginnen en eindigen in Eindhoven. Na het herstel van de spoorlijn tussen Rotterdam en Maassluis hebben de treinen 1643/163 en 254/253 Hoek van Holland weer als bestemming. Zij rijden via ’s-Hertogenbosch en Utrecht. De boottreinen 42/41 van en naar Amsterdam kunnen met ingang van 1 maart 1953 weer naar Hoek van Holland rijden.


Bronnen, Referenties en/of Voetnoten

  • De Hoekse lijn - K. Van De Meene en S. Eeftens - Maandblad: Op de Rails, 82e Jaargang - maart 2014 Blz: 141-147 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321
  • De Hoekse lijn - K. Van De Meene en S. Eeftens - Maandblad: Op de Rails, 82e Jaargang - juli 2014 Blz: 336-342 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321
  • De Hoekse lijn - K. Van De Meene en S. Eeftens - Maandblad: Op de Rails, 82e Jaargang - oktober 2014 Blz: 516-517 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321
  • Eisenbahnsperren rondom Hoek van Holland; Sporen in dienst van de bezetter- C. Quist - Maandblad: Op de Rails, 89e Jaargang - 7-2021 Blz: 329-336 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321
  • Regionale spoorwegen in Nederland deel 6: Zuid-Holland - G. Nieuwenhuis en A. Egelie - Maandblad: Op de Rails, 91e Jaargang - 1-2023 Blz: 127-134 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321